Jaarverslag 2012

123
Jaarverslag 2012

description

Jaarverslag 2012

Transcript of Jaarverslag 2012

Jaarverslag 2012

Tilburg University

Postbus 90153

5000 LE Tilburg

T 013 - 466 9111

www.tilburguniversity.edu

Jaarverslag 2012Tilburg U

niversity

ColofonJuni 2013, Tilburg University

Samenstelling: Afdeling Strategy and Policy en Afdeling Financial Administration

Productie: Communications and Marketing

Opmaak en Drukwerk: PrismaPrint

1

Jaarverslag Tilburg University 2012

Stichting Katholieke Universiteit Brabant

Warandelaan 2

5037 AB Tilburg

Telefoonnummer: 013 - 466 9111

E-mail: [email protected]

2

in- houds- opgave

3

Verslag van het Stichtingsbestuur

Voorwoord van het College van Bestuur

Hoofdstuk 1 Onderzoek en valorisatie 1.1 Verslag bestuursagenda

1.2 Voortgang prestatieafspraken

1.2.1 Onderzoek

1.2.2 Valorisatie

1.3 Rankings

1.4 Onderzoeksprogramma’s en -instituten

1.4.1 Relevante ontwikkelingen per faculteit

1.4.2 Overzicht departementen en instituten

1.4.3 Centers of Excellence

1.4.4 Kwaliteitszorg onderzoek

1.5 Valorisatie

1.5.1 Tilburg Social Innovation Lab

1.5.2 Valorisatieplan West en Midden-Brabant

1.6 Kerncijfers onderzoek

1.6.1 Algemeen

1.6.2 Onderzoekssubsidies

1.6.3 Stichting Bijzondere Leerstoelen

Hoofdstuk 2 Onderwijs2.1 Verslag bestuursagenda

2.2 Voortgang prestatieafspraken

2.3 Rankings

2.4 Onderwijsprogramma’s

2.4.1 Relevante ontwikkelingen per faculteit

2.4.2 Accreditatie

2.5 Internationalisering

2.6 Verslag procedures klachten, beroepen en bezwaren

2.6.1 Centraal Klachtenloket

2.6.2 College van Beroep voor de Examens (CBE)

2.6.3 Commissie van advies voor de bezwaar en beroepschriften (CABB)

2.7 Kerncijfers onderwijs

2.7.1 Algemeen

2.7.2 TiasNimbas

78

111112121314161618192022222224242730

333333353636384143434446474754

4

55556363636464646565676869707072737474747678808181828283838383

Hoofdstuk 3 Bedrijfsvoering3.1 Verslag bestuursagenda

3.2 Voortgang prestatieafspraken

3.3 Ontwikkelingen bedrijfsvoering

3.3.1 ICT

3.3.2 Huisvesting

3.3.3 Human Resources

3.3.4 Communicatie & Marketing

3.4 Financiën

3.4.1 Toelichting geconsolideerde jaarrekening

3.4.2 Vooruitblik 2013

3.4.3 Risicobeheersing

3.4.4 Treasurybeleid

3.4.5 Tegemoetkomingen Profileringsfonds

3.4.6 Stimuleringsmiddelen joint degrees

3.4.7 Helderheidsaspecten

3.4.8 Declaraties College van Bestuur

3.4.9 Bezoldigingen College van Bestuur

3.5 Kerncijfers personeel

3.5.1 Algemeen

3.5.2 Onderverdeling naar functies en geslacht

3.5.3 Tijdelijk personeel

3.5.4 Ontwikkeling leeftijdsopbouw

3.5.5 Voltijd en deeltijd personeel

3.5.6 Salarisschalen

3.5.7 Ontwikkeling ziekteverzuim < 1 jaar (in percentages)

3.5.8 Instroom en uitstroom

3.5.9 KCS en uitzendbureaus

3.6 Overige

3.6.1 Beheersing van uitgaven inzake uitkeringen na ontslag

3.6.2 Toegankelijkheid van de instelling

5

8484858991

107111

113114

117

119

Hoofdstuk 4 Jaarrekening 20124.1 Kengetallen

4.2 Waarderingsgrondslagen activa en passiva

4.3 Grondslagen voor bepaling exploitatiesaldo

4.4 Jaarrekening

4.5 Letter of representation

4.6 Accountantsverklaring

Bijlage 1 Organisatie en organogram

Bijlage 2 Samenstelling en nevenfuncties

Stichtingsbestuur

Bijlage 3 Samenstelling en nevenfuncties College van

Bestuur

Bijlage 4 Lijst van afkortingen

6

7

Verslag van het StichtingsbestuurHet Stichtingsbestuur vervult aan de universiteit twee hoofdtaken. Het bestuur oefent de wettelijke taken

en bevoegdheden uit van een raad van toezicht bij openbare universiteiten. Daarnaast heeft het bestuur

een speciale verantwoordelijkheid voor de bewaking van de bijzondere signatuur van de instelling. Voor

de uitoefening van die taken en bevoegdheden onderhouden de leden van het Stichtingsbestuur nauwe

banden met de universiteit, via veelvuldig contact met het College van Bestuur en het bijwonen van acade-

mische zittingen en belangrijke evenementen.

In 2012 vergaderde het Stichtingsbestuur vijf keer in aanwezigheid van het College van Bestuur. Afhankelijk

van de aard van het onderwerp adviseert het Stichtingsbestuur het College, neemt besluiten of verleent

goedkeuring aan collegebesluiten. Onderwerpen van bespreking tijdens de reguliere vergaderingen zijn

strategische beleidsthema’s, de daaruit voortvloeiende financiële consequenties en het toezicht op de rea-

lisering daarvan, evenals de relatie met de kerk en relevante wet- en regelgeving. Er heeft tweemaal regulier

overleg plaatsgevonden met een vertegenwoordiging van de medezeggenschap. Belangrijke onderwerpen

in 2012 waren de prestatieafspraken, andere ontwikkelingen in het rijksbeleid, de financiële gevolgen daar-

van, en de voortgang van de bezuinigingoperatie en reorganisaties die binnen Tilburg University zijn afge-

kondigd.

In het voorjaar van 2012 is rector magnificus Philip Eijlander herbenoemd. In diezelfde periode gaf Colle-

gevoorzitter Hein van Oorschot aan de universiteit te gaan verlaten. Het Stichtingsbestuur heeft daarop

de procedure voor werving van een nieuwe voorzitter gestart en kon in juli 2012 de benoeming bekend

maken van Koen Becking. Per 1 oktober is het College van Bestuur in de nieuwe samenstelling voortvarend

van start gegaan. Het Stichtingsbestuur is Hein van Oorschot erkentelijk voor zijn inspanningen voor de

universiteit en voor de goede samenwerking.

Het Stichtingsbestuur heeft per 1 januari 2012 mevrouw Ella Kalsbeek, voorzitter Raad van Bestuur van

Altra Jeugdzorg en Onderwijs, verwelkomd als nieuw lid. In februari 2013 heeft het Stichtingsbestuur een

auditcommissie benoemd.

Het Stichtingsbestuur hanteert de Code Goed Bestuur van de VSNU als richtlijn en constateert dat de

universiteit op een aantal punten voldoet en bezig is op een aantal aspecten nadere invulling aan de code

te geven.

Het Stichtingsbestuur heeft kennisgenomen van de bevindingen en Management Letter van de externe ac-

countant. De jaarrekening is door het Stichtingsbestuur en College van Bestuur besproken met de externe

accountant. De inbedding van beheersmaatregelen is zodanig dat de huishouding daardoor in control is.

Het Stichtingsbestuur heeft daarbij gewezen op het belang van investeren, ombuigen en bezuinigen waar

nodig, om de te verwachten financiële veranderingen in het hoger onderwijs het hoofd te kunnen bieden.

Tilburg, juni 2013

Ruud LubbersVoorzitter Stichtingsbestuur

8

In het jaarverslag legt het College van Bestuur verantwoording af over de wijze waarop de werkzaamheden

waarvoor de rijksbijdrage is verleend, zijn uitgevoerd. Deze verantwoording gebeurt mede in het licht van

het instellingsplan en van het kwaliteitsbeleid en de kwaliteitsbeoordeling ten aanzien van de werkzaamhe-

den van de instelling. In dit jaarverslag vindt u de feiten en cijfers op het gebied van onderwijs, onderzoek

en valorisatie, en bedrijfsvoering

Ambities

In 2012 is verder invulling gegeven aan de implementatie van het Strategisch Plan 2010-2013. Dit plan

plaatst de ambities voor deze periode in een maatschappelijke context die zich kenmerkt door een toene-

mende concurrentie binnen het hoger onderwijs en een groeiend belang van de (internationale) kenniseco-

nomie.

Daarnaast stond 2012 in het teken van het maken van prestatieafspraken met de minister van OCW. In de

eerste helft van 2012 is gewerkt aan een voorstel voor deze prestatieafspraken, dat ondertekend is op 29

oktober 2012.

Bestuursagenda 2012

In haar bestuursagenda legt Tilburg University jaarlijks vast op welke wijze zij in het betreffende jaar uitvoe-

ring geeft aan het vigerende Strategisch Plan. Belangrijke onderwerpen in de Bestuursagenda 2012 waren

verhoging van de kwaliteit van het onderwijs, ontwikkeling van Centers of Excellence, internationalisering

en valorisatie. In de volgende hoofdstukken wordt over de Bestuursagenda 2012 gerapporteerd.

Onderwijskwaliteit

Tilburg University hecht er groot belang aan de onderwijskwaliteit verder te verhogen. De rendementen van

de studieprestaties moeten omhoog, het percentage studie-uitval omlaag. Ook in de prestatieafspraken

gemaakt met de minister behoren deze elementen tot de zogenaamde verplichte indicatoren. In juni pre-

senteerde Tilburg University haar geactualiseerde Onderwijsvisie.

In november en december ontving Tilburg University de commissie Veldhuis in het kader van de instel-

lingsaccreditatie Kwaliteitszorg. Medewerkers en studenten van alle faculteiten en diensten gaven daarbij

acte de presence. Inmiddels (mei 2013) is bekend dat het traject heeft geleid tot een positief besluit van het

bestuur van de NVAO om Tilburg University de accreditatie te verlenen. Deze kwalificatie geeft aan dat de

universiteit ‘in control’ is waar het gaat om de kwaliteit van het onderwijs. Als universiteitsbestuur zijn wij

trots op alle collega’s die samen dit resultaat hebben bereikt.

Toponderzoek in internationaal verband

Om in de nationale en internationale competitie voorop te kunnen lopen, wil het College van Bestuur en-

kele multidisciplinaire centra laten doorontwikkelen tot Centers of Excellence: internationale topinstituten

met een bewezen excellente onderzoekskwaliteit van internationale faam. In 2012 was Netspar het tweede

instituut dat zich met succes heeft gekwalificeerd als Center of Excellence.

Voorwoord van het College van Bestuur

9

Valorisatie

Met de slogan Understanding Society ziet Tilburg University het als haar taak een wetenschappelijke bij-

drage te leveren aan de maatschappij. In 2012 heeft de universiteit zich onder andere in het kader van de

ontwikkeling van de prestatieafspraken gebogen over de vraag wat er binnen Tilburg University gebeurt

op het gebied van valorisatie en of het wenselijk is deze vele activiteiten beter te structureren en voor het

voetlicht te brengen. Er gebeurt veel, maar dat is voor de buitenwereld niet altijd zichtbaar. Deze discussie

wordt, mede ondersteund door landelijke ontwikkelingen die resulteren in een set gedragen valorisatie-in-

dicatoren, verder gevoerd in het kader van het nieuwe Strategisch Plan.

Financiën

In 2012 is volgens plan de eerste stap gezet in een operatie die vanaf 2016 een structurele bezuiniging van

15 miljoen euro moet opleveren bij de centrale diensten en de faculteiten. Het primaire proces wordt daarbij

zoveel mogelijk ontzien. De bezuiniging is noodzakelijk om het hoofd te kunnen bieden aan de teruglopen-

de inkomsten en ruimte te maken voor investeringen, met name in onderwijs. De langstudeermaatregel

werd twee maanden na de invoering per 1 september 2012 weer ingetrokken waardoor de rijksbijdrage in

2012 redelijk op niveau is gebleven. De daling van het aantal ingeschreven studenten en daarmee de colle-

gegeldopbrengsten kon echter niet meer worden voorkomen. Door de tegenvallende marktontwikkelingen

zijn de baten uit werk in opdracht van derden in 2012 sterk afgenomen. Door alert bij te sturen op de lasten

is uiteindelijk toch een beter resultaat gerealiseerd dan begroot. Dit beleid zal in 2013 met kracht worden

voortgezet.

Strategisch plan 2014-2017

Begin 2013 is binnen Tilburg University het proces, om tot een nieuw strategisch plan voor de periode

2014-2017 te komen, gestart. Hiervoor worden medewerkers, studenten en externe stakeholders breed

geconsulteerd. Eind juni wordt een concept strategisch plan besproken met het Stichtingsbestuur en de

Universiteitsraad. Het definitieve strategisch plan is in december gereed.

Koen Becking Philip EijlanderVoorzitter College van Bestuur Rector Magnificus

10

11

Hoofdstuk 1 Onderzoek en valorisatie1.1 Verslag bestuursagenda

Versterking participatie Tilburg University in KP7, kaderprogramma’s, ERC

Aanleiding/kader: Strategisch plan 2010-2013

Doel/omschrijving: In 2012 wordt het project ter stimulering van persoonsgebonden subsidies van NWO

en ERC geëvalueerd. Daarnaast wordt een nieuw projectplan opgesteld met als doel

de verhoging van Europese subsidies, met name KP7 en later Horizon 2020.

Resultaat: Grotere deelname aan Europese onderzoeksprogramma’s.

Middelen: FBI

Actie: RM, CS/S&P

Tijdschema: 2012 en verder

Resultaat In 2012 is het project ter stimulering van persoonsgebonden subsidies van NWO en

ERC positief geëvalueerd. Op basis hiervan is een plan voor een vervolgtraject opge-

steld met als doel de verhoging van vooral Europese subsidies.

Implementatie Centers of Excellence

Aanleiding/kader: Strategisch plan 2010-2013

Doel/omschrijving: Om in de nationale en internationale competitie mee te kunnen doen zal Tilburg

University een aantal van de multidisciplinaire onderzoekscentra door laten ont-

wikkelen tot een universitair Center of Excellence. De Centers of Excellence sluiten

aan bij de profileringsagenda onderzoek.

Resultaat: Oprichting van een Center of Excellence.

Middelen: FBI

Actie: RM, CS/S&P

Tijdschema: 2012

Resultaat In 2012 heeft Netspar, als tweede na Intervict (2011), de status van Center of

Excellence verworven.

Tilburg Social Innovation Lab

Aanleiding/kader: Strategisch plan 2010-2013

Doel/omschrijving: Doorontwikkelen en verduurzamen Tilburg Social Innovation Lab.

Resultaat: TiSIL

Middelen: k€40 per jaar en externe middelen (HBO’s, Midpoint en overige stakeholders)

Actie: Vz, S&P

Tijdschema: 2012-2014

Resultaat Zie paragraaf 1.5.1.

12

Transfer Office

Aanleiding/kader: Valorisatieplan Midden en West Brabant

Doel/omschrijving: De aanvraag in het kader van het Valorisatieplan Midden en West Brabant is toege-

kend. Dit betekent dat er voor drie kennisinstellingen (Tilburg University, Avans en

NHTV) 5 miljoen euro beschikbaar is voor de inrichting van een Transfer Office per

instelling en het vermarkten van maximaal 25 businesscases en drie expertisecen-

tra.

Resultaat: Inrichting van een Transfer Office.

Middelen: Subsidies van het ministerie van Economische Zaken, Landbouw en Innovatie,

provincie Noord-Brabant, deelnemende instellingen.

Actie: StS

Tijdschema: Het project heeft een looptijd van zes jaar. De eerste businesscases moeten in de

loop van 2012 hun beslag krijgen.

Resultaat In 2012 is de juridische structuur geformuleerd voor Tilburg University Ventures.

Het proces op weg naar een businesscase en de rollen van Tilburg University Ven-

tures, directeur holding, raad van selectie en College van Bestuur daarbinnen, zijn

opgenomen in een procesvoorstel met de benodigde checks and balances. Er is

een raad van selectie samengesteld en er is een voorlopig beleid voor Intellectueel

Eigendom geformuleerd. De samenwerking met Nieuwbeeld heeft in een College-

besluit vorm gekregen; Nieuwbeeld gaat binnen een gericht tijdpad aan de slag.

De business developers scouten en screenen business cases. Er wordt bekeken

op welke wijze de holding kan worden ingezet voor het verder vormgeven van het

valorisatiebeleid van de universiteit.

1.2 Voortgang prestatieafsprakenIn het kader van de prestatieafspraken die Tilburg University in het najaar van 2012 maakte met de minister

van OCW heeft de universiteit ambities geformuleerd op het gebied van onderzoek en valorisatie.

1.2.1 Onderzoek

Op het gebied van onderzoek zijn in het kader van de prestatieafspraken ambities geformuleerd op een

aantal niet-verplichte indicatoren.

13

Indicator Realisatie 2007-2011

(5 jaar)

Ambitie 2012-2015

(4 jaar)

Voortgang 2012

Gemiddeld aantal promoties per jaar 131 140 132

Aantal talentsubsidies nationaal

(NWO-Vernieuwingsimpuls)

5 Vici

8 Vidi

19 Veni

4 Vici

7 Vidi

15 Veni

0 Vici

3 Vidi

5 Veni

Aantal ERC-Grants

(Starting Grants, Advanced Grants)

1 Starting Grant

1 Advanced Grant

4 Starting Grant

2 Advanced Grants

0 Starting Grant

0 Advanced Grant

Aantal gesloten contracten

KP7 & Horizon 2020

31 35 9

Aantal Centers of Excellence 2 5 2

Deelname multidisciplinaire onder-

zoeksinstituten in Grand Challenges

- Allen in ten minste

1 GC

-

Om de voorgenomen 140 promoties te realiseren zet Tilburg University de komende jaren in op verbetering

van de begeleiding van promovendi. Dat krijgt onder andere vorm door de afspraak om altijd te werken met

twee begeleiders. Ook zullen de buitenpromovendi, die Tilburg University traditioneel relatief veel heeft,

nauwer betrokken worden bij de activiteiten in de Graduate Schools.

Om de streefwaarden ten aanzien van het aantal subsidies te behalen zet Tilburg University het huidige

kwaliteitsbeleid voort. Het vier-uit-vijf-kwaliteitsbeleid blijft ook de komende jaren leidend bij de bestuurlij-

ke afhandeling van onderzoeksvisitaties. Daarnaast zetten de faculteiten en het College van Bestuur extra in

op het stimuleren en faciliteren van onderzoekers die subsidieaanvragen willen indienen. Daartoe is onder

andere het project Stimulering Onderzoekssubsidies geformuleerd.

1.2.2 Valorisatie

Op het gebied van valorisatie is in het kader van de prestatieafspraken een kwantitatieve ambitie geformu-

leerd.

Indicator Realisatie 2011 Ambitie 2015 Voortgang 2012

Aantal projecten TiSIL - 8 3

Verder is in het in 2011 opgestelde hoofdlijnenakkoord tussen de VSNU en de staatssecretaris de afspraak

gemaakt dat universiteiten met de overheid indicatoren zullen ontwikkelen die op termijn kunnen worden

gebruikt om inspanningen en resultaten op het gebied van valorisatie beter zichtbaar c.q. meetbaar te

maken. Inzet is dat er in 2015 een gedragen set indicatoren ontwikkeld en getest is, waarmee de resultaten

van de valorisatie-inspanningen in verschillende wetenschapsdomeinen kunnen worden gemeten en be-

schreven.

14

In VSNU verband is er door experts van diverse universiteiten, waaronder Tilburg University in 2012 ge-

werkt aan een raamwerk voor valorisatie dat eind 2012 door de VNSU is vastgesteld. Binnen dit raamwerk

ontwikkelt de universiteit in 2013 een set indicatoren, die het best de eigen valorisatieactiviteiten vaststellen

en tot 2015 testen. De keuze voor de set indicatoren zal aansluiten bij de ambities en het profiel van Tilburg

University.

1.3 RankingsTilburg University is verder gestegen naar plaats 222 op de overall ranking van Times Higher Education.

Op de QS overall ranking staat Tilburg University op plaats 422 en bij de Sjanghai overall ranking op positie

500.

Bij de QS ranking voor Economics & Econometrics behoort de universiteit met positie 45 tot de top 50 in

de wereld. Bij QS rankings Economics & Econometrics, Accounting & Finance, Sociology, Social Sciences

& Management en Statistics & Operational research heeft Tilburg de top 100 bereikt. Hetzelfde geldt voor

de Sjanghai rankings Economics/Business en Social Sciences.

Op de Dallas World Ranking Business Research is de universiteit gestegen naar plaats 38 en op de Tilburg

World Ranking Economic Research naar de 22e plaats.

15

Positie van Tilburg University op vijf internationale rankings

wereld Europa Nederland

2012 2011 2010 2012 2011 2010 2012 2011 2010

Sjanghai (ARWU)

Economic/Business 53 61 58 7 8 9 2 2 3

Social Sciences 81 88 98 11 17 19 3 4 4

Overall 500 500 500+ 219 216 500+ 13 13 13

QS

Economics & Econometrics 45 86 - 11 38 - 1 5 -

Accounting & Finance 67 148 - 18 57 - 3 6 -

Sociology 76 142 - 27 55 - 6 6 -

Social Sciences & Management 88 97 109 32 35 51 3 4 6

Statistics & Operational

Research

91 110 - 21 38 - 4 6 -

Psychology 138 - - 46 - - 8 - -

Arts & Humanities 366 300+ 351-

400

- - - - - -

Overall 422 402 514 186 186 241 13 13 13

Times Higher Education

Social Sciences 50+ 50+ 50+ - - - - - -

Arts & Humanities 50+ 50+ 48 - 9 - - 3 -

Clinical, Pre-clinical & Health 50+ 50+ 50+ - - - - - -

Engineering & Technology 50+ 50+ 50+ - - - - - -

Overall 222 256 345 98 107 150 13 13 13

Tilburg World Ranking

Economics Research

22 25 24 4 6 6 1 2 2

Dallas World Ranking Business

Research

38 41 44 4 3 3 1 1 1

- gegeven ontbreekt / geen ranking

16

1.4 Onderzoeksprogramma’s en -instituten

1.4.1 Relevante ontwikkelingen per faculteit

Tilburg School of Economics and Management (TiSEM)

TiSEM heeft haar hoge posities in de onderzoeksrankings weten te behouden. In Europa neemt de faculteit

een derde positie in business in en een vierde plaats in economics, gebaseerd op totale onderzoeksoutput

in wetenschappelijke toptijdschriften.

De faculteit heeft diverse NWO-subsidies binnengehaald, waaronder een TOP-subsidie, een Vici, een Vidi

en twee Veni’s. Drie Europese voorstellen zijn gehonoreerd, waaronder ENTR’ACTE, een samenwerkings-

project dat als doel heeft het beter duiden, begrijpen en modelleren van huidig en toekomstig Europees

klimaatbeleid. Onder de vele andere toekenningen is een onderzoeksproject op het gebied van innovatie

en economische groei in lage-inkomenslanden, in opdracht van het Engelse Department for International

Development.

Meerdere onderzoekers van de faculteit zijn in de prijzen gevallen. Stefan Trautmann bijvoorbeeld ontving

de prestigieuze Pierson Medal. Deze prijs wordt om de drie jaar toegekend aan een jonge, veelbelovende

onderzoeker op het gebied van economics en finance in Nederland, die op het punt staat internationaal

door te breken. Hein Fleuren heeft samen met TNT Express en ORTEC de Franz Edelman Award gewonnen.

In hun onderzoeksproject pasten zij operations research technieken toe voor het optimaliseren van distri-

butienetwerken, resulterend in efficiëntere routes en beduidend minder vervoerskilometers.

Tilburg Law School (TLS)

Wat betreft onderzoek lag de nadruk op de uitvoering van de midterm review onderzoek 2009-2011 en op

de voorbereiding op de nieuwe Europese onderzoeksagenda Horizon 2020. Voor de midterm review on-

derzoek zijn zelfstudies opgesteld die zijn beoordeeld door een commissie bestaande uit twee leden, onder

wie een internationaal lid. In 2013 beoordeelt een internationale commissie het onderzoek binnen TLS als

geheel.

De door het faculteitsbestuur ingestelde ‘Steering Group Europe’ heeft geïnventariseerd op welke thema’s

binnen Horizon 2020 er voor TLS kansen liggen. Vanuit instituuts- en departements overstijgende clusters

zijn opinies geschreven ten aanzien van de thema’s: Secure, inclusive and innovative societies, Sustaina-

bility/Food Security, Healthy Ageing en Industrial Leadership. Het faculteitsbestuur wil deze ontwikkeling

stimuleren door financiering van maximaal drie postdocs die een voortrekkersrol zullen vervullen bij het

opbouwen van een consortium om vanuit de genoemde thema’s een aanvraag onder Horizon 2020 voor

te bereiden.

Tilburg School of Social and Behavioral Sciences (TSB)

In 2012 zijn de resultaten bekend geworden van de onderzoeksvisitatie van zes programma’s op het gebied

van Psychologie en het programma Latent Variable Models van het departement Methoden en Technieken

van Onderzoek. Aan de hand van deze visitatie is een reeds in gang gezette herordening van de psycho-

17

logiedepartementen verder vorm gegeven. Medische en Klinische Psychologie zijn samengevoegd tot één

departement. Ontwikkelingspsychologie, Sociale Psychologie en Neuropsychologie vormen ieder een eigen

departement. Aan elk van deze departementen is een onderzoeksprogramma verbonden.

De Research Master Social and Behavioral Sciences heeft in december 2012 bericht ontvangen dat voor zes

jaar heraccreditatie is verkregen. Begin 2012 is de Wetenschapscommissie TSB ingesteld. Deze Commissie

heeft als doel de kwaliteit van de wetenschapsbeoefening bij TSB te optimaliseren. De Commissie zal zich

in eerste instantie richten op de kwaliteit van de omgang met data en de rapportage van onderzoeksme-

thoden. De Commissie heeft hiertoe een richtlijn opgesteld. Tevens is in een reglement vastgelegd hoe de

Commissie toezicht zal houden op de naleving van de richtlijn.

Tilburg School of Humanities (TSH)

Op 6 en 7 november 2012 vond het eerste lustrum van TSH plaats met als thema Humanities Perspectives:

Understanding Communication and Culture. Mede op uitnodiging van het Nexus Instituut werd de ope-

ningslezing verzorgd door prof.dr. George Steiner. Prof.dr. Jan Blommaert voerde in een pamflet pleidooi

voor een geest-rijke wetenschap, als opmaat voor het publieksdebat over de positie en de waarde van de

geesteswetenschappen.

In 2012 heeft TSH de strategische onderzoeksagenda verder uitgewerkt, met een focus op e-Humanities

en multidisciplinariteit. Om dit perspectief TSH-breed te verankeren werd een facultair innovatieplatform

gestart en werden extra investeringen gedaan in promovendi- en postdocplaatsen.

Het valorisatieproject Religie in het publieke domein heeft een substantiële bijdrage geleverd aan de Dies-

viering met de onthulling van een beeld van Marga Klompé door Hare Majesteit Koningin Beatrix en de

toekenning van een eredoctoraat aan Ellen Johnson Sirleaf, President van Liberia. De Max van der Stoel

Human Rights Award 2012 werd toegekend aan dr. Nanda Oudejans voor haar dissertatie over de interna-

tionale reactie op het vluchtelingenprobleem vanuit juridisch en filosofisch standpunt.

Tilburg School of Catholic Theology (TST)

Het monitoren van de voortgang van promotietrajecten door het Onderzoeksteam heeft ertoe geleid dat

het streefcijfer van drie promoties gehaald is. Verder zijn er regelmatig bijeenkomsten van promovendi

georganiseerd. De bestaande wetenschappelijke contacten met Erfurt zijn versterkt; een nieuw strategisch

partnerschap met Heythrop College (Londen) is afgesproken. Er hebben verkennende gesprekken over on-

derwijs- en onderzoeksamenwerking met de katholieke theologische faculteit in Oslo plaatsgevonden. Bij

de contacten met de theologische faculteit van Kaunas (Litouwen) en Lviv (Oekraïne) gaat het vooral om

studentuitwisseling en het onderzoeken van de mogelijkheden voor double degrees.

Dit jaar stond ook in het teken van de onderzoeksvisitatie. Het rapport hiervan zal een instrument zijn om

het onderzoeksbeleid verder aan te scherpen. Tevens is gestart met het ontwikkelen van twee digitale leer-

gangen: Hebreeuws en Inleiding in de Theologie.

18

1.4.2 Overzicht departementen en instituten

Overzicht departementen / onderzoeksprogramma’s per faculteit

Tilburg School of Economics and Management

Accounting

Econometrics & Operations Research

Economics

Finance

Fiscal Economics

Information Management

Marketing

Organization & Strategy

Tilburg Law School

Center for Company Law (CCL)

Center for Transboundary Legal Development (CTLD)

Department of Criminal Law

Department of Social Law and Social Policy

Statelessness Programme

Tilburg Research Group ‘A Legal Perspective on Governance Chains and Networks’

Tilburg Research Group ‘Constitutional Dialogues’

Tilburg Research Group for Methodology of Law and Legal Research

Tilburg Institute for Interdisciplinary Studies of Civil Law and Conflict Resolution Systems (TISCO)

Tilburg Institute for Law, Technology and Society (TILT)

Tilburg School of Politics and Public Administration

Tilburg School of Social and Behavioral Sciences

Cognitive Neuropsychology

Developmental Psychology

Human Resource Studies

Medical and Clinical Psychology

Methodology and Statistics

Organization Studies

Social Psychology

Sociology

Tranzo

Tilburg School of Humanities

Communication and Information Sciences

Culture Studies

Philosophy

19

Tilburg School of Catholic Theology

Christian identity in a pluralistic context: continuity and discontinuity

(Re)actualizing Catholic identity in advanced modernity

Overzicht onderzoeksinstituten

Intervict International Victimology Institute Tilburg

www.tilburguniversity.edu/intervict

Netspar Network for Studies on Pensions, Aging and Retirement

www.netspar.nl

TILEC Tilburg Law and Economics Center

www.tilburguniversity.edu/tilec

Babylon Center for Studies of the Multicultural Society

www.tilburguniversity.edu/babylon

Tiber Tilburg Institute for Behavioral Economics Research

www.tilburguniversity.edu/research/institutes-and-research-groups/tiber

TiLPS Tilburg Center for Logic and Philosophy of Science

www.tilburguniversity.edu/research/institutes-and-research-groups/tilps

CIR Center for Innovation Research

www.tilburguniversity.edu/cir

CoRPS Center of Research on Psychology in Somatic diseases

www.tilburguniversity.edu/corps

TICC Tilburg Centre for Cognition and Communication

www.tilburguniversity.edu/ticc

EBC European Banking Center

www.tilburguniversity.edu/ebc

ReflecT Research Institute for Flexicurity, Labour Market Dynamics and Social Cohesion

www.tilburguniversity.edu/reflect

TSC Tilburg Sustainability Center

1.4.3 Centers of Excellence

Tilburg University wil de continuïteit van de multidisciplinaire onderzoekscentra duurzaam blijven stimule-

ren. Hiertoe kunnen de beste van deze centra zich doorontwikkelen tot een universitair Center of Excellence.

Om te bepalen welke instituten voldoen aan de eisen om een Center of Excellence te kunnen worden, is

er een onafhankelijke commissie ingesteld onder voorzitterschap van professor Douwe Breimer, die de

kwaliteit van de bestaande instituten kan beoordelen en het brede veld waarbinnen aan de universiteit

onderzoek wordt uitgevoerd kan overzien. De commissie heeft het College van Bestuur tot nog toe twee

keer geadviseerd. Dit heeft geleid tot de benoeming van twee onderzoekscentra tot Center of Excellence:

Intervict en Netspar.

20

Intervict

In 2012 heeft de staf van Intervict met succes gewerkt om de status van ‘Center of Excellence’ waar te ma-

ken. Zo werd prof. Rianne Letschert benoemd tot lid van De Jonge Akademie, onderdeel van de KNAW. In

juni werd aan prof. Jan van Dijk de prestigieuze ‘Stockholm prize in criminology’ uitgereikt door koningin

Sylvia van Zweden. Intervict werd verder versterkt door de benoeming van prof. Peter van der Velden op de

Pieter van Vollenhoven leerstoel voor victimologie.

In mei was Intervict hoofdverantwoordelijk voor de organisatie van het driejaarlijkse congres van de World

Society of Victimology, in Den Haag. Sprekers van topuniversiteiten uit de hele wereld bevestigden de aca-

demische reputatie van dit vakgebied.

In september startte het nieuwe masterprogramma ‘Victimology and Criminal Justice’. Dit programma is

inhoudelijk uniek in de wereld. Ruim veertig studenten schreven zich in, waarvan vele uit het buitenland en

van andere universiteiten. Intervict produceerde in 2012 zeventig wetenschappelijke publicaties. Er waren

vier promoties. Intervict heeft bijgedragen aan valorisatie van kennis door onder meer mee te werken aan

de tekst van een Europese Richtlijn voor slachtofferrechten die in 2012 werd aangenomen. Verheugend is

voorts dat Intervict het jaar 2012 afsloot met een positief resultaat op de begroting van € 42K.

Netspar

De commissie Breimer oordeelde: “Netspar is unique in the world when it comes to the field of pensions

research and easily surpasses its competitors in terms of the quality and quantity of its research output.”

Sinds 1 januari 2012 opereert Netspar als Netspar-Center rechtstreeks onder het College van Bestuur. De in-

breng van de private sector is georganiseerd via een nieuw opgerichte Stichting Netspar die de benoeming

van de directeur en de jaarstukken van Netspar-Center goedkeurt.

NWO heeft Netspar uitgenodigd het onderdeel Sociale Zekerheid van de Sociale Infrastructuur Agenda

(onderdeel van het topsectorenbeleid) voor haar rekening te nemen en heeft daartoe M€1,5 subsidie be-

schikbaar gesteld. Netspar participeert in een Europees consortium waaraan door de EU ruim M€5 is ver-

strekt. In dit programma ‘Mobilising the potential of active ageing in Europe’ is Netspar verantwoordelijk

voor het onderdeel ‘Pension systems, savings and financial education’.

Kennisdeling en valorisatie krijgen veel aandacht binnen Netspar. In 2012 waren er ruim 35 kennisevents

en is met TiasNimbas de masterclass cyclus Pensioeninnovatie gestart. Hiervoor was overweldigende be-

langstelling.

1.4.4 Kwaliteitszorg onderzoek

Tilburg University hecht grote waarde aan de kwaliteit van het wetenschappelijk onderzoek. Het College

van Bestuur streeft er dan ook naar dat alle onderzoeksprogramma’s elke zes jaar een onderzoeksvisitatie

ondergaan. Voor een retrospectief en prospectief beeld van deze visitaties vindt drie jaar na een beoorde-

ling ook een zogenaamde mid-term review plaats waarbij een 4-uit-5 kwaliteitsbeleid wordt gehanteerd. Van

onderzoeksprogramma’s die niet aan deze eis voldoen, wordt verwacht dat er op zeer korte termijn een

actieplan komt om de kwaliteit op het vereiste niveau te brengen, dan wel dat het programma niet wordt

gecontinueerd.

21

In 2012 hebben de volgende onderzoeksvisitaties plaatsgevonden:

- In 2011 zijn de onderzoeksprogramma’s van de verschillende departementen Psychologie en Methoden

en Technieken van de Tilburg School of Social and Behavioral Sciences door een externe evaluatiecommis-

sie beoordeeld. De resultaten van deze evaluatie zijn in 2012 bekendgemaakt. De kwaliteit van het onder-

zoek werd uitstekend genoemd, maar met enige variatie tussen de verschillende programma’s. De faculteit

heeft naar aanleiding van de evaluatie actie ondernomen om de kwaliteit van alle programma’s naar een

hoger niveau te brengen.

Overzicht resultaten onderzoeksvisitatie TSB

Kwaliteit Productiviteit Relevantie Vitaliteit

Attachment, Emotion Regulation

and Psychopathology*

- - - -

Cognitive Neurosciences 5 4 5 4

Cross-cultural Psychology 3 5 4 3

Developmental Psychology 4 3 4,5 3

Latent Variable Models 4,5 4 4,5 5

Medical Psychology 3,5 5 5 4

Social Decision-Making 4 4 5 4

* Omdat dit programma pas recentelijk is gestart heeft de visitatiecommissie besloten geen cijfer toe te kennen.

- De Tilburg Law School heeft een mid-term review uitgevoerd voor het departement Bestuurskunde. De

visitatiecommissie meldde dat het departement zich positief heeft ontwikkeld sinds de laatste beoorde-

ling in 2008 en dat het departement een sterke bijdrage levert aan de bestuurskundige discipline.

- De Tilburg School of Humanities heeft een onderzoeksvisitatie georganiseerd voor het departement

Communicatie- en Informatiewetenschappen. Daarnaast heeft een mid-term review plaatsgevonden bij

het departement Cultuurwetenschappen. Het departement Filosofie heeft deelgenomen aan de landelij-

ke visitatie Filosofie. Alle resultaten worden verwacht in 2013.

- De Tilburg School of Catholic Theology heeft in 2012 deelgenomen aan de landelijke onderzoeksvisitatie

Theologie. De resultaten van deze visitatie zijn in 2013 beschikbaar.

Voor 2013 zijn de volgende onderzoeksvisitaties gepland:

- Tilburg Law School voert in 2013 een mid-term review uit voor al haar programma’s.

- Voor 2013 staan vier visitaties gepland bij de Tilburg School of Social and Behavioral Sciences. Het betreft

de departementen Sociologie, Organisatiewetenschappen, Personeelswetenschappen en Tranzo.

22

1.5 Valorisatie

1.5.1 Tilburg Social Innovation Lab (TiSIL)

In 2012 heeft TiSIL zich vooral gericht op het versterken van het regionale Social Innovation ecosysteem.

Daartoe is het project Innovative Contract Design van start gegaan waarin onderzoekers en business part-

ners een tool ontwikkelen voor het begeleiden van social innovation processen. In samenwerking met

Midpoint en de Gemeente Tilburg is een lobbystrategie ontwikkeld om Social Innovation sterker in de (in-

ter)nationale programma’s te verankeren. Daartoe is onder meer het position paper Midpoint 2014-2020

verschenen. TiSIL heeft de onderlinge samenwerking tussen de universiteit en Avans, Fontys en NHTV

verder versterkt waarbij diverse gezamenlijke projecten op het gebied van zorg, social entrepreneurship en

bibliotheekvernieuwing zijn opgestart.

1.5.2 Valorisatieplan West en Midden-Brabant

De uitvoering van het Valorisatieplan West- en Midden Brabant is in volle gang en loopt van 2011 tot en met

2016. Het Valorisatieplan richt zich op drie pijlers:

Pijler 1 - Ondernemerschaponderwijs- en voorlichting

Het Brabant Center of Entrepreneurship (BCE) verzorgt de activiteiten binnen deze pijler. Er wordt onder-

scheid gemaakt tussen voorlichtingsactiviteiten en onderwijsactiviteiten.

In 2012 is vanuit BCE via diverse events voorlichting gegeven aan studenten over ondernemerschap. Zo

is een Pressure Cooker georganiseerd om studenten te stimuleren tot ideegeneratie en was er tijdens de

Global Entrepreneurship Week een debatdag. Aan de debatdag namen in totaal 8 MBO, HBO en WO-instel-

lingen vanuit heel Noord-Brabant deel.

Binnen het ondernemerschaponderwijs is begonnen met het verduurzamen van de ‘on top of ’ certificaat-

programma’s die door BCE worden aangeboden op bachelor en master niveau. Per september 2013 worden

beide programma’s aangeboden als een minor cq master track, met in de vakken geïntegreerde vaardig-

heidstrainingen.

Pijler 2 Ondersteunen van startende ondernemingen

Hier worden startende ondernemers met een innovatief idee dat de potentie heeft om uit te groeien tot

een succesvolle onderneming gescout, gescreend en ondersteund. Starters krijgen individuele begeleiding,

opleiding, coaching, kunnen gebruik maken van huisvesting en komen in aanmerking voor pre-seedkapi-

taal. Er zijn bijeenkomsten georganiseerd om startende ondernemers met elkaar in contact te brengen. In

2012 is het Juridisch Adviesspreekuur weer ingevoerd bij het Ondernemerscentrum om ondernemers bij

juridische vraagstukken beter te kunnen ondersteunen. Kwaliteit van ondernemerschap is een belangrijk

speerpunt geweest in 2012, en zal dat ook blijven in 2013.

23

Realisatie omzet en arbeidsplaatsen

Cat 2011 2012

# bedrijven omzet arbpl # bedrijven Omzet Arbpl

1 2 max. € 100 k 1 2 max. € 100 k 1

2 6 max. € 300 k ≤5 6 max. € 300 k ≤5

3 1 max. € 600 k ≤ 10 1 max. € 600 k ≤ 10

4 1 > € 600 k ≥ 10 1 > € 600 k ≥ 10

totaal 10 961.408,00 26,7 10 3.365.000,00 35

Realisatie scouting, screening en deelname

Scouting - generen van zoveel mogelijk goede aanmeldingen

RESULTAAT: # Gescoute starters 44

Screening – selecteren van de juiste deelnemers

A2 # intakegesprekken (aantal deelnemers gescreend) 57

A3 # deelnemers Profiel Workshop 12

A4 # starters voor screeningcommissie 2

RESULTAAT: # nieuwe deelnemers 2012 0

Ondersteuning – efficient ondersteunen met doel ‘een geslaagde onderneming’

A5 # deelnemers aan Business Atelier 1

A6 # deelnemers die gebruik maken van coaching 5

A7 # deelnemers die worden doorverwezen naar goede buren 6

A8 # deelnemers die gebruik maken van huisvesting 7

A9 # nieuwe pre-seed leningen verstrekt 0

A10 # deelnemers doorleiden naar vervolgfinanciering 1

Totaal # deelnemers Starterslift in ondersteuning in 2012 13

Pijler 3 Realiseren van nieuwe bedrijvigheid (Transfer Office)

Het Transfer Office heeft als doel om door de deelnemende kennisinstellingen ontwikkelde kennis in de

vorm van producten, diensten en concepten te vercommercialiseren (economische valorisatie). In 2012 is

Tilburg University Ventures gestart. Een drietal business cases is inmiddels door de business developers

opgepakt. In 2013 zal een commercieel directeur voor de holding worden benoemd die TiU Ventures gaat

aansturen.

Samenwerking drie pijlers

Er zijn brainstormsessies georganiseerd waarin BCE, Starterslift en Academic Business Club (ABC) hebben

nagedacht over hoe ze de samenhang in activiteiten nog meer op kunnen zoeken. Er is in 2012 een opstart

gemaakt met een grootschalige gezamenlijke communicatieactie om ondernemerschap onder de aandacht

te brengen op de campus. In 2013 zal deze verder worden uitgevoerd. Daarnaast zijn alle drie de partijen

actief geweest in de voorbereidingen van The Road, een groot jaarlijks symposium over studentonderne-

merschap. Het symposium wordt in het voorjaar van 2013 opnieuw georganiseerd en trekt gemiddeld 300

24

ondernemende studenten van hoger onderwijs instellingen in de regio. Starterslift en BCE maken nu ook

deel uit van het Stichtingsbestuur van ABC.

TiU Ventures en BCE werken samen om onderzoekers te attenderen op de mogelijkheden van door hen

ontwikkelde ideeën en de rol die TiU Ventures kan vervullen bij het vercommercialiseren van die ideeën.

Wanneer er venture cases beschikbaar zijn, is het streven om via BCE studenten te werven om mee te wer-

ken aan relevant onderzoek voor deze ventures. Naar verwachting zal dit in 2013 van start gaan.

1.6 Kerncijfers onderzoek

1.6.1 Algemeen

Promoties 1)

2008 2009 2010 2011 2012

TiSEM 27 17 23,5 37,5 34

TLS 16 19 19 24 24,5

TSB 27 30 47,5 43 45

TSH 13 15 20 21,5 24,5

TST 2 3 0 3 3

TiasNimbas 1 2

Tilburg University 85 84 111 131 1321) bij een gezamenlijke promotie wordt deze over de twee faculteiten verdeeld

Wetenschappelijke publicaties 1) 2)

2008 2009 2010 2011 2012

TiSEM 400 344 344,5 410,5 418

TLS 656 632 609 685 493,5

TSB 561 512 545,5 664 636

TSH 314 329 355 410,5 396,5

TST 91 119 87 108 105

Tilburg University 2.022 1.936 1.942 2.280 2.0491) inclusief proefschriften, monographs en edited books

2) een niet geheel getal komt doordat gezamenlijke promoties over twee of meer faculteiten verdeeld worden

25

Output Tilburg University volgens SEP-indeling 1)

2008 2009 2010 2011 2012

Academic In refereed journals 1.040 869 886 1.036 1.054

Publications In other journals 38 176 152 161 123

Bookchapters 693 683 647 789 621

Monographs en edited books 166 123 146 164 119

PhD Theses (diss. I en II) 85 85 110 128 132

Totaal wetenschappelijke publicaties 2.022 1.936 1.941 2.278 2.049

Professional publications and products 738 655 525 573 6331) Standard Evaluation Protocol dat wordt gebruikt bij de beoordeling van onderzoek

Output volgens SEP-indeling per faculteit

2008 2009 2010 2011 2012

Academic In refereed journals 257 230 248 262 288

Publications In other journals 6 5 3 6 5

Bookchapters 97 79 63 93 83

Monographs en edited books 13 13 7 12 8

PhD Theses (diss. I en II) 27 17 23,5 37,5 34

Totaal wetenschappelijke publicaties 400 344 344,5 410,5 416,5

Professional publications and products 111 94 52 98 95

Tilburg Law School

Academic In refereed journals 308 142 142 177 145

Publications In other journals - 146 124 130 90

Bookchapters 249 264 242 274 177

Monographs en edited books 83 60 82 80 57

PhD Theses (diss. I en II) 16 20 19 24 24,5

Totaal wetenschappelijke publicaties 656 632 609 685 493,5

Professional publications and products 382 363 275 235 260

Tilburg School of Social and Behavioral Sciences

Academic In refereed journals 361 367 365 438 475

Publications In other journals 0 0 4 1 1

Bookchapters 143 100 112 150 96

26

Monographs en edited books 30 15 17 32 18

PhD Theses (diss. I en II) 27 30 47,5 43 46

Totaal wetenschappelijke publi-

caties

561 512 545,5 664 635

Professional publications and products 89 88 79 115 99

Tilburg School of Humanities

Academic In refereed journals 97 102 110 133 124

Publications In other journals 12 14 10 14 19

Bookchapters 164 176 182 212 197

Monographs en edited books 28 22 33 31 32

PhD Theses (diss. I en II) 13 15 20 20,5 24,5

Totaal wetenschappelijke publicaties 314 329 355 410,5 396,5

Professional publications and products 64 45 66 59 95

Tilburg School of Catholic Theology

Academic In refereed journals 17 28 21 26 22

Publications In other journals 20 11 11 10 8

Bookchapters 40 64 48 60 68

Monographs en edited books 12 13 7 9 4

PhD Theses (diss. I en II) 2 3 0 3 3

Totaal wetenschappelijke publicaties 91 119 87 108 105

Professional publications and products 92 65 53 66 84

27

Gemiddeld cumulatief promotierendement per HOOP-gebied

HOOP- instroom promotie

gebied 2002 t/m 2008 < 4 jr 4-5jr 5-6 jr > 6 jr

Economie 181 25% 58% 67% 72%

Rechten 93 6% 28% 38% 42%

G&M 134 16% 48% 60% 62%

T&C 64 11% 25% 47% 56%

Tilburg University 472 17% 45% 56% 61%

Onderzoeksinzet 2012

1e 2e 3e Totaal

geldstroom geldstroom geldstroom

TiSEM 116,6 33,7 9,5 159,8

TLS 37,7 10,9 13,9 62,4

TSB 77,7 24,3 22,2 124,2

TSH 60,5 22,7 7,2 90,5

TST 13,6 0,0 2,3 15,9

Tilburg University 306,1 91,6 55,0 452,7

1.6.2 Onderzoekssubsidies

Tabel toegekende subsidiebedragen NWO (in euro’s) 2010, 2011 en 2012

2010 2011 2012

TiSEM 3.583.526 835.077 4.135.726

TLS 1.405.000 458.193 -

TSB 7.797.648 1.392.674 2.233.529

TSH 100.000 1.138.269 1.124.609

TST - - -

Netspar - - 1.619.000

CenterData - - 245.000

Totaal 12.886.174 3.824.213 9.357.864

28

Tabel toegekende NWO-subsidies (in euro’s), uitsplitsing 2012

Persoonsgebonden

subsidies

Overige NWO-subsidies

overig

Totaal

TiSEM 3.161.691 974.035 4.135.726

TLS - - -

TSB 2.014.076 219.453 2.233.529

TSH 232.000 892.609 1.124.609

TST - - -

Netspar 750.000 869.000 1.619.000

CenterData - 245.000 245.000

Totaal 6.157.767 3.200.097 9.357.864

Tabel toegekende subsidiebedragen EU (in euro’s) 2010, 2011 en 2012

2010 2011 2012

TiSEM 1.485.344 369.486 868.265

TLS 912.000 739.226 1.796.441

TSB 586.273 3.019.787 1.544.696

TSH - - -

TST - - -

Overige 1.511.000 - 612.896

Totaal 4.494.617 4.128.499 4.822.298

29

Tabel EU-subsidies 2012

Acroniem / Naam Regeling Aanvrager Subsidie

(aandeel TiU)

TiSEM ENTR’ACTE KP7 Cooperation, Environ-

ment

S. Smulders 388.800

TiSEM MINO KP7 People, Marie Curie

ITN

E. de Klerk 255.231

TiSEM COBACORE KP7 Cooperation, Security B. van de Walle 224.234

TLS TRAFSTAT DG Home Affairs, ISEC L. van der Knaap 227.380

TLS Human Trafficking DG Home Affairs, ISEC C. Rijken 106.631

TLS A4CLOUD KP7 Cooperation, ICT R. Leenes 852.000

TLS EEO 2012/2013 European Employment

Observatory

S. Bekker 25.036

TLS POEMS DG Justice, Daphne III S. van der Aa 162.502

TLS PROFILING DG Justice, FRAC R. Leenes 22.000

TLS EUPC KP7 People, Marie Curie

IRSES

F. Elsweier 10.500

TLS STEUERN D-NL INTERREG IV E. Kemmeren 390.392

TSB CIRCLES4EU DG Justice, Daphne III S. Bogaerts 30.000

TSB HOWCOME KP7 ERC, Starting Grant C. de Wilde 1.200.396

TSB Project Integrate KP7 Cooperation, Health B. Vrijhoef 291.800

TSB Local Pass DG Justice, DPIP J. Mathijssen 22.500

Netspar MOPACT KP7 Cooperation, SSH F. van der Duyn

Schouten

220.720

CenterData DASISH KP7 Capacities, Infrastruc-

tures

M. Das 352.576

LIS eCloud CIP ICT M. van den Berg 39.600

Totaal 4.822.298

Toegewezen 1e geldstroom (onderwijs en onderzoek) per faculteit in € x 1.000

2010 2011 2012

Netspar - - 200

TiSEM 27.674 29.013 28.490

TLS 14.751 15.975 15.407

TSB 17.566 16.937 17.987

TSH 13.301 14.441 13.616

TST 4.481 4.508 4.038

Totaal 77.773 80.874 79.738

30

Ontvangsten 2e en 3e geldstroom per faculteit/instituut

2e geldstroom 3e geldstroom

2010 2011 2012 2010 2011 2012

Netspar - - 852.127 - - 1.517.454

TiSEM 5.745.620 3.425.194 2.470.888 6.435.204 6.850.158 5.980.811

TLS 951.375 1.091.298 769.276 5.259.708 4.071.764 3.768.196

TSB 2.841.675 3.651.696 3.503.154 3.879.706 3.112.802 3.313.406

TSH 1.178.378 1.534.099 1.453.363 734.616 714.695 617.400

TST - - - 178.938 112.826 206.490

Totaal 10.717.048 9.702.287 9.048.808 16.488.172 14.862.245 15.403.757

De 1e geldstroombaten betreffen de modelmatige toewijzingen voor onderwijs en onderzoek vanuit de

ontvangen rijksbijdrage en collegegelden. De ontvangsten 2e geldstroom betreft de bijdragen van NWO en

KNAW. In de kolom 3e geldstroombaten zijn de baten opgenomen voor contractonderwijs, contractonder-

zoek zoals EU-projecten en overige inkomsten.

1.6.3 Stichting Bijzondere Leerstoelen

In 2012 zijn twee nieuwe bijzondere leerstoelen gevestigd, er zijn tien bijzondere leerstoelen beëindigd.

Reden voor beëindiging is in de meeste gevallen dat de middelen ontbraken om de bijzondere leerstoel

voort te zetten.

De werkzaamheden van de Stichting Bijzondere Leerstoelen (SBL) hadden in 2012 vooral betrekking op

de voorbereiding van de vestiging van bijzondere leerstoelen, de benoeming van bijzonder hoogleraren en

het in overleg met de contactpersonen van de faculteiten sluiten van overeenkomsten met de vestigende

instanties. Ook zijn evaluaties en verlengingen van de leerstoelen in gang gezet.

In februari 2013 zijn met de contactpersonen gesprekken gevoerd over de voortgang van de bijzondere

leerstoelen en de eventuele acties die in 2013 moeten worden ondernomen in verband met mogelijke

verlenging van de leerstoelperiode. Het overzicht van de bijzondere leerstoelen is naar aanleiding van de

gesprekken geactualiseerd.

In 2012 zijn de volgende leerstoelen gevestigd:

Tilburg School of Social and Behavorial Sciences

Naam bijzonder hoogleraar prof.dr. H.G.Roozen

Titel Verslaving

Initiatiefnemer Novadic Kentron

31

Tilburg School of Economics and Management

Naam bijzonder hoogleraar prof.dr. A. van der Born CFA

Titel Creatief ondernemerschap

Initiatiefnemer FNV / KIEM

In 2012 zijn de volgende bijzondere leerstoel beëindigd:

Tilburg School of Economics and Management

Naam bijzonder hoogleraar prof.dr. H.J. Blommestein

Titel Financiële dienstverlening

Initiatiefnemer PWC

Tilburg School of Social and Behavorial Sciences

Naam bijzonder hoogleraar prof.dr. K.Henkens

Titel Pensioensociologie

Initiatiefnemer NIDI-KNAW en NETSPAR

Naam bijzonder hoogleraar prof.dr. G.P.Westert

Titel Kwaliteit van Huisarts- en Ziekenhuiszorg

Initiatiefnemer RIVM

Naam bijzonder hoogleraar prof.dr. P.Winsemius

Titel Management van duurzame ontwikkeling

Initiatiefnemer Sustainability Challenge Foundation

Tilburg Law School

Naam bijzonder hoogleraar prof.mr. I.N. Tzankova

Titel Collectieve rechtspleging en rechtsvergelijking

Initiatiefnemer NautaDutihl N.V.

Tilburg School of Humanities

Naam bijzonder hoogleraar prof.dr. A.J.Baart

Titel Presentie en Zorg

Initiatiefnemer Stichting Maatschappelijke Activering

Naam bijzonder hoogleraar prof.dr. A. Goossensen

Titel Presentie en Geestelijke Gezondheidszorg

Initiatiefnemer Stichting Maatschappelijke Activering

Naam bijzonder hoogleraar prof.dr. R.F. Poell

Titel Diversiteit in schoolgebonden opleiden van leraren

Initiatiefnemer OMO

32

Tilburg School of Catholic Theology

Naam bijzonder hoogleraar prof.dr. P.J.J. van Geest

Titel Bijzondere leerstoel Augustijnse Studies

Initiatiefnemer Nederlandse provincie van de orde der Augustijnen

Naam bijzonder hoogleraar prof.dr. H.J.M. Schoot

Titel De Theologie van St. Thomas van Aquino

Initiatiefnemer Stichting Thomas Fonds

Ontwikkeling bijzonder hoogleraren in aantal 2008 - 2012

2008 2009 2010 2011 2012

TiSEM 12 11 12 11 11

TLS 9 7 8 9 8

TSB 14 15 17 19 17

TSH 11 13 15 12 9

TST 5 6 8 8 6

TiasNimbas 2 4 7 9 9

Totaal 53 56 67 68 60

33

2.1 Verslag bestuursagenda

Kwaliteit en studiesucces

Aanleiding/kader: Strategisch Plan 2010-2013, strategische agenda OCW

Doel/omschrijving: Selectie aan de poort, studiekeuzegesprekken, intensivering onderwijs, professiona-

lisering docenten, verhoging BSA-norm

Resultaat: Verhoging studiesucces en verbetering kwaliteit van het onderwijs.

Middelen: FBI, algemene middelen

Actie: RM, CS/S&P

Tijdschema: 2012 en verder

Resultaat Binnen alle faculteiten is in 2012 gewerkt aan verdere verbetering van kwaliteit en stu-

diesucces; in paragraaf 2.4.1 schetsen de faculteiten de belangrijkste ontwikkelingen.

Verhoging van de BSA-norm is in 2012 niet doorgevoerd; de resultaten van de evalu-

atie gaven daartoe aanleiding. In 2013 zal opnieuw bekeken worden of de BSA-norm

wordt verhoogd naar 48 ECTS.

Differentiatie onderwijs

Aanleiding/kader: Strategisch Plan 2010-2013, strategische agenda OCW

Doel/omschrijving: Verder vormgeven aan onderwijs voor excellente studenten, uitbouwen Liberal Arts &

Sciences, verkennen mogelijkheden voor meer differentiatie in het onderwijs.

Resultaat: Meer op verschillende groepen studenten toegesneden onderwijs.

Middelen: FBI, algemene middelen

Actie: RM, CS/S&P

Tijdschema: 2012 en verder

Resultaat In 2012 is gewerkt aan gezamenlijke profilering van het aanbod voor excellente stu-

denten. De opleiding Liberal Arts & Sciences is in 2012 geheraccrediteerd. De Si-

rius-monitoringcommissie beoordeelde het Outreaching-programma inhoudelijk

positief. Aandachtspunt is de continuering van het programma na de lopende subsi-

dieperiode.

2.2 Voortgang prestatieafsprakenOp het gebied van onderwijs zijn in het kader van de prestatieafspraken ambities geformuleerd op een

aantal verplichte indicatoren.

Hoofdstuk 2 Onderwijs

34

Indicator Realisatie

2011/2012*

Ambitie

2015/2016

Voortgang

2012/2013*

Onderwijskwaliteit – input

Percentage docenten met BKO 4,5% 30,0% 12,0%

Percentage bacheloropleidingen met ten minste 420

geprogrammeerde contacturen

32,0% 100,0% 57,0%

Onderwijskwaliteit output

Uitval 24,4% 22,0% 24,7%

Switch 13,0% 11,0% 9,5%

Rendement 59,7% 70,0% 69,5%

NSE: Aandeel studenten dat (zeer) tevreden is over

de opleiding in het algemeen

80,5% 80,5% 79,9%

* Realisatie 2011/2012 betreft het gemiddelde van de laatste drie cohorten. Voortgang 2012/2013 betreft het laatste cohort.

Hoewel de afspraken met de minister pas in het najaar van 2012 officieel zijn gemaakt, heeft Tilburg Univer-

sity in 2012 al concreet gewerkt aan het realiseren van deze doelstellingen. Dat kon omdat het verbeteren

van de onderwijskwaliteit binnen de universiteit al een aantal jaren hoog op de agenda staat. De ambities

die de universiteit heeft geformuleerd zijn een aanscherping van de ambities die al in het kader van het

Strategisch Plan 2010-2013 waren geformuleerd. In de periode 2013-2015 zullen de maatregelen en acties

ter verbetering van kwaliteit en studiesucces verder worden uitgerold.

Op het gebied van onderwijs zijn tevens ambities geformuleerd op een aantal niet-verplichte indicatoren.

Indicator Realisatie

2011/2012

Ambitie

2015/2016

Voortgang

2012/2013

Onderwijsportfolio - differentiatie

Aandeel studenten in excellentieprogramma’s 5,9% 7,0% -

Onderwijsportfolio - internationalisering

Aantal bachelorprogramma’s aangeboden in het

Engels

4 6 4

Aantal masterprogramma’s aangeboden in het Engels 37 37 37

Percentage inkomende buitenlandse uitwisselings-

studenten

4,0% 4,0% 3,8%

Percentage buitenlandse instroom in Engelstalige

bacheloropleidingen

31,0% 34,0% 32,0%

Percentage buitenlandse instroom in Engelstalige

masteropleidingen

22,0% 30,0% 25,6%

Onderwijs - output

Percentage bachelors met buitenlandervaring 15.0% 18,0% 16,1%

Percentage masters met buitenlandervaring 8,0% 10,0% -

35

2.3 Rankings

Elsevier 2012

Tilburg University is door de hoogleraren en hoofddocenten voor het zesde achtereenvolgende jaar uitge-

roepen tot beste specialistische universiteit in het jaarlijks onderzoek van het weekblad Elsevier. Bijna 2.500

hoogleraren en hoofddocenten van universiteiten deden mee aan het jaarlijkse onderzoek van Elsevier, dat

voor de zeventiende keer werd uitgevoerd. Dertien universiteiten werden onder de loep genomen en onder-

verdeeld in drie groepen: brede, specialistische en technische universiteiten.

Keuzegids Universiteiten 2012

Tilburg University is ten opzichte van 2011 iets beter beoordeeld in de Keuzegids Universiteiten 2012. De

universiteit is over alle studies gemeten, beoordeeld met 61 (gemiddeld) punten. Hiermee stijgt zij iets ten

opzichte van 2011 (59).

Wat vooral opvalt, is de beoordeling van Fiscaal Recht. In 2006 werd deze bachelor nog met 38 punten

beoordeeld. In 2012 is Fiscaal Recht de beste bachelor van Nederland met 66 punten. Ook Communicatie-

en Informatiewetenschappen, Psychologie, Organisatiewetenschappen, Economie- en Informatica, Fiscale

Economie, Internationaal- en Europees Recht stijgen de afgelopen jaren. Andere bachelors lijken zich te

herstellen van een teruggang in 2011.

WO-monitor 2011

De resultaten van het tweejaarlijkse onderzoek onder onze masteralumni zijn in februari 2012 gerappor-

teerd. De WO-monitor geeft inzicht in de ervaren kwaliteit van het onderwijs, de aansluiting van het onder-

wijs op de arbeidsmarkt en de huidige positie van de alumni op de arbeidsmarkt. Tilburg University krijgt

goede rapportcijfers als het gaat om de inbedding van de opleiding in wetenschappelijk onderzoek en de

ontwikkeling van onderzoeksvaardigheden. Minder tevreden zijn de respondenten over de voorbereiding

op de actuele beroepspraktijk, internationale oriëntatie en de voorlichting over studie- en beroepsmogelijk-

heden. Hier scoort Tilburg University lager dan het landelijk gemiddelde. Van de onderzochte alumni heeft

86% betaald werk. Daarvan werkt 69% procent op een functie waarvoor minimaal WO-niveau is vereist.

Gemiddeld verdienen alumni van Tilburg University twee jaar na het afstuderen een bedrag van 2.458 euro

bruto per maand. Dit is 69 euro minder dan het landelijk gemiddelde.

Positie van TiasNimbas op Financial Times ranglijsten in 2012

Ranglijst Programma Wereld Europa Nederland

European Business

School Ranking

Alle programma’s - 26 2

EMBA Ranking EMBA 86 30 3

Masters in Management International MSc in

Business Administration

54 50 3

Executive Education – Customized CSP programma’s 46 20 1

Executive Education – Open Open programma’s 56 25 2

36

2.4 Onderwijsprogramma’s

2.4.1 Relevante ontwikkelingen per faculteit

Tilburg School of Economics and Management (TiSEM)

TiSEM heeft besloten Research Based Learning (RBL) te gaan toepassen in al haar onderwijsprogramma’s.

RBL is een onderwijsbenadering waarbij onderzoek stevig in het curriculum is ingebed. Dit gebeurt door

onderzoekselementen in verschillende vormen te integreren (o.a. leren over onderzoek, participeren in

onderzoek en het zelf uitvoeren van onderzoek). Ook het gebruik van diverse innovatieve lesmethoden,

tussentijdse toetsing en opdrachten om studenten te activeren, en een ondergrens voor het aantal con-

tacturen per vak maken deel uit van deze benadering. RBL is in september 2011 als pilot geïmplementeerd

in het bachelorprogramma Bedrijfseconomie. Uit enquêtes blijkt dat studenten het nieuwe programma

uitdagender vinden dan het oude, meer tijd besteden aan hun studie en de link tussen onderzoek en de

programmaonderdelen herkennen. Met ingang van het collegejaar 2013/2014 zullen alle bachelor- en mas-

terprogramma’s van de faculteit RBL in hun curriculum hebben verwerkt.

Vanaf september 2012 biedt TiSEM een vernieuwd masterprogramma International Management aan. Ele-

menten van ‘corporate responsibility’ zijn verwerkt in alle vakken. Dit leidt tot een meer coherent program-

ma met een heldere positionering van ‘understanding society’ en ‘societal impact’.

Tilburg Law School (TLS)

De in 2010 ingezette redesign-operatie van het bacheloronderwijs binnen TLS heeft verder vervolg gekre-

gen. Met dit redesign wil de faculteit het onderwijs inhoudelijk en beheersmatig verder optimaliseren. In

augustus is gestart met herzieningen voor het tweede jaar van de bacheloropleidingen. Voor de Engelstali-

ge bachelor Global Law is een programma opgezet en er is gestart met de internationale werving.

Ook in de masteropleidingen zijn veranderingen doorgevoerd. De LLM Rechtsgeleerdheid heeft een rati-

onalisatie doorgemaakt, mede naar aanleiding van de visitatiecommissie Rechten in 2011. De MSc Victi-

mology and Criminal Justice is op 1 september 2012 van start gegaan. Voor de LLM International Business

Taxation is het accreditatietraject afgerond. Deze begint op 1 september 2013.

De faculteit is bezig om op onderdelen een beleid van selectie aan de poort te introduceren. Zo is in 2012

voor het eerst een selectieprocedure voor premasterstudenten gehanteerd. Verder is de voorbereiding in

volle gang voor de invoer van een numerus fixus voor de vier juridische bacheloropleidingen in collegejaar

2013/2014. Hierbij zal 20% van de studenten toegelaten worden via centrale loting en 80% via decentrale

selectie. In het najaar is de voorlichtingscampagne begonnen en de selectieaanpak nader uitgewerkt.

Tilburg School of Social and Behavioral Sciences (TSB)

Op 1 september 2012 is TSB gestart met een nieuw studierooster dat voorziet in uitbreiding van het aantal

onderwijsweken van 28 naar 34. In elk opleidingsjaar wordt nu gewerkt met vier blokken. Bovendien is een

aantal didactische vernieuwingen doorgevoerd in het eerste bachelorjaar: er wordt toegezien op een norm

van 8 contacturen per ECTS, en minimaal de helft van het eerstejaars onderwijs wordt aangeboden in klein-

schalige werkgroep- of practicumvorm.

37

Begin 2012 is in samenwerking met de universitaire toetsdeskundige de pilot ‘Toetsen van toetsen’ uitge-

voerd. Op basis van het resultaat is een aantal beleidswijzigingen doorgevoerd, bijvoorbeeld ten aanzien

van het verplicht gebruik maken van toetsspecificatietabellen en antwoordmodellen. De pilot heeft een

systematiek opgeleverd die de Examencommissie vanaf september 2012 hanteert om haar wettelijke taak

voor interne kwaliteitsborging van de toetsing adequaat te kunnen vervullen.

Alle TSB-opleidingen (behalve Medische Psychologie) zijn in 2012 gevisiteerd in het kader van de reguliere

heraccreditatieprocedure die onderdeel is van de externe kwaliteitszorg. Voor de beoordeling van de op-

leidingen is het beperkt beoordelingskader van de Nederlands-Vlaamse Accreditatie Organisatie (NVAO)

gehanteerd. De visitatiecommissies hebben voor alle opleidingen een positief advies tot heraccreditatie

afgegeven.

Tilburg School of Humanities (TSH)

Tijdens de eerste lustrumviering van TSH op 6 en 7 november 2012 nam onderwijsinnovatie een belangrij-

ke plaats in. TSH concretiseert haar onderwijsinnovatie in curriculaire vernieuwing, vooral in het domein

van cultuurwetenschappen, en in didactische innovaties zoals team teaching, de inzet van e-learning, en de

gedifferentieerde inzet van toetsvormen.

In 2012 is de bacheloropleiding Liberal Arts and Sciences geheraccrediteerd. De inbedding van het toets-

beleid van deze opleiding, dat model staat voor het toetsbeleid van alle TSH-opleidingen, is in de Instel-

lingstoets Kwaliteitszorg als goed beoordeeld.

In september 2012 ging het Honors Program Discourses on Europe van start waartoe TSH het initiatief

heeft genomen. Het programma biedt aan excellente studenten van Tilburg University intensieve cursus-

sen met een academische oriëntatie op Europese cultuur en identiteit.

Tilburg School of Catholic Theology (TST)

De samenwerking met Fontys Hogeschool Theologie Levensbeschouwing is geëvalueerd in een gezamen-

lijk rapport dat is aangeboden aan de beide Colleges van Bestuur met de aanbeveling deze verder voort te

zetten.

De faculteit streeft naar de accreditatie van een nieuwe masteropleiding Religieuze Educatie. Deze tweeja-

rige opleiding zal het huidige driejarige uitstroomprofiel in de master Theologie vervangen.

Om de band tussen onderwijs en onderzoek te versterken zal twee maal per jaar een zogenaamde ‘Weten-

schapsweek’ georganiseerd worden voor docenten en studenten. In maart 2013 vindt voor het eerst een

dergelijke week plaats. Docenten van de bachelor- en masteropleiding Theologie komen samen in nieuwe

kernteams. In deze teams wisselen zij hun onderwijservaringen uit en bespreken zij de studievoortgang

van studenten.

38

Voorafgaand aan de onderwijsvisitatie in 2013 heeft TST een zelfevaluatie uitgevoerd. Daaruit concludeert

de faculteit dat zij haar opleidingen goed op orde heeft, beschouwd naar eindkwalificaties, onderwijsleer-

omgeving en toetsing. De ontwikkeling van de studentenaantallen vraagt en krijgt aandacht, en dat geldt

evenzeer voor de verdere professionalisering van de toetsing.

TiasNimbas Business School

Een belangrijke vorm van kennisoverdracht aan de samenleving is het executive of post-experience onder-

wijs. TiasNimbas is zowel de business school van Tilburg University als van de Technische Universiteit

Eindhoven en heeft vestigingen in Tilburg, Amsterdam, Utrecht en Taipei. De missie is: “Developing lea-

ders and professionals to make a difference in their lives, their organisations and society”. De kwaliteit van

TiasNimbas werd in 2012 bevestigd door de accreditatie door de AACSB.

Het productportfolio bestaat uit diverse MBA opleidingen, executive master opleidingen, een MSc oplei-

ding, korte executive programma’s, een doctoraalprogramma en company specific programma’s. De alge-

mene onderwijsvisie is gebaseerd op de principes ‘ontdekken’, ‘betrekken’ en ‘verbinden’.

Binnen TiasNimbas zijn verschillende research labs actief die gezamenlijk de research infrastructuur van

TiasNimbas vormen en zorg dragen voor de ontwikkeling van hoogstaand onderzoek en de vertaling daar-

van naar de verschillende onderwijsprogramma’s, het bedrijfsleven en de maatschappij als geheel. Op deze

wijze versterken de labs de reputatie van TiasNimbas als kennisinstelling.

2.4.2 Accreditatie

Tilburg School of Economics and Management

B Bedrijfseconomie februari 2017

B Econometrie en Operationele Research februari 2017

B Economics mei 2013

B Economie en Bedrijfseconomie februari 2017

B Economie en Informatica februari 2017

B Fiscale Economie februari 2017

B International Business Administration december 2013

M Accounting februari 2017

M Econometrics and Mathematical Economics februari 2017

M Economics februari 2017

M Economics and Finance of Aging februari 2017

M Finance februari 2017

M Fiscale Economie februari 2017

M Information Management februari 2017

M International Management februari 2017

M Leraar Voorbereidend Hoger Onderwijs in Algemene Economie juni 2016

M Leraar Voorbereidend Hoger Onderwijs in Management en Organisatie juni 2016

M Leraar Voorbereidend Hoger Onderwijs in Wiskunde juni 2016

39

M Marketing Management februari 2017

M Marketing Research februari 2017

M Operations Research and Management Science februari 2017

M Quantitative Finance and Actuarial Science februari 2017

M Strategic Management februari 2017

M Supply Chain Management februari 2017

M Research Master in Business augustus 2015

M Research Master in Economics augustus 2015

Tilburg Law School

B Bestuurskunde april 2018

B Fiscaal Recht maart 2018

B Internationaal en Europees Recht maart 2018

B Rechtsgeleerdheid maart 2018

B Ondernemingsrecht maart 2018

M Bestuurskunde april 2018

M Fiscaal Recht maart 2018

M International and European Public Law maart 2018

M International Business Law maart 2018

M Law and Technology maart 2018

M Ondernemingsrecht maart 2018

M Rechtsgeleerdheid maart 2018

M Victimology februari 2018

M Research Master Grondslagen en Methoden van de Rechtswetenschap februari 2016

M Research Master Public Administration and Organizational Science april 2017

Tilburg School of Social and Behavioral Sciences

B Organisatiewetenschappen december 2013

B Personeelwetenschappen december 2013

B Psychologie december 2013

B Sociologie december 2013

B Vrijetijdwetenschappen december 2013

M Human Resource Studies december 2013

M Leisure Studies december 2013

M Leraar Voorbereidend Hoger Onderwijs in Maatschappijleer juni 2016

M Medische Psychologie augustus 2017

M Organisation Studies december 2013

M Psychologie en Geestelijke Gezondheid december 2013

M Social Psychology december 2013

M Sociology december 2013

M Research Master Social and Behavorial Sciences december 2013

40

Tilburg School of Humanities

B Algemene Cultuurwetenschappen december 2014

B Communicatie- en Informatiewetenschappen december 2014

B Liberal Arts and Sciences januari 2016

B Religie in Samenleving en Cultuur mei 2014

B Wijsbegeerte februari 2017

M Communicatie- & Informatiewetenschappen december 2014

M Filosofie februari 2017

M Kunst- & cultuurwetenschappen december 2014

M Leraar Voorbereidend Hoger Onderwijs in Filosofie juni 2016

M Leraar Voorbereidend Hoger Onderwijs in Nederlands juni 2016

M Opleiding tot leraar v.o. van de 1e graad in Religie in Samenleving en Cultuur december 2014

M Theologie & Religiewetenschappen: varianten R&R en ZEB december 2014

M Research Master Communicatie- & Informatiewetenschappen maart 2017

M Research Master Filosofie februari 2016

M Research Master Theologie & Religiewetenschappen februari 2016

Tilburg School of Catholic Theology

B Theologie december 2014

M Theologie december 2014

M Theologie & Religiewetenschappen: variant Chr. and Soc. december 2014

TiasNimbas Business School

Executive Master of Actuarial Science oktober 2017

Executive Master of Business Valuation november 2016

Executive Master in Finance november 2016

Executive Master of Health Administration september 2017

Executive Master of Information Management november 2017

Executive Master of IT-Auditing augustus 2013

Executive Master of Management and Organisation oktober 2016

Executive Master of Management in Education maart 2017

Executive Master of Operations and Supply Chain Excellence oktober 2017

Executive Master in Public and Non-Profit Management maart 2017

International Full-Time MBA oktober 2013

International MSc in Business Administration mei 2016

Register Controller / Executive Master of Finance and Control april 2018

N.B.

TiasNimbas Business School is een aparte rechtspersoon onderwijs en valt daarom niet onder de instel-

lingsaccreditatie/instellingstoets voor Tilburg University.

41

2.5 Internationalisering

2008-2009 2009-2010 2010-2011 2011-2012

Afgestudeerde bachelor studenten

met ervaring in het buitenland

10,2% 12,4% 14,9% 16,1%

Tilburg University heeft in 2009 de ambitie uitgesproken dat minimaal 30% van de afgestudeerde studen-

ten een deel van de studie in het buitenland heeft gedaan. De ‘Study Abroad’ voorlichtingscampagnes zijn

de afgelopen jaren geïntensiveerd. Ook is er meer variatie in het aanbod. Het effect van deze maatregelen

is zichtbaar in een stijgend percentage van afgestudeerde studenten met buitenlandervaring.

Uitgaande mobiliteit 2008/2009 2009/2010 2010/2011 2011/12

Europa 125 138 191 185

Canada/US 40 34 47 56

Latijns Amerika 15 11 29 23

Afrika 8 17 8 14

Australië/Nieuw Zeeland 18 18 11 16

Azië 20 20 44 65

Midden Oosten 0 0 1 1

Totaal 226 238 331 360

Tilburgse studenten gaan steeds vaker op exchange buiten Europa. Vooral Azië, Canada/Verenigde Staten

en Australië zijn gewild. Door uitbreiding van het partnernetwerk met universiteiten in deze regio’s probeert

Tilburg University aan de groeiende vraag van studenten te voldoen.

Inkomende mobiliteit 2008/09 2009/10 2010/2011 2011/2012

Europa 216 261 274 325

Canada/US 46 47 38 38

Latijns Amerika 23 19 33 49

Afrika 0 3 4 4

Australië/Nieuw Zeeland 12 17 21 14

Azië 36 33 49 58

Midden Oosten 0 0 1 2

Totaal 333 380 420 490 De stijging van het aantal inkomende exchange studenten draagt bij aan het aanbod van onderwijs in een

international classroom.

42

Tilburg University Summer School

Editie Deelnemers Cursussen

2009 100 5

2010 150 9

2011 215 12

2012 255 14

Het cursusaanbod van de Summer School is verder uitgebreid. Bijzonder is het internationale karakter van

de Summer school. De helft van de deelnemers bestaat uit internationale studenten, afkomstig uit meer

dan 54 landen.

Huisvestingsbemiddeling

Ruim 665 internationale studenten hebben in 2011/2012 via de website www.yourroomintilburg.nl, een ka-

mer in Tilburg gevonden. De website is een gezamenlijk initiatief van de universiteit en Tilburgse woning-

corporaties.

Tilburg University China Office

Op 1 januari 2012 is het China Office gestart. Een academic liaison officer, ondersteund door een kleine

staf, richt zich op het intensiveren van de samenwerking met Chinese universiteiten. Ook onderhoudt het

kantoor de relaties met alumni, lokale wervingsagenten en beursverstrekkende organisaties. Tot slot speelt

het China Office een belangrijke rol in de toelatingsprocedure voor Chinese studenten.

Internationale joint programs

Gezamenlijke internationale programma’s verrijken het bestaande opleidingsaanbod. Studenten volgen

een curriculum dat door meerdere universiteiten in verschillende landen wordt verzorgd. Zij zijn hierbij ver-

plicht om te reizen, waardoor het programma bijdraagt aan de mobiliteit. Tilburg University biedt diverse

internationale joint programs aan.

Tilburg School of Economics and Management

- Multiple degree International Master in Information Technolgy, in samenwerking met IAE Aix-en-Proven-

ce en University of Helsinki.

- Multiple degree International Master in Service Engineering, in samenwerking met University of Stutt-

gart en University of Crete.

- Double degree Information management (Bachelor) in samenwerking met Bentley University (USA).

Tilburg Law School

- Double degree in European Tax College in samenwerking met Katholieke Universiteit Leuven.

- Participeert in European Master in transnational trade law and finance, in samenwerking met Deusto,

Frankfurt en Straatsburg.

43

Tilburg School of Social and Behavioral Sciences

- Double degree Leadership, Organisational Psychology and Organisational Studies in samenwerking met

BI Norwegian School of Management in Oslo, Noorwegen.

- Double degree Sociology in samenwerking met University of Trento.

2.6 Verslag procedures klachten, beroepen en bezwaren

Tilburg University heeft vanaf 1 september 2010, conform artikel 7.59a WHW, een eenduidige faciliteit inge-

richt waar studenten (en ‘betrokkenen’ in de zin van de wet) terecht kunnen voor het inwinnen van advies

over procedures en waar zij klachten, beroepen en bezwaren kunnen indienen: het Centraal Loket Geschil-

len en Klachten (CLGK). Het CLGK heeft een website waar informatie te vinden is over de verschillende

procedures waar studenten van Tilburg University die een administratienummer hebben kunnen inloggen

en hun klacht, beroep of bezwaar online kunnen indienen. Dit systeem bevestigt de ontvangst van de

klacht, het bezwaar of beroep onmiddellijk. Betrokkenen die geen administratienummer van TiU hebben

worden verwezen naar de mogelijkheid om per brief een klacht, beroep of bezwaar in te dienen. Het CLGK

is te vinden op de volgende website: www.tilburguniversity.edu/nl/studenten/studeren/klacht-beroep/. Een

uitgebreid jaarverslag van het CLGK is te raadplegen op: www.tilburguniversity.edu/nl/studenten/studeren/

klacht-beroep/cbe/uitspraken/.

2.6.1 Centraal Klachtenloket

De inrichting van het klachtenloket en de administratieve procedure is ingericht volgens de wettelijke ver-

eisten uit titel 9.1 van de Awb zoals artikel 7.59b WHW dat vereist. De studentendecaan beoordeelt op welk

organisatieonderdeel de klacht betrekking heeft, en zendt de klacht ter afhandeling naar de directeur van

de betreffende faculteit of dienst, uiteraard indien de directeur niet degene is op wie de klacht betrekking

heeft. Deze gaat in alle gevallen de feiten en omstandigheden na waar de klacht betrekking op heeft. Indien

nodig wordt de klager om nadere toelichting gevraagd. De studentendecaan/beheerder van het klachtenlo-

ket monitort de afhandelingstermijn van de klacht.

In 2012 kwamen 90 klachten binnen, dat is een stijging ten opzichte van het jaar daarvoor. (2011:70). Het

gemiddelde van de afgelopen jaren is daarmee gestegen naar 85 klachten per jaar (2011:75).

49 Klachten waren bestemd voor de faculteiten, 41 zijn voor afhandeling doorgestuurd naar de diensten.

Van de klachten voor de diensten gaat het overgrote deel naar Student Services en daar is ook een opval-

lende stijging in de afhandeling van het aantal klachten te merken (2011: 12, 2012: 33). Daarvan gingen 13

klachten over de planning en organisatie van tentamens, 6 over inschrijving en collegegeld, 4 klachten over

gedrag en service van medewerkers van de universiteit en 4 klachten zijn via de studentendecanen afgehan-

deld omdat de klacht ingetrokken was of er informatie werd verstrekt over procedures. De overige klachten

hadden diverse typeringen.

65% van de klachten is terecht ingediend (50% in 2011). Ongeveer 5 % is ‘ongegrond’ verklaard (11% in

2011). In 43% van de gevallen is tekst en uitleg verschaft over regelingen, voorzieningen en beslissingen

(30% in 2011). Hieruit blijkt dat de klachtenprocedure voldoet aan de behoefte en het doel wordt bereikt:

44

studenten willen gehoord worden en kunnen toch tevreden gesteld worden, ook al kan niet altijd aan hun

wensen tegemoet worden gekomen.

studenten van afhandeling

door

studenten van afhandeling

door

2012 2012 2011 2011

TiSEM 38 25 24 15

TSH 7 5 12 7

TST 0 0 0 0

TLS 23 13 21 17

TSB 22 6 13 8

FS 5 7

GS 0 1

StS 33 12

LIS 3 3

Totaal 90 90 70 70

Totaal

Diversen 12

Scriptie 6

Onderwijs 8

Tentamens 43

Voorlichting 3

Examencommissie 2

Medewerkers Tilburg University 7

Voorzieningen Tilburg University 9

Totaal 90

2.6.2 College van Beroep voor de Examens (CBE)

Art. 7.61 van de Wet op het Hoger Onderwijs en Wetenschappelijk Onderzoek (WHW) geeft een lijst van

beslissingen waartegen studenten beroep kunnen instellen bij het CBE. Hieronder vallen bijvoorbeeld be-

slissingen van een examencommissie, beslissingen omtrent het BSA en toelating tot een masteropleiding.

De beroepen bij het College van Beroep voor de Examens zijn ingediend door studenten van de faculteiten

TiSEM, TLS, TSB en TSH. 95 beroepen werden ingediend door studenten van TLS (53 %), 49 door studen-

ten van TiSEM (27%), 34 door studenten van TSB (19%), 2 door studenten van TSH (1%). Er zijn dit jaar

geen beroepen ingediend door studenten van TST.

In 2012 werden door studenten in totaal 180 beroepen ingesteld (2011: 138, 2010: 93). In 18 gevallen werd

het beroepschrift doorgestuurd (2011: 25), in 38 gevallen werd het beroep ingetrokken (2011: 38), in 88

45

gevallen werd er minnelijk geschikt (2011: 58), 2 zaken werden niet-ontvankelijk verklaard (2011: 3) en in 36

zaken deed het College van Beroep voor de Examens uitspraak (2011: 14).

Overzicht ingediende beroepen per faculteit

TST

TSH

TSB

TLS

TiSEM

0%

1%

19%

53%

27%

Overzicht afhandeling ingediende beroepen

uitspraak

minnelijkeschikking

ingetrokken

doorgezonden

totaal

36

88

38

18

180

In 2012 heeft het CBE in 36 zaken uitspraak gedaan (2011: 17): in 2 gevallen werd appellant niet-ontvanke-

lijk verklaard (2011: 3). 7 beroepen werden gegrond verklaard, en derhalve werden 27 beroepen ongegrond

verklaard (2011: 14). De beroepen die niet-ontvankelijk werden verklaard, werden ingesteld door studenten

van TLS.

In tegenstelling tot 2011 waarin 0 beroepen gegrond waren verklaard zijn dit jaar 7 beroepen gegrond

verklaard. Alle 7 beroepen werden ingesteld door studenten van TLS. De beroepen hadden betrekking op

tentamenvoorziening (extra tentamengelegenheid; 6 beroepen) en het BSA (1 beroep).

46

2.6.3 Commissie van advies voor de bezwaar en beroepschriften (CABB)

Indien een student met een besluit geconfronteerd wordt dat door of namens het instellingsbestuur is

genomen, kan een student hiertegen bezwaar aantekenen. Hierbij kan gedacht worden aan inschrijving,

inschrijving met terugwerkende kracht, uitschrijving en restitutie van collegegeld. Op grond van artikel

7.63a WHW en hoofdstuk 4 van het Bestuurs- en Beheersreglement van Tilburg University, heeft Tilburg

University een geschillenadviescommissie (de Commissie van advies voor de bezwaar en beroepschriften)

die aan het instellingsbestuur advies uitbrengt over deze bezwaren, na te zijn nagegaan of er een minnelijke

schikking tussen partijen mogelijk is.

In 2012 zijn in totaal 57 bezwaren ingediend door studenten (2011: 30). 10 zaken zijn ingetrokken, 4 zaken

zijn doorgezonden, in 27 zaken werd een minnelijke schikking bereikt (2011: 19), en 16 zaken zijn nog niet

afgehandeld, omdat die in het kader van de wetswijziging ten aanzien van de Wet verhoging collegegeld

langstudeerders tijdelijk zijn opgeschort.

De voorzitters van de CABB maken geen deel uit van en zijn niet werkzaam onder verantwoordelijkheid van

TiU (dit is in lijn met het bepaalde in artikel 7.63a WHW en artikel 7.13 Awb). De leden zijn wel onderdeel

van de wetenschappelijke staf van TiU. Een nadere procedure met betrekking tot de afhandeling van de

bezwaren door de CABB en het CvB is neergelegd in het Bestuurs- en beheersreglement van TiU.

Overzicht ingediende beroepen bij het CABB

nog niet afgehandeld

minnelijke schikking

ingetrokken

doorgezonden

totaal

16

27

10

4

57

47

2.7 Kerncijfers onderwijs

2.7.1 Algemeen

Als gevolg van de ingetrokken maatregel voor langstudeerders is het aantal afgegeven bachelor- en mas-

terdiploma’s in 2011/2012 beduidend hoger dan in 2010/2011. Deze toename van het aantal afgestudeer-

den en de daling van het aantal eerstejaars heeft ertoe geleid dat het aantal ingeschreven studenten in

2012/2013 voor het eerst sinds jaren is gedaald.

Diploma’s 2008/09 2009/10 2010/11 2011/12

Bacheloropleidingen

TiSEM 598 574 696 792

TLS 354 301 321 406

TSB 328 371 339 394

TSH 73 104 121 169

TST 20 15 14 18

Totaal 1.373 1.365 1.491 1.779

Masteropleidingen

TiSEM 877 884 1.027 1.359

TLS 387 491 515 636

TSB 431 473 473 498

TSH 162 151 198 316*

TST 11 16 9 6*

Totaal 1.868 2.015 2.222 2.815

Doctoraalopleidingen

TiSEM 0 0 0 0

TLS 0 0 0 0

TSB 0 0 0 0

TSH 1 0 0 1

TST 6 1 2 5

Totaal 7 1 2 6

Totaal initiële opleidingen 3.839 3.381 3.340 4.600

Postdoctorale opleidingen 57 72 52 67

* De diploma’s van de variant Christianity and Society van het brede masterlabel Theologie en Religiewetenschappen van

TST zijn meegeteld bij TSH. Dit betreft 7 diploma’s.

48

Het aantal eerstejaars met een buitenlandse nationaliteit is in 2012/2013 gedaald naar 560 studenten. Door

de relatief grote uittocht van Nederlandse afgestudeerden is het aandeel buitenlandse ingeschreven stu-

denten in 2012/2013 licht gestegen naar 9%. Net als in 2011/2012 bestaat de studentenpopulatie voor 48%

uit vrouwen. Het aantal deeltijdstudenten is opnieuw gedaald tot 358 (3%).

Aantal eerstejaars (eerstejaars instelling WO-I)

2009/10 2010/11 2011/12 2012/13

totaal 3.522 3.425 3.649 3.273

buitenlandse studenten 468 465 594 560

% buitenlandse studenten 13,3% 13,6% 16,3% 17,1%

Aantal ingeschrevenen

2009/10 2010/11 2011/12 2012/13

TiSEM 5.690 5.927 5.963 5.558

TLS 3.061 3.135 3.296 3.070

TSB 2.557 2.605 2.706 2.723

TSH 1.215 1.322 1.496 1.491*

TST 155 164 138 110*

Totaal 12.678 13.153 13.599 12.952

* De ingeschreven studenten van de variant Christianity and Society van het brede masterlabel Theologie en Religieweten-

schappen van TST zijn meegeteld bij TSH. Dit betreft 16 studenten.

Ingeschrevenen naar geslacht en naar opleidingsvorm

2009/10 2010/11 2011/12 2012/13

man 6.739 7.027 7.115 6.714

vrouw 5.939 6.126 6.484 6.238

% vrouw 47% 47% 48% 48%

voltijd 12.173 12.668 13.118 12.594

deeltijd 505 485 481 358

% deeltijd 4% 4% 4% 3%

De eerdergenoemde daling van het aantal eerstejaars in 2012/2013 is bij alle faculteiten zichtbaar. Het aan-

tal eerstejaars in de bachelor- en pre-masterfase is afgenomen. Het aantal eerstejaars masterstudenten dat

zich voor het eerst bij Tilburg University inschrijft is echter toegenomen. Het aantal contractstudenten is in

het verslagjaar afgenomen en ongeveer gelijk aan het aantal in 2010/2011.

49

Aantal eerstejaars (eerstejaars instelling WO-I) naar faculteit en fase

2009/10 2010/11 2011/12 2012/13

TiSEM totaal 1.587 1.553 1.633 1.464

bachelor 1.020 997 1.046 898

premaster 378 360 325 299

master 189 196 262 267

TLS totaal 789 724 781 657

bachelor 504 438 452 429

premaster 178 207 224 118

master 107 79 105 110

TSB totaal 736 739 761 694

bachelor 527 561 542 449

premaster 140 109 146 169

master 69 69 73 76

TSH totaal 392 381 460 446

bachelor 205 199 225 210

premaster 157 158 177 147

master 30 24 58 89*

TST totaal 18 28 14 12

bachelor 12 16 6 7

premaster 4 4 1 3

master 2 8 7 2*

Tilburg University totaal 3.522 3.425 3.649 3.273

bachelor 2.268 2.211 2.271 1.993

premaster 857 838 873 736

master 397 376 505 544

* Het aantal eerstejaars van de variant Christianity and Society van het brede masterlabel Theologie en Religiewetenschap-

pen van TST zijn meegeteld bij TSH. Dit betreft 7 studenten.

50

Aantal contractstudenten

2009/10 2010/11 2011/12 2012/13

TiSEM 42 34 28 24

TLS 85 70 102 86

TSB 96 16 31 18

TSH 25 16 11 16

TST 4 5 3 4

Tilburg University 252 141 175 148

Het aantal studenten met een positief bindend studieadvies (bsa) is in 2011/2012 met 4%-punt gedaald

naar 74%. Het aandeel is ongeveer gelijk aan het aandeel in 2010/2011. Deze verlaging is mogelijk het ef-

fect van de verhoging van de bsa-norm: studenten dienen vanaf 2011/2012 in het eerste jaar minimaal 42

studiepunten te halen in plaats van 36.

Aandeel studenten met positief bindend studieadvies

2008/09 2009/10 2010/11 2011/12

TiSEM 72% 69% 77% 69%

TLS 70% 69% 71% 62%

TSB 72% 80% 83% 87%

TSH 75% 82% 86% 84%

TST 100% 57% 100% 100%

Tilburg University 72% 73% 78% 74%

In 2011/2012 voldeed 63% van de studenten aan deze nieuwe bsa norm. In 2010/2011 heeft 61% - onder

de oude norm van 36 punten- 42 studiepunten behaald en in 2009/2010 was dat 57%. Het aandeel loopt

uiteen van 62% (TLS), 84% (TSH) en 100% voor TST.

51

100%

90%

80%

70%

60%

50%

40%

30%

20%

10%

0%Norm 36 ECTS Norm 42 ECTS Norm 48 ECTS

2009/2010

2010/2011

2011/2012

65%69% 67%

57%61%

63%

48%52%

55%

Aandeel voltijds studenten die voldoen aan de bsa norm

Gemiddeld hebben bachelorstudenten in 2011/2012 in hun eerste jaar 40 studiepunten behaald tegen 41

punten van de eerstejaars van 2010/2011. Over de faculteiten varieert dit gemiddelde tussen de 35 (TLS) en

45 punten (TSB), waarbij TST vanwege het kleine aantal buiten beschouwing blijft. Het aantal eerstejaars-

studenten dat in de bachelorfase 2011/2012 tussen de 48 t/m 59 studiepunten heeft behaald is met 3%-punt

toegenomen tot 26%. Verder valt op dat het aantal bachelorstudenten in 2011/2012 zonder studiepunten

met 3% punt is toegenomen tot 12%. Dit komt overeen met het percentage in 2008/2009 en 2009/2010.

Eerstejaarsvoortgang bachelor (voltijd)

(gemiddeld aantal behaalde studiepunten 1) binnen de opleiding)

2008/09 2009/10 2010/11 2011/12

TiSEM 39 38 41 39

TLS 40 36 40 35

TSB 36 40 40 45

TSH 41 42 43 43

TST 34 31 38 64

Tilburg University 38 38 41 401) inclusief studenten met nul studiepunten

52

Eerstejaarsvoortgang bachelor (voltijd)

(frequentieverdeling behaalde studiepunten)

2008/09 2009/10 2010/11 2011/12

0 12% 12% 9% 12%

1 - 11 8% 9% 8% 7%

12 - 23 8% 8% 7% 8%

24 - 35 7% 6% 7% 6%

36 - 41 8% 8% 8% 4%

42 - 47 9% 9% 9% 9%

48 - 59 21% 23% 23% 26%

60 of meer 26% 25% 29% 29%

100% 100% 100% 100%

Van het cohort 2009/2010 heeft een kwart van de bachelorstudenten binnen drie jaar (in 2011/2012) het

diploma behaald. De helft van de bachelorstudenten van cohort 2008/2009 heeft binnen vier jaar het diplo-

ma gehaald. Van de zes voorgaande lichtingen heeft ongeveer 45% van de studenten het diploma binnen de

vier jaar gehaald. Gemiddeld is 66% van de studenten binnen zeven jaar afgestudeerd.

Rendement bachelor (voltijd)

cohort aantal

eerste

jaars

geslaagd

binnen

3 jaar

geslaagd

binnen

4 jaar

geslaagd

binnen

5 jaar

geslaagd

binnen

6 jaar

geslaagd

binnen

7 jaar

geslaagd

binnen

8 jaar

geslaagd

binnen

9 jaar

2002/03 1.688 23% 46% 57% 64% 66% 67% 68%

2003/04 1.837 25% 47% 59% 65% 68% 69% 70%

2004/05 1.842 21% 44% 55% 61% 63% 65%

2005/06 1.795 25% 45% 57% 63% 65%

2007/08 1.832 23% 46% 61%

2008/09 2.082 24% 51%

2009/10 2.162 25%

Het eerdergenoemde effect van de ingetrokken maatregel voor langstudeerders op het aantal afgestudeer-

den is zichtbaar in het verhoogd bachelorrendement van cohort 2007/2008 en 2008/2009. Ook is een

verhoogd masterrendement zichtbaar van de cohorten 2009/2010 t/m 2011/2012.

Het aantal bachelorstudenten met een positief bsa dat binnen drie jaar afstudeert is de afgelopen jaren

gestegen tot 39%. In 2011/2012 blijkt dat 77% van cohort 2009/2010 binnen vier jaar een bachelordiploma

heeft gehaald. Bij de voorgaande cohorten schommelt dit aandeel rond de 65%. Ook hier is het effect van

de ingetrokken maatregel van OCW zichtbaar.

53

Post-bsa bachelorrendement bachelor (voltijd)

aantal

studenten

geslaagd

binnen

2 jaar *

geslaagd

binnen

3 jaar

geslaagd

binnen

4 jaar

geslaagd

binnen

5 jaar

geslaagd

binnen

6 jaar

geslaagd

binnen

7 jaar

geslaagd

binnen

8 jaar

2004/05 921 35% 66% 81% 88% 91% 92% 92%

2005/06 890 29% 64% 80% 86% 89% 90%

2006/07 1.149 38% 67% 83% 90% 92%

2007/08 1.211 35% 64% 80% 88%

2008/09 1.211 34% 66% 85%

2009/10 1.274 38% 77%

2010/11 1.364 39%

* is nominale studiejaar van drie jaar; 2004/05 sluit aan bij cohort 2003/04 van bachelorrendement

Masterrendement (voltijd; 1-,2,- en 3 jarige opleidingen; start: 1 september)

cohort aantal

eerste

jaars

geslaagd

binnen

1 jaar

geslaagd

binnen

1,5 jaar

geslaagd

binnen

2 jaar

geslaagd

binnen

2,5 jaar

geslaagd

binnen

3 jaar

geslaagd

binnen

4 jaar

geslaagd

binnen

5 jaar

2005/06 1.071 36% 58% 78% 84% 88% 91% 92%

2006/07 1.566 28% 52% 73% 82% 87% 90% 92%

2007/08 1.757 26% 50% 72% 81% 88% 92% 94%

2008/09 1.892 22% 41% 64% 75% 83% 89%

2009/10 1.823 24% 45% 70% 80% 87%

2010/11 2.030 27% 52% 80%

2011/12 2.156 33%

Het zogeheten post-bsa bachelorrendement wijkt af van het rendement van herinschrijvers dat in het kader

van de prestatieafspraken wordt gehanteerd. In de volgende tabel zijn de twee type rendementen naast

elkaar gezet. Daaruit blijkt dat het bachelorrendement van herinschrijvers lager uitvalt dan het post-bsa ren-

dement. In het rendement volgens de Prestatieafspraak zijn alle studenten meegenomen die zich een jaar

later opnieuw bij de universiteit hebben ingeschreven inclusief de studenten die zich met een negatief bsa

hebben ingeschreven bij een andere opleiding (switchers). In het post-bsa rendement zijn uitsluitend stu-

denten meegenomen die een positief bsa ontvingen. Studenten die met een negatief bsa aan een nieuwe

opleiding beginnen zullen veelal later dan hun jaargenoten (met positief bsa) afstuderen of geen diploma

halen, wat de lagere uitkomst van het rendement van herinschrijvers verklaart. Het kengetal post-bsa ren-

dement is ontwikkeld om te monitoren wat de studievoortgang en uitval is van studenten met een positief

advies. Het aantal herinschrijvers is kleiner dan het aantal het aantal post-bsa studenten, omdat voor de

Prestatieafspraak wordt uitgegaan van studenten die zich voor het eerst in het hoger onderwijs inschrijven

(eerstejaars HO) en geen studiehistorie hebben. Bij het post-bsa rendement wordt uitgegaan van studen-

ten die zich voor het eerst bij Tilburg University hebben ingeschreven (eerstejaars-instelling, WO-I) en dit

is inclusief studenten met een studieverleden in het HO.

54

Post-bsa bachelorrendement versus rendement herinschrijvers

Kengetal Kengetal

Post bsa bachelorrendement 1) Bachelorrendement herinschrijvers 2)

eerste jaar cohortjaar

post-bsa

studenten geslaagd

binnen 4 jaar 3)

cohortjaar her- 2)

inschrijvers

geslaagd

binnen 4 jaar 3)

2006/07 2007/08 1.211 64,2% 2006/07 1.164 58,7%

2007/08 2008/09 1.211 65,6% 2007/08 1.110 60,4%

2008/09 2009/10 1.274 77,0% 2008/09 1.252 69,5%

1) Uitsluitend studenten die zich met een positief bindend studieadvies herinschrijven 2) Studenten die zich in hun tweede jaar opnieuw inschrijven, inclusief studenten met een negatief bsa

mee die zich voor het eerst in het HO inschrijven (eerstejaars HO). Het post-bsa rendement is geba-

seerd op de eerstejaarsinstelling (WO-I). Dit is inclusief studenten met een studiehistorie in het HO.

2.7.2 TiasNimbas

Instroomgegevens TiasNimbas Business School

2007 2008 2009 2010 2011 2012

MBA programma’s 127 162 156 144 117 111

Company specific programma’s 973 539 530 535 921 676

Executive Masterprogramma’s 292 337 407 326 412 293

Executive Programma’s 252 417 400 535 421 441

MSc Programma’s 77 78 98 89 91 65

DBA Programma’s 18 20 18 19 17 0

Aantal uitgegeven diploma’s 401 404 468 522 483 559

Aantal ingeschreven studenten 2352 2112 2408 2640 3039 2779

In 2012 was het aantal deelnemers in de MBA programma’s en Executive programma’s op het niveau van

2011. Na het hoogtepunt van 2011 voor de Company specific programma’s was het aantal deelnemers in

2012 terug op het eerdere niveau. De Executive Masters en de MSc-programma’s werden geconfronteerd

met een daling in het aantal deelnemers. Deze daling is deels te verklaren door de verslechterde economi-

sche omstandigheden. De samenwerking met Bradford University voor onder meer het DBA-programma is

verdisconteerd in 2011. In 2012 heeft TiasNimbas Business School contact gelegd met een andere partner

voor het opzetten van een gezamenlijk doctoraal programma.

55

3.1 Verslag bestuursagenda

Organisatieontwikkeling

Uitvoering reorganisatie diensten

Aanleiding/kader: Strategische aanleiding bezuinigingen Tilburg University 2011-2015

Doel/omschrijving: Realiseren en implementeren van de bezuinigingen voor de diensten zoals vastge-

legd in de strategische nota en het daarvan afgeleide personeelsplan en sociaal plan.

Resultaat: Realisatie en implementatie bezuinigingen

Middelen: Reorganisatiefonds, reguliere middelen

Actie: Vz, CS/CPM

Tijdschema: 2012 en verder

Resultaat De realisatie en implementatie van de bezuinigingen is verlopen conform de plan-

ning in het reorganisatieplan. De bezuinigingen die voor 2011 en 2012 waren voor-

zien, zijn gerealiseerd.

Redesign organisatie diverse beleidsterreinen

Aanleiding/kader: In de notitie “Strategische aanleiding bezuinigingen Tilburg University 2011-2015” is

vastgesteld dat er een nadere beoordeling op samenhang en uitvoering zal worden

gedaan met betrekking tot universiteitsbrede activiteiten.

Doel/omschrijving: Het doel is kritisch te bezien hoe de werkzaamheden zijn verdeeld tussen facultei-

ten en diensten en of dat wijziging behoeft. Daartoe is een aantal werkgebieden be-

noemd die nauwkeurig onderzocht worden. De werkgebieden zijn: Communicatie &

Marketing, Onderwijsondersteuning, Internationalisering en HRM.

Resultaat: a) Verbetering van samenwerking en afstemming tussen faculteiten en diensten

b) Verbetering of handhaving van de kwaliteit per werkgebied

c) Het primaire proces is in staat het ondersteunende proces te sturen door onder

andere duidelijk sturingsproces, duidelijke belegging verantwoordelijkheden en be-

voegdheden, benutting mogelijkheden efficiëntiewinst

Middelen: Niet van toepassing

Actie: Vz, RM

Tijdschema: Start najaar 2011. Afronding van het traject wordt verwacht voor de zomer 2012.

Resultaat In 2012 heeft dit geleid tot een nieuwe inrichting van het werkgebied Communicatie

& Marketing. De afdeling Communicatie en Marketing en de communicatieafdelin-

gen van de faculteiten zijn samengevoegd en vervolgens opgesplitst in twee afdelin-

gen: Corporate Communication en Education & Research Marketing. Deze laatste

afdeling opereert onder aansturing van een bestuurscommissie bestaande uit de

decanen. De discussies over de werkgebieden Internationalisering en HRM hebben

in 2012 nog niet tot een eindconclusie geleid; deze worden naar verwachting in de

eerste helft van 2013 afgerond.

Hoofdstuk 3 Bedrijfsvoering

56

Studentenzaken

Student Desk

Aanleiding/kader: Strategisch Plan 2010-2013 en StS 2010-2013

Doel/omschrijving: In 2011 is de nieuwe Student Desk van start gegaan met het oog op een verbeterde

dienstverlening aan Nederlandse en internationale studenten. Het is een samenvoe-

ging van het Studenten Service Centrum en de Studentenbalie. Het is de bedoeling

dat bij succes de faculteiten ook aansluiten. Op die wijze biedt de universiteit één

loket op de campus voor alle zaken die voor studenten gemeenschappelijk zijn ge-

regeld. Om dit proces verder te professionaliseren is een digitale kennisbank aange-

kocht om telefonisch of per e-mail gestelde vragen te beantwoorden en bezoekers-

stromen te leiden. Ook is een ticketapparaat aangeschaft waardoor balies kwalitatief

gericht functioneren.

Resultaat Een professioneel opererende Student Desk en zoveel mogelijk één loket. Professio-

nalisering, goede evaluatie en eventuele bijstelling blijft opportuun in 2012.

Middelen: Reguliere middelen StS

Actie Vz, StS

Tijdschema: In 2012 vindt evaluatie en verdere professionalisering plaats.

Resultaat In 2012 heeft een uitgebreide evaluatie plaatsgevonden, evenals verdere professio-

nalisering. Dat wil zeggen: de werkprocessen met de back offices hebben verder hun

beslag gekregen, in de zomer is met eigen middelen van Student Services geëxperi-

menteerd met de extra inzet in de piek van een team speciaal opgeleide studenten.

De dienst Library and IT Services heeft tijdens de piekdrukte een plek aan de balie

bemand en in het najaar is de economische faculteit met haar onderwijsbalie in een

pilot van een jaar ingetreden in de Student Desk.

Herijking stelsel van bestuursbeurzen/subsidies Student Services

Aanleiding/kader: Strategisch plan 2010-2013 en bezuinigingen

Doel/omschrijving: Het stelsel van bestuursbeurzen en subsidies van Student Services is toe aan een

herijking. Het is van belang om daarbinnen een kwaliteitsslag aan te brengen, meer

consistentie en om heldere uitgangspunten te formuleren op grond waarvan een

transparante beleidslijn wordt ontwikkeld. Studentenorganisaties worden hierbij be-

trokken.

Resultaat: Consistent stelsel bestuursbeurzen/subsidies.

Middelen: Reguliere middelen. Overschrijding begrotingspost dient te worden voorkomen.

Actie: Vz, StS

Tijdschema: De afdelingen Academic Forum en Student Advisory Office gaan in het academisch

jaar 2012-2013 op de nieuwe wijze werken.

Resultaat Het stelsel van bestuursbeurzen is in 2012 volledig herijkt, waardoor een transparant

en uitlegbaar systeem is geïntroduceerd. Dit heeft geresulteerd in de instelling van

een Commissie Bestuursbeurzen, die op grond van het door de Universiteitsraad

57

geaccordeerde stelsel een reglement gaat opstellen en criteria voor toewijzing gaat

vaststellen. Dit vindt voor een deel in het voorjaar van 2013 plaats.

Communicatie en Marketing

Marketingstrategie

Aanleiding/kader: Strategisch Plan 2010-2013

Doel/omschrijving: Actualiseren marketingstrategieën voor werving bachelor- en masterstudenten en in-

ternationale werving

Resultaat: Nieuwe marketingstrategie studentenwerving.

Middelen: Reguliere middelen GS/C&M, desgewenst extra inzet per faculteit

Actie: Vz, GS/C&M in overleg met de faculteiten.

Tijdschema: 2012

Resultaat Een strategische nota internationale werving is gerealiseerd en aangeboden. Tevens

wordt intensiever en doelmatiger gecommuniceerd met potentiële internationale stu-

denten tijdens de toelatingsprocedure om de conversie te verhogen. Met betrekking

tot de werving voor bachelorstudies is in 2012 onderzoek gedaan naar de parameters

die op deze werving van invloed zijn. Het samenstellen van een nieuwe wervings-

strategie is uitgesteld door de reorganisatie van de communicatiekolom. De nieuwe

afdeling Education and Research Marketing zal de strategie formuleren. In 2013 wor-

den voor alle opleidingen marketingplannen gemaakt op basis van door onderzoek

verworven inzichten. Voor de werving van masterstudenten is intensiever ingezet op

de voorlichting naar studenten van andere universiteiten wat heeft geresulteerd in

een stijgende belangstelling van deze studenten bij onze voorlichtingsactiviteiten.

Van offline naar online communicatie en marketing

Aanleiding/kader: Strategisch Plan 2010-2013

Doel/omschrijving: Aansluiten bij behoeften en verwachtingen doelgroepen en meer effectiviteit en effi-

ciency

Resultaat: Webbased communicatie en marketing.

Middelen: Reguliere middelen GS/C&M, bezuinigingstaakstelling

Actie: Vz, RM, GS/C&M in overleg met faculteiten en diensten

Tijdschema: 2012-2014

Resultaat De ingezette koers van ‘online tenzij…’ is in 2012 vastgehouden en verder doorge-

voerd. In toenemende mate zijn ook faculteiten gaan participeren in online cam-

pagnes. Social media advertising (SMA) en search-engine advertising (SEA) zijn

standaard onderdeel van de activiteiten. Daarnaast is in 2012 de website verder geop-

timaliseerd zowel aan de voorkant, zichtbaar voor bezoekers, als aan de kant van de

invoer en optimalisatie van content. Steeds meer maken online componenten deel

uit van de reguliere activiteiten. In het Webproject 2.0 zijn de volgende deelprojec-

ten opgeleverd: kwaliteitsverbetering content, inrichting nieuw Content Management

Systeem, nieuwe versie Studentenportal, bètaversie intranet en nieuwe versies van

58

een aantal websites van instituten. Afronding van dit project staat gepland voor 2013.

Op het terrein van social media is gestart met het opstellen van kanaalstrategieën

voor o.a. Facebook, LinkedIn, Twitter en is een tool in gebruik genomen voor social

media monitoring. Voor de voorlichtingsdagen is een speciale app voor smartphones

gelanceerd.

Huisvesting en faciliteiten

Ontwikkelen verhuurmodel voor kantoorruimtes

Aanleiding/kader: Strategische aanleiding bezuinigingen Tilburg University 2011-2015

Doel/omschrijving: Implementatieplan voor een verhuurmodel voor kantoorruimtes.

Resultaat: Een werkend model om het gebruik van kantoorruimtes te optimaliseren.

Middelen: Geen additionele middelen. De kosten van de implementatie worden gekwantificeerd

op het moment dat de uitgangspunten en het concreet ingevulde model vastliggen.

Actie: Vz, FS

Tijdschema: 2012

Resultaat In 2012 is het ‘verhuurmodel’ verder uitgewerkt als een normatief ruimteverdeelmo-

del zonder financiële verhuurcomponent. Ruimtes worden in dat model toegewezen

op basis van met name fte’s en UFO-profielen. Het model is klaar en zal in 2013

worden vertaald in zogenaamde vlekkenplannen, waarna de noodzakelijke verhuis-

bewegingen in gang gezet kunnen worden.

Implementeren van het inkoopbeleid

Aanleiding/kader: Strategische aanleiding bezuinigingen Tilburg University 2011-2015

Doel/omschrijving: Het door het College van Bestuur vastgestelde inkoopbeleid moet de komende tijd

worden geïmplementeerd. Dit mede in het licht van de voorgenomen bezuiniging

van m€ 1,8 op inkoop. Hierbij moet zowel de verdeling van deze bezuiniging worden

vastgelegd, als ook de middelen die nodig zijn voor goede inkoop.

Resultaat: a) Een verdeling van de bezuinigingstaakstelling op inkoop die gebaseerd is op reëel

te verwachten inkomsten door efficiëncywinst op inkoop.

b) Een werkend inkoopportal.

c) Voldoende menskracht om de noodzakelijke aanbestedingen uit te kunnen voeren.

Middelen: Resultaat a) wordt uitgevoerd door Facility Services en vraagt geen middelen. Voor

resultaat b), het inkoopportal, wordt een projectorganisatie opgezet, waaruit op 1

mei 2012 een voorstel wordt voorzien voor de aanschaf en implementatie van een

inkoopportal. Voor de kosten van het systeem zal een beroep worden gedaan op het

Subcompartiment ICT. Voor resultaat c) zijn volgens prognose twee extra inkopers

noodzakelijk. Voor deze inkopers komen in 2013 middelen beschikbaar uit de te rea-

liseren inkoopvoordelen. In 2012 zal door Facility Services één inkoper worden gefi-

nancierd.

Actie: Vz, FS

Tijdschema: Resultaat a) wordt bereikt op 1 mei 2012

59

Resultaat b) wordt bereikt op 1 juli 2012

Resultaat c) wordt bereikt op 1 januari 2012 voor 1 fte en op 1 januari 2013 voor de 2e

fte.

Resultaat De taakstelling is verdeeld en het aanbestedingsvoordeel is op dit moment al ruim

M€ 1,2. De implementatie van het inkoopportal is vertraagd, maar zal in de loop van

2013 zijn beslag krijgen. De inkooporganisatie van FS is georganiseerd en werkt.

ICT

Nieuw bibliotheeksysteem

Aanleiding/kader: Memo voor Stuurgroep Informatisering en Automatisering van 13 maart 2007 ten

behoeve van TMP 2008-2011 (Nieuwe Search Engine en vervanging bibliotheeksys-

temen). In het voorjaar van 2011 is gekozen voor de bibliotheeksystemen Webbased

Management Services (WMS) en WorldCat van OCLC. Dit zijn cloudoplossingen.

Tilburg University heeft de eerste universiteitsbibliotheek in Europa die op deze sys-

temen zal overstappen.

Doel/omschrijving: Vervanging van het bibliotheeksysteem en van de zoekdienst Get It!

Resultaat: Nieuw bibliotheeksysteem.

Middelen: De kosten van de nieuwe systemen worden gedekt door bestaande posten in het Sub-

compartiment ICT. Projectkosten en de bemensing van het project zijn voor rekening

van Library and IT Services en van de leverancier Ohio College Library Center (OCLC).

Actie: Vz, LIS

Tijdschema: Het invoeringstraject loopt van augustus 2011 tot augustus 2012. De systemen wor-

den in het eerste weekeinde van juli 2012 in productie genomen.

Resultaat Het project ter invoering van een nieuw bibliotheeksysteem ‘uit de cloud’, ter ver-

vanging van het oude LBS-systeem, is in 2012 gesplitst in een projectfase voor de

‘voorkant’ (zoekmachine, discovery) en een fase voor de ‘achterkant’ (catalogus,

backoffice, delivery). Dit om vertraging van het project als geheel te voorkomen. In

2012 bleek dat de achterkant van het bibliotheeksysteem onvoldoende functionaliteit

bezat om geaccepteerd te kunnen worden. Dus is in augustus 2012 de voorkant,

WorldCat Local, in gebruik genomen en is oplevering van het backend-systeem, Wor-

ldshare Management Services (WMS) uitgesteld tot begin 2013. Daarmee heeft de

universiteit nog altijd de eerste universiteitsbibliotheek in Europa die voor het gehele

bibliotheeksysteem overgaat ‘naar de cloud’.

Studentenadministratiesysteem en Studielink

Aanleiding/kader: Studenten Informatie Systeem (SIS): afhankelijk van gekozen scenario: SaNS of

nieuw project/kader.

Studielink: het landelijke SaNS-project en het project voor de implementatie van

Oracle Campus Solutions (CS) bij de universiteit, MySIS, vragen in 2012 onvermin-

derd de aandacht van LIS. Eind 2011 wordt, na consultatie van de SaNS-partners,

een definitief besluit genomen over het voor Tilburg University meest wenselijke

60

scenario. Ongeacht het scenario, zal het zeker in 2012 nog veel tijd in beslag nemen.

Inmiddels begint de noodzaak tot afbouw van bestaande systemen die al geruime

tijd end-of life zijn een belangrijk criterium in de overwegingen te vormen. Deze sys-

temen, het oude SIS voorop, vormen een bedrijfsrisico. Voor het kunnen inschrijven

van masterstudenten via Studielink zal een vervolgtraject op het in 2011 afgesloten

project Studielink voor de bachelorfase moeten worden gestart.

Doel/omschrijving: Invoering nieuw studentenadministratiesysteem. Inschrijven masterstudenten via

Studielink.

Resultaat: Efficiënt studenteninformatiesysteem.

Middelen: SIS: Subcompartiment ICT.

Studielink: aan te vragen op basis van projectvoorstel, Subcompartiment ICT.

Actie: Vz, LIS, StS, faculteiten en afhankelijk van het gekozen scenario: SaNS-partners

Tijdschema: MySIS-Volg “light”: eind 2011-eerste helft 2012

Studielink masterfase: 2012, operationeel voor studiejaar 2012-2013.

Resultaat Werkzaamheden aan het nieuwe studenteninformatiesysteem MySIS zijn in 2012

doorgegaan, maar niet altijd met de intensiteit die nodig was om de planning te ha-

len. Daardoor zal oplevering van ‘MySIS Volg light’ pas in 2013 kunnen plaatsvinden

waardoor het bedrijfsrisico dat door het oude SIS veroorzaakt wordt steeds nijpender

wordt. Library and IT Services heeft maatregelen getroffen, maar in 2013 verdwijnt

ook de kennis van het oude systeem. Gedeeltelijk heeft de vertraging te maken met

het feit dat er in 2012 vier projecten in het onderwijs(logistieke) domein tegelijkertijd

moeten worden uitgevoerd. Na de invoering van Studielink 1, inschrijving van ba-

chelorstudenten, in 2011, is in 2012 begonnen met de tweede en laatste fase van de

aansluiting van Tilburg University -systemen op Studielink, nu voor de inschrijving

van masterstudenten en herinschrijvers. Dit project ligt op schema en zal in 2013

worden afgerond. Het project wordt uitgevoerd met middelen die uit het project Stu-

dielink 1 waren teruggevloeid.

ICT Governance en ICT-architectuur

Aanleiding/kader: Bij Tilburg University is de besturing van ICT-ontwikkelingen en de besluitvorming

rond ICT-projecten in 2011 enigszins in het slop geraakt. Gevaar voor verlies aan

doelmatigheid dreigt door gebrek aan sturing en daardoor uitwaaierende ontwik-

keling of ‘eilandautomatisering’. Dit kan leiden tot versplintering, incompatibiliteit,

dubbel werk, lagere betrouwbaarheid en suboptimale functionaliteit en dus tot ho-

gere kosten. De aansturing van ICT-ontwikkelingen en projecten moet weer op de

rails worden gezet, aangepast aan recente inzichten en ontwikkelingen. Tevens is het

nodig om de ICT-architectuur, voor het laatst vastgesteld in 2008, te moderniseren

en opnieuw als richtinggevend kader aan te bieden.

Doel/omschrijving: Verbetering van de besluitvorming ten aanzien van ICT-dossiers (projecten, innova-

tie) en van de doelmatigheid op lange termijn van ICT-activiteiten door het bieden

van een richtinggevend kader.

Resultaat: Aanscherping ICT-governance en geactualiseerd ICT-architectuurplan.

61

Middelen: Niet van toepassing

Actie: Vz, LIS, informatiemanagers

Tijdschema: 2012

Resultaat Het eerdere voorstel om te komen tot een Stuurgroep Informatisering en Automa-

tisering (SIA) wordt nieuw leven ingeblazen. De aansturing van ICT-projecten is

op basis van het in 2012 herziene ICT-projectenprotocol verbeterd, maar in 2012 is

tevens duidelijk geworden dat de universiteit eigenlijk instrumenten ontbeert voor

multi-projectmanagement (portfolio-management, programmamanagement). Op

verzoek van het College van Bestuur is LIS in 2012 begonnen met modernisering van

de uitgangspunten ten aanzien van de ICT-architectuur. Deze uitgangspunten zijn

richtinggevend voor vernieuwing van de ICT-voorzieningen binnen Tilburg Universi-

ty. Deze exercitie kon in 2012 nog niet worden afgerond wegens afgenomen capaciteit

op het terrein van informatiemanagement.

Financiën

Evaluatie intern bekostigingsmodel

Aanleiding/kader: Het intern bekostigingsmodel (IBM) is in 2008 geëvalueerd met het oog op het TMP

2009-2012. Inmiddels is het externe bekostigingsmodel ingrijpend gewijzigd. De

parameters voor de onderwijsbekostiging, de bekostigingsgewichten en de tarieven

zijn aangepast. Verder wordt de bama-overgangsmaatregel voor de diplomabekos-

tiging beëindigd en de bekostiging beperkt tot EER-studenten en wel tot één oplei-

ding. Daarnaast heeft de regeling langstudeerders met ingang van 1 september 2012

consequenties voor de collegegelden en de externe bekostiging. Verder moeten de

bezuinigingen bij de diensten in het IBM worden verwerkt. Ten slotte heeft OCW

aangekondigd een bonus/malus systeem te willen invoeren op basis van in de eerste

helft van 2012 te maken bilaterale afspraken over onderwijskwaliteit en de realisatie

daarvan.

Doel/omschrijving: Evaluatie van het huidige IBM

Resultaat Een vernieuwd IBM in het TMP 2013-2016

Middelen: Niet van toepassing

Actie: Vz, CS/P&C

Tijdschema: 2012

Resultaat Het IBM is geëvalueerd en herzien. Er is naar gestreefd om het model zoveel moge-

lijk te vereenvoudigen, aan te sluiten op het externe bekostigingsmodel, de time lag

tussen prestatie en bekostiging te verkorten en de reallocatie-effecten bij de overgang

te beperken. De universiteit wil de maatschappelijke impact van haar onderzoek ver-

sterken en heeft daarom een nieuw valorisatiecompartiment geïntroduceerd. Verder

is de verhouding tussen de middelenverdeling op basis van onderwijs- en onder-

zoeksparameters meer in evenwicht gebracht. Het nieuwe model is toegepast in het

TMP 2013-2016.

62

Personeel

Strategische personeelsplanning en talentmanagement

Aanleiding/kader: Optimaal benutten van talent in krappe arbeidsmarkt

Doel/omschrijving: Op het juiste moment kunnen beschikken over benodigde kwaliteiten en ervaringen

binnen Tilburg University om hoge kwaliteit te kunnen blijven leveren aan studenten,

medewerkers en de samenleving, afgestemd op de strategische doelen van de uni-

versiteit. Tevens wordt verdere modernisering van de communicatie met de arbeids-

markt opgepakt. Ook zal in 2012 de interne mobiliteit verder worden gestimuleerd.

Resultaat: De juiste medewerker op de juiste plaats.

Middelen: Reguliere middelen

Actie: Vz, GS/HR

Tijdschema: 2012-2013

Resultaat In lijn met de implementatie van de Resultaat en Ontwikkelings (R&O)-gesprekken is

met de directeuren onderzocht hoe te komen tot een meer strategische personeels-

planning en juiste inzet en mobiliteit van medewerkers. Met de ‘vlootschouw’ wil de

organisatie aangeven dat er naast de menscyclus van afspraken maken, beoordelen

en ontwikkelen ook een organisatiecyclus is in de vorm van afdelingsplannen en ma-

nagementinformatie om de voortgang en ontwikkeling van de organisatie of afde-

ling te monitoren. Welke afspraken worden met medewerkers gemaakt om doelen

te bereiken en de talenten van de medewerkers hierin te ontwikkelen of mobiliseren?

En hoe wordt de stuurinformatie verkregen die daarvoor nodig is? In 2013 wordt de

discussie rondom de vlootschouw nader uitgewerkt in de vorm van instrumenten en

ingebed in de R&O-cyclus. Dit in lijn met de uitspraken in de CAO rondom Intensive-

ring systematisch personeelsbeleid en Duurzame inzetbaarheid.

Sturen op prestaties en talent met een bijbehorend bewust beloningsbeleid

Aanleiding/kader: Strategisch plan 2010-2013 en 11 puntenplan P&O 2009-2013, P-enquête 2009 en

Organisatiemonitor. Dit onderwerp stond in 2011 reeds op de agenda. In 2011 is een

nieuwe regeling vastgesteld die het voeren van functionerings- en beoordelingsge-

sprekken vervangt door het voeren van Resultaat & Ontwikkelingsgesprekken. Er is

bijbehorend instrumentarium ontwikkeld ter ondersteuning. In 2012 vindt de daad-

werkelijke implementatie plaats.

Doel/omschrijving: Het doel van het voeren van R&O gesprekken is meerledig:

Resultaat: a) Door afspraken te maken (afgeleid van de afdelingsplannen) en de bereikte resul-

taten te evalueren, wordt er bewuster gestuurd op het bereiken van gewenste presta-

ties.

b) Aanwezig potentieel/talent wordt beter zichtbaar.

c) Onderpresteren wordt beter zichtbaar.

Middelen: Coaching wordt via lopende middelen gefinancierd. Training wordt gefinancierd uit

decentrale arbeidsvoorwaardengelden.

Actie: Vz, GS/HR

63

Tijdschema: 2012-2013

Resultaat In 2012 zijn voor het eerst R&O-gesprekken gevoerd met de medewerkers. De focus

lag vooral op het maken van de juiste afspraken over resultaten en ontwikkeling van

medewerkers (plannen van afspraken). In 2013 worden deze afspraken beoordeeld

en worden nieuwe afspraken gemaakt. Tevens worden dit jaar de uitgangspunten

geformuleerd voor een meer resultaat- en ontwikkelingsgericht beloningsbeleid, dat

geëffectueerd wordt in 2014.

3.2 Voortgang prestatieafspraken

Op het gebied van organisatie en bedrijfsvoering zijn in het kader van de prestatieafspraken ambities gefor-

muleerd voor de ontwikkeling van de generieke overhead volgens de definitie van Berenschot.

Indicator Realisatie 2010 Ambitie 2015 Voortgang 2012

Percentage generieke overheadformatie van

totale formatie

21,8% <21,0% <21,8%

3.3 Ontwikkelingen bedrijfsvoering

3.3.1 ICT

In 2012 heeft de dienst Library and IT Services (LIS) op de campus de AV-voorzieningen in onderwijsruim-

ten en de draadloze netwerkvoorzieningen vernieuwd waarbij de capaciteit werd uitgebreid zodat er effec-

tiever gebruik gemaakt kan worden van smartphones en tablets.

Studenten en medewerkers kregen een e-mail- en werkomgeving aangeboden gebaseerd op Google Apps

for Education, een cloudoplossing. Het project Identity Management is succesvol afgesloten waardoor ge-

bruikersaccounts nu vanuit de centrale bronsystemen (SAP en MySIS) kunnen worden gemaakt, beheerd

en verwijderd. Binnen het project De Nieuwe Werkplek zijn de file & print services vernieuwd en is Share-

point geïntroduceerd.

Er is een goed bezochte Teaching Meeting georganiseerd onder de noemer ‘What makes a good teacher!’

en er was een bijeenkomst voor beleidsmakers over onderzoeksdata, mede naar aanleiding van de Sta-

pel-affaire. De zestiende en laatste TICER Summer School on Digital Libraries in augustus is heel succesvol

verlopen.

64

3.3.2 Huisvesting

Vastgoed en campus beginnen in functionaliteit te verouderen en sluiten minder aan bij de hedendaagse

wensen op het gebied van onderwijs en kantoorruimtes. In 2012 is gestart met de ontwikkeling van een

strategische vastgoedvisie. Hierbij wordt ondermeer gekeken naar de toekomst van onderwijszalen, nieuwe

kantoorconcepten, duurzaamheid en modernisering van leef-/studiegebieden voor studenten. De definitie-

ve visie wordt vastgesteld als het nieuwe Strategisch Plan bekend is.

Het belangrijkste project in 2012 was de renovatie van gebouw Cobbenhagen. Het pand is opgeleverd bin-

nen de oorspronkelijke planning en tijdens de opening van het nieuwe academisch jaar feestelijk in gebruik

genomen. In het najaar is gestart met de renovatie van de betonconstructie van de gevel van Koopmans.

Verder is gewerkt aan de voorbereiding van de renovatie van Olympia (Sportcentrum) die in 2013 begint.

In 2012 heeft het College van Bestuur ingestemd met de invoering van het RuimteVerdeelModel (RVM) in

2013. Een normeringsmodel waarbij voor alle faculteiten en diensten op dezelfde wijze een m2-norm wordt

toegepast in toewijzing van ruimte naar medewerkers. Op basis van deze normering wordt een besparing

in kantoorruimtes gerealiseerd. Mede naar aanleiding van bezettingsmetingen, waarbij op piektijden onge-

veer 40% van de kantoren bezet bleek, is vastgesteld dat een verlaging van het aantal kantoren mogelijk is.

3.3.3 Human Resources (HR)

Het jaar 2012 stond voor een belangrijk deel in het teken van de begeleiding van bezuinigingen/reorganisa-

ties. Daarbij is veel aandacht besteed aan de samenvoeging van de Communicatie & Marketing kolom en

het succesvol begeleiden van medewerkers van werk naar werk. Voor de HR-kolom is besloten om steviger

in te zetten op proces- en informatiemanagement en te komen tot een procesuniformering en digitalise-

ringsagenda voor de komende 3-5 jaar (eHRM). Daarnaast zijn scenario’s uitgewerkt om te komen tot een

bezuiniging van 10% op de totale HR kolom. Duidelijkheid hierover volgt in 2013.

Er is gestart met het verkrijgen van het HR Logo Excellence in Research en de haalbaarheidsstudie naar

vestiging van een internationale school in Tilburg is afgerond. Er is onderzoek gedaan naar de financiële,

fiscale en administratieve gevolgen van de invoering van de Werkkostenregeling. Tevens is er een mobi-

liteitsonderzoek uitgevoerd in het kader van Duurzaamheid. Tilburg University heeft het voorzitterschap

op zich genomen van de contactgroep Sociale Zekerheid en Pensioenen, waarin naast alle universiteiten,

ook wetenschappelijke instituten en het ABP, Loyalis en UWV zijn vertegenwoordigd. Net als voorgaande

jaren is gewerkt aan het bevorderen van meer vrouwen in hogere wetenschappelijke functies en continue

aandacht voor Arbo & Milieu.

3.3.4 Communicatie & Marketing

Bij de viering van het 17e lustrum is stilgestaan bij de 100ste geboortedag van Marga Klompé. Marga Klom-

pé is een bron van inspiratie, om de wijze waarop zij als eerste vrouwelijke minister opkwam voor de positie

van meisjes en vrouwen. Dat inspireerde ook twee staatshoofden om Tilburg University op 9 november te

bezoeken. Koningin Beatrix onthulde het borstbeeld van Marga Klompé en President Ellen Johnson Sirleaf

van Liberia sprak de diesrede uit en ontving een eredoctoraat.

65

Op 28 november kreeg de universiteit veel aandacht in binnen- en buitenland bij de presentatie van het

eindrapport van de onderzoekscommissies in de zaak Stapel. De fraude werd in 2011 ontdekt door drie jon-

ge Tilburgse wetenschappers. Het universiteitsbestuur beschermde de klokkenluiders en liet de fraude tot

op de bodem uitzoeken. De samenleving moet kunnen vertrouwen in de wetenschap en in de universiteit

en wetenschappers moeten elkaar kunnen vertrouwen. Daarom gaat Tilburg University voor zero-tolerance:

wie hier werkt, fraudeert niet; wie fraudeert, werkt hier niet.

3.4 Financiën

3.4.1 Toelichting geconsolideerde jaarrekening

De geconsolideerde jaarrekening 2012 van Tilburg University is inclusief de deelnemingen TiasNimbas

Business School BV en UvT-Holding BV en de stichtingen IVA, IVO en Universiteitsfonds. Deze paragraaf

bevat een analyse op hoofdlijnen van de financiële ontwikkelingen in 2012. De financiële exploitatie ziet er

verkort als volgt uit:

Exploitatie 2012 geconsolideerd (€) 2012 Begroting

2012

2011

Rijksbijdrage OC&W 109.503.865 102.914.000 106.300.870

Collegegelden 23.707.927 24.400.000 23.621.062

Baten werk in opdracht van derden 46.765.161 54.887.000 51.344.097

Overige baten 18.553.895 19.352.000 17.808.402

Baten totaal 198.530.848 201.553.000 199.074.431

Personele lasten 146.622.147 149.240.000 149.288.883

Overige lasten 54.365.620 56.715.000 53.429.215

Lasten totaal 200.987.767 205.995.000 202.718.098

Saldo baten en lasten -2.456.919 -4.402.000 -3.643.667

Saldo financiële baten en lasten 952.540 677.000 1.179.797

Belasting 206.149 0 7.570

Aandeel derden 108.816 0 113.971

Exploitatieresultaat -1.601.712 -3.725.000 -2.357.469

Het exploitatieresultaat 2012 bedraagt -m€ 1,6. Dit is beter dan vorig jaar en positiever dan begroot. Het

resultaat 2012 is inclusief de niet begrote kosten van beëindiging van activiteiten van de stichtingen IVA en

IVO. Het exploitatietekort is in mindering gebracht op het eigen vermogen. Per ultimo 2012 bedraagt het

eigen vermogen m€ 132.

Hiermee blijft Tilburg University financieel gezond. De liquiditeit en de solvabiliteit zijn stabiel gebleven.

In 2012 is net als in 2011 kostenbewust en tijdig bijgestuurd op de externe ontwikkelingen. Bij de deelne-

mingen zijn ingrijpende maatregelen getroffen om het hoofd te bieden aan de voortdurend ongunstige

marktomstandigheden. Bij de centrale diensten en de faculteiten worden met ingang van 2012 meerjarige

bezuinigingen doorgevoerd die leiden tot een structurele besparing vanaf 2016 van in totaal m€ 15.

66

In de begroting zijn de rijksbijdrage en de lasten gecorrigeerd voor inkomensoverdrachten (-m€ 4) die uit-

eindelijk substantieel lager zijn uitgevallen. De vergelijking tussen realisatie en begroting wordt wat betreft

de rijksbijdrage en de collegegelden vertekend doordat de langstudeermaatregel per 1 september 2012 kort

na invoering weer werd ingetrokken. Daardoor is de rijksbijdrage hoger uitgevallen dan begroot en zijn de

collegegelden lager uitgevallen. De rijksbijdrage is in de loop van 2012 verhoogd voor nominale ontwikke-

lingen (pensioenpremies) en verlaagd voor de achteraf te hoge referentieraming studentenaantallen van

OC&W. Dit was niet begroot. De baten werk in opdracht van derden en de overige baten zijn lager uitge-

vallen dan begroot. De lasten zijn in verband daarmee in de loop van het jaar naar beneden bijgestuurd.

Ter toelichting op de verschillen tussen de realisatie 2012 en 2011 het volgende. Ondanks bezuinigingen

op het macrokader was de rijksbijdrage 3% hoger dan in 2011. De achterstand in de bekostiging van al-

fa-gammaonderzoek en de jonge universiteiten is in 2012 verder ingelopen. Het Canada-akkoord is nog

niet volledig uitgevoerd. Het aandeel van Tilburg University in de bekostiging is door betere prestaties licht

toegenomen. Het macrokader is verhoogd in verband met de groei van het aantal studenten in het hoger

onderwijs. De gestegen pensioenpremies zijn gedeeltelijk gecompenseerd. Dit geldt ook voor de meerkos-

ten van de invoering en intrekking van de langstudeermaatregel.

Tussen 2008 en 2011 zijn de collegegelden uit initiële opleidingen jaarlijks met gemiddeld 8% gegroeid.

Hieraan is in 2012 een einde gekomen. Het aantal ingeschreven studenten is in 2012 gedaald omdat stu-

denten in het zicht van de langstudeerheffing sneller zijn afgestudeerd en er zijn minder eerstejaars inge-

stroomd.

Door de voortdurende economische malaise zijn de baten uit werkzaamheden in opdracht van derden voor

het tweede achtereenvolgende jaar met 9% gedaald. De daling van de omzet uit contractonderwijs (-5%)

vlakt af in vergelijking met 2011 (-15%). Contractonderwijs is grotendeels geconcentreerd bij TiasNimbas

BV. De daling van de omzet uit contractonderzoek (-13%) is groter dan in 2011 (-4%). Dit hangt samen

met de afbouw van activiteiten van de stichtingen IVA en IVO maar ook de 2e geldstroombaten (NWO en

KNAW) en de inkomsten van internationale organisaties waaronder de EU zijn gedaald.

Tilburg University had in 2012 minder overhead dan in 2010. Het ondersteunend personeel in loondienst is

in twee jaar met 9% gedaald en het wetenschappelijk personeel met 3%. In de prestatieafspraken met het

ministerie van OC&W zijn doelstellingen voor de vermindering van overhead vastgelegd. Tilburg University

had ultimo 2012 inclusief deelnemingen in totaal 1.792 fte personeel in dienst (vast en tijdelijk). Dat is 2%

minder dan het jaar daarvoor.

De kosten van personeel in loondienst zijn ten opzichte van 2011 bijna 2% gedaald. Dit ondanks hogere

pensioenpremies en hogere premies sociale lasten. Door lagere kosten voor uitzendkrachten en minder do-

taties personeelsvoorzieningen zijn de overige personeelslasten 3% gedaald. De overige lasten zijn 2% ge-

stegen. Dit wordt veroorzaakt door de kosten van asbestsanering (m€ 1,7) bij de renovatie van het Cobben-

hagen gebouw. Het saldo financiële baten en lasten bedraagt bijna m€ 1. Dit is iets lager dan in 2011 maar

beter dan begroot. De onderscheiden posten zijn nader toegelicht in de paragraaf over het treasurybeleid.

67

De waarde van de materiële vaste activa is gestegen van m€ 122 naar m€ 128. De planmatige investeringen

bedroegen m€ 15 en de afschrijvingen m€ 9. De financiële vaste activa zijn door investeringen en desinves-

teringen per saldo met m€ 1 gedaald tot m€ 13. De liquide middelen zijn met m€ 11 afgenomen en bedra-

gen per ultimo 2012 ruim m€ 92. De langlopende schulden zijn door aflossingen gedaald tot m€ 40 en de

kostlopende schulden zijn gedaald tot m€ 78.

Ondanks de terugloop van de kortlopende schulden met m€ 8 was de kasstroom uit operationele activitei-

ten ruim m€ 4 positief. De kasstroom uit investeringsactiviteiten was m€ 14 negatief. Als gevolg van regu-

liere aflossing van langlopende schulden was de kasstroom uit financieringsactiviteiten bijna m€ 2 negatief.

3.4.2 Vooruitblik 2013

Exploitatie geconsolideerd (€) Begroting 2013

Rijksbijdrage OC&W 108.342.000

Correctie inkomensoverdrachten -424.000

Collegegelden 23.200.000

Baten werk in opdracht van derden 49.240.000

Overige baten 16.566.000

Baten totaal 196.924.000

Personele lasten 144.345.000

Overige lasten 55.392.000

Lasten totaal 199.737.000

Saldo baten en lasten -2.813.000

Saldo financiële baten en lasten 535.000

Belasting 0

Aandeel derden 0

Exploitatieresultaat -2.278.000

De rijksbijdrage zal in 2013 onder het niveau van 2012 uitkomen. Dit wordt onder andere veroorzaakt door-

dat de bekostiging van doorstromers uit het HBO in 2013 een jaar opschuift en verdere bezuinigingen op

het macrokader voor het hoger onderwijs. In 2012 is een begin gemaakt met de externe bekostiging op ba-

sis van prestatieafspraken met het ministerie van OC&W. Tilburg University heeft intern afspraken gemaakt

voor de vertaling hiervan in de interne bekostiging vanaf 2017. Het marktaandeel van Tilburg University

voor de bacheloropleidingen, waar de meeste studenten instromen, staat al enkele jaren onder druk. Dit

heeft op termijn ongunstige gevolgen voor de rijksbijdrage. Het aantal op 1 oktober ingeschreven studen-

ten is in 2012 met 5% afgenomen waardoor de collegegeldinkomsten in 2013 zullen dalen.

De meeste faculteiten en Netspar verwachten in 2013 hogere baten uit werk in opdracht van derden waar-

onder de 2e geldstroom (NWO en KNAW) en de EU. De ontwikkeling zal nauwlettend worden gevolgd en

indien nodig zal op de kosten worden bijgestuurd. De begroting van de faculteiten en diensten is taak-

stellend. De begrote exploitatieresultaten moeten minimaal worden gehaald en lagere resultaten zijn niet

toegestaan. TiasNimbas Business School heeft een herstructurering doorgevoerd en is bezig met verdere

68

bezuinigingen om met een lagere omzet vanaf 2013 weer winstgevend te zijn. De activiteiten van stichting

IVA en stichting IVO zijn of zullen op korte termijn worden beëindigd. Onderzocht wordt of een groot

meerjarig project van stichting IVO binnen TiSEM kan worden voortgezet. De overige baten zijn voorzichtig

begroot.

De onlangs vernieuwde CAO Nederlandse Universiteiten leidt tot hogere kosten van personeel in loon-

dienst. Dit zal binnen de begroting moeten worden opgevangen. De financiële baten zullen in 2013 onder

druk blijven staan en zijn voorzichtig begroot. Er is een blijvend kostenbewustzijn nodig om in 2013 alert

in te kunnen spelen op de lagere inkomsten als gevolg van overheidsbezuinigingen, de onzekere marktom-

standigheden en de kostenstijging als gevolg van CAO, hogere premiedruk en de btw-verhoging. Bij de

faculteiten en diensten ligt de uitvoering van de bezuinigingen op schema. Daarnaast zijn verdere bespa-

ringen in voorbereiding.

Voor structureel betere resultaten zijn besparingen alleen niet voldoende. Om de toekomst slagvaardig

tegemoet te kunnen treden, zal in het nieuwe strategisch plan 2014-2017 de aanzet worden gegeven voor

nieuwe investeringen in combinatie met verdergaande efficiencymaatregelen, minder overhead en een gro-

tere kostenflexibiliteit.

Voor 2013 is een bedrag van m€ 17 begroot voor investeringen in bestaande gebouwen (renovaties en

functionele aanpassingen waaronder onderwijsruimten). Daarvan is m€ 5 gereserveerd in afwachting van

nadere planuitwerking. De investeringen zullen zoveel mogelijk uit eigen middelen worden gefinancierd.

3.4.3 Risicobeheersing

Management control is gericht op het realiseren van de strategische doelstellingen door sturing en voort-

gangsbewaking. Tilburg University heeft strategische doelstellingen geformuleerd en leidt daaruit jaarlijks

een bestuursagenda af. Er worden diverse systemen en procedures gehanteerd voor het beheersen van

risico’s. Er liggen risico’s op het gebied van de strategische doelstellingen, de wetenschappelijke reputatie,

de onderwijskwaliteit, de financiën, het personeel (kwalitatief en kwantitatief) en de huisvesting. Enkele

instrumenten voor de interne risicobeheersing die gehanteerd worden zijn (niet limitatief):

• Het Strategisch Plan voor de middellange termijn en de jaarlijkse bestuursagenda;

• Het Bestuurs- en Beheersreglement met de bevoegdheden van faculteiten en diensten;

• De Mandaatregeling waarin de bevoegdheden van beheersfunctionarissen zijn opgenomen;

• Code of Conduct waarin duidelijke waarden voor het gedrag voor werken en studeren bij de universiteit

zijn opgenomen;

• Periodiek bilateraal overleg tussen College van Bestuur en faculteiten over doelstellingen en realisaties

op het gebied van onderwijs, onderzoek, financiën en personeel.

• Stuurkaarten voor onderwijs, onderzoek en personeel per faculteit met prestatie-indicatoren die zijn

afgeleid van het Strategisch Plan;

• Normen voor de ontwikkeling van exploitatieresultaten en reserves van faculteiten en diensten;

• De reguliere financiële planning- en controlcyclus met de middelenverdeling en de door het Stichtingbe-

stuur goedgekeurde meerjarenbegroting;

• Periodieke financiële managementrapportages waarin beheerseenheden minimaal viermaandelijks rap-

porteren over de financiële ontwikkelingen in de loop van het jaar;

69

• Het Treasurystatuut dat voldoet aan de regeling beleggen en belenen en cashflow prognoses van de

treasurer;

• Internal Audits met reviews door de externe accountant en de accountantsverklaring bij de jaarrekening;

• Letter of Representation.

De rol van het College van Bestuur en het Stichtingsbestuur op het gebied van interne beheersing voldeden

in het verslagjaar aan de wettelijke kaders zoals die zijn opgenomen in de WHW en aan de ‘Code goed

bestuur universiteiten’. Tilburg University is van mening dat de huidige beheersstructuur en –systemen

toereikend zijn en voldoende waarborgen bieden voor een tijdige signalering van de diverse risico’s en de

beheersing daarvan. De bestaande instrumenten voor risicobeheersing worden regelmatig getoetst, geëva-

lueerd en verbeterd.

3.4.4 Treasurybeleid

Het Treasurystatuut van Tilburg University is goedgekeurd door het Stichtingsbestuur en sluit volledig aan

bij de Regeling beleggen en belenen voor instellingen voor onderwijs en onderzoek. De liquiditeitsprogno-

ses en de cashflow planningen voor de komende vier jaar zijn o.a. gebaseerd op het Taken Middelenplan,

de (meer)jarenbegroting en historische informatie.

De problemen binnen de EU zijn nog niet structureel opgelost en de financiële markten zijn in 2012 ner-

veus gebleven. Herstel lijkt een kwestie van lange adem. Binnen de gegeven beperkingen kon toch nog een

goede beleggingsopbrengst worden bereikt ad € 3,7 m€. De achteruitgang ten opzichte van 2011 (€ 4,1 m€)

wordt veroorzaakt door het lagere liquiditeitsvolume, lagere deposito- en obligatierente en minder gereali-

seerde koersverschillen.

Op de markt zijn er nauwelijks kwaliteitsobligaties beschikbaar die passen binnen het Treasurystatuut c.q.

de Regeling Beleggen en Belenen. In combinatie met verkoop en uitloting waren daardoor per ultimo 2012

minder obligaties in portefeuille. Slechts drie fondsen werden aan de portefeuille toegevoegd. De verkoop

en uitloting hebben per saldo een koerswinst ad € 38.858 opgeleverd.

Er wordt voortdurend aandacht besteed aan het minimaliseren van de rekening-courantsaldi zonder de

continuïteit van de bedrijfsvoering in gevaar te brengen. Het resterende liquiditeitsvolume werd belegd in

deposito’s waarbij door het openen van ondernemersspaarrekeningen het rendement nog enigszins op

niveau kon worden gehouden met hogere percentages dan het Eonia en Euribor en de daar aan gekoppelde

depositorente. Door de combinatie van spaarrekeningen en deposito’s kan toch nog enig rendement wor-

den gegenereerd. Gemiddeld werd op spaar(deposito’s) 2012 een rendement behaald van 2,0149% (2011:

2,0574%).

Vanwege jaarrekening- en waarderingsvoorschriften moeten de koersen per ultimo op de balans tegen de

werkelijke waarde worden gewaardeerd. In verband hiermee is de herwaarderingsreserve effecten ultimo

2012 opgewaardeerd met € 205.176. Dit heeft tevens een positief effect gehad op de beleggingsopbrengsten

ad € 24.575 in verband met ongerealiseerde koersresultaten. Dit bedrag is toegevoegd aan het resultaat

2012.

70

Door de onzekerheid over de financieringproblemen van de zuidelijke eurolanden is de kredietcrisis nog

niet voorbij. De verwachting voor 2013 is dat de beleggingsopbrengst ongeveer gelijk zal zijn aan 2012.

In 2007 werd de ABN AMRO bank overgenomen door het bankentrio RBS, Santander en Fortis. Om een

faillissement te voorkomen is de Nederlandse tak van Fortis in 2008 overgenomen door de Nederlandse

Staat. Er ontstond een ABN AMRO nieuwe stijl waarna de EU als voorwaarde stelde dat een deel doorver-

kocht zou moeten worden. Tilburg University bankierde bij dit deel dat verkocht werd aan Deutsche Bank.

In september 2012 heeft de migratie plaatsgevonden naar het platform Internet bankieren van Deutsche

Bank. Deze migratie is niet probleemloos verlopen omdat alle overgenomen ABN AMRO- klanten gelijktij-

dig gemigreerd zijn in plaats van afzonderlijk. Het heeft enkele maanden geduurd alvorens alle problemen

waren opgelost.

Tilburg University (Treasury en Financial Administration) heeft in 2012 een faciliteit ontwikkeld voor betalin-

gen aan de universiteit met IDEAL respectievelijk creditcard. Daarvoor was dit alleen incidenteel mogelijk.

Voortaan worden alle inschrijvingen voor activiteiten zoals congressen die door middel van een website

worden aangeboden, gekoppeld aan deze betaalfunctie. Inschrijving, betaling en administratieve verwer-

king geschiedt voortaan volledig in een geautomatiseerde workflow. Op termijn zullen incassomachtiging-

en/of losse betalingen op de universitaire bankrekening ten behoeve van relatief kleinschalige activiteiten

komen te vervallen.

3.4.5 Tegemoetkomingen Profileringsfonds

Studenten die studievertraging hebben opgelopen door overmacht en niet in aanmerking komen voor of

niet voldoende hebben aan verlenging van de prestatiebeurs, ontvangen Financiële Ondersteuning Stu-

denten. De bestuursbeurs die studenten ontvangen volgens de regeling Profileringsfonds, is gelijk aan het

individueel toegekende bedrag prestatiebeurs plus eventueel aanvullende beurs; voor studenten zonder

prestatiebeurs gelijk aan het bedrag prestatiebeurs voor uitwonenden. De Excellence Scholarships zijn

beurzen van €2500 tot maximaal €7500 voor excellente studenten, bedoeld voor een research master of

buitenlandse master.

In 2012 zijn de volgende vergoedingen uit het Profileringsfonds verstrekt:

Herkomst Aantal studenten Vergoeding (€)

EER 553 753.586

Niet-EER 7 17.396

Totaal 560 770.982

3.4.6 Stimuleringsmiddelen joint degrees

Het ministerie van OCW heeft middelen beschikbaar gesteld aan de Nederlandse universiteiten ter stimu-

lering van joint degrees. Het betreft de stimulering van zowel BA, MA als PhD degrees. Het gaat voor Til-

burg University om een bedrag van k€404 in de periode 2009-2013. Er is besloten deze middelen als volgt

aan te wenden: k€260 voor de stimulering van joint BA en MA degrees, en k€144 voor de stimulering van

joint PhD degrees.

71

De stimulering van joint BA en MA degrees heeft zijn uitwerking gekregen in het ‘Tilburgs kader en stimu-

leringsmaatregel joint degrees’. Het International Office is verantwoordelijk voor de coördinatie hiervan.

De stimulering van joint PhD degrees heeft zijn uitwerking gekregen in een ‘Stimuleringsregeling joint

doctorates’. De afdeling Strategy & Policy is verantwoordelijk voor de coördinatie hiervan.

Stimuleringsmiddelen joint BA en MA degrees

In 2012 heeft het College van Bestuur acht projectaanvragen voor het opzetten van een internationaal ge-

zamenlijke programma (Bachelor/Master) gehonoreerd met een bedrag van k€25 ieder als bijdrage in de

ontwikkelingskosten. Daarnaast is er k€10 toegekend aan het International Office als bijdrage voor de coör-

dinatie van de diverse projecten. De faculteiten zullen middels periodieke rapportages verslag leggen over

de vorderingen van de verschillende projecten. In 2013 zullen er nog twee aanvragen worden toegekend.

Programma Bedrag

Joint master program in Service Engineering met twee universiteiten in Australië €25.000

Joint bachelor program Liberal Arts and Sciences, Major Humanities/Law met twee

nader te bepalen universiteiten in Europa

€25.000

Joint bachelor program Liberal Arts and Sciences, Major Social Sciences/Business &

Management met twee nader te bepalen universiteiten in Europa

€25.000

Joint master program Transnational Labour Law and Governance of Labour met KU

Leuven (België)

€25.000

Joint master program TSB Cross Cultural & Work and Organizational Psychology,

met Universitat Osnabruck (Duitsland) als beoogd partner

€25.000

Joint master program Sociology and Socio-demographic research, met Universitat

Pompeu Fabra, Barcelona (Spanje) als beoogd partner

€25.000

Joint master program Leadership, organizations and Human Resources met nader te

bepalen partners

€25.000

Joint master program Master Governing Modern Cities met Universiteit van Gent

(België), Universitat Potsdam (Duitsland) en Montfort University (Engeland).

€25.000

International Office, projectcoördinatie €10.000

Totaal besteed 2011/2012 €210.000

Middelen nog te besteden €50.000

Stimuleringsmiddelen joint PhD degrees

Het College van Bestuur heeft in de periode 2011 en 2012 acht projectaanvragen voor het opzetten van in-

ternationale PhD programma’s gehonoreerd. De bijdragen verschillen per project, mede afhankelijk van het

aantal betrokken universiteiten en het verwachte aantal promovendi. De faculteiten zullen met periodieke

rapportages verslag leggen over de vorderingen van de verschillende projecten. Zo lang er nog middelen

zijn kunnen er ook in 2013 en verder aanvragen worden gedaan door de faculteiten.

72

Joint PhD programma met: Bedrag

Universidad del Rosario, Bogotá, Colombia (TSH) €12.500

o.a. Beijing Language and Culture University, Peking University en Nanjing University (TSH) €20.700

Sydney Law School, Sydney, Australië (TLS) €19.400

University of Queensland, Brisbane, Australië (TSB) €6.500

Friedrich Schiller University, Jena, Duitsland (TSB) €7.100

Budapest University of Technology and Economics, Boedapest, Hongarije (TSB) €8.060

University of Helsinki, Helsinki, Finland (TSB) €8.700

o.a. University of Bologna, University of Luxembourg, University of Torino, Autonomous

University of Barcelona and Mykolas Romeris University of Lithuania (TLS)

€16.400

Totaal besteed 2011/2012 €99.360

Middelen nog te besteden €44.640

3.4.7 Helderheidsaspecten

In deze paragraaf wordt beschreven hoe Tilburg University in 2012 is omgegaan met de thema’s uit de no-

titie Helderheid in de bekostiging van het hoger onderwijs van het Ministerie van OC&W d.d. 29 augustus

2003.

• Deelname eigen personeel aan opleidingen

In 2012 hebben in totaal 122 medewerkers ingeschreven gestaan voor het volgen van onderwijs aan de

eigen instelling. Betrokkenen hebben zelf hun collegegeldverplichting voldaan.

• Uitbesteding (delen van) Croho-geregistreerde opleidingen

Tilburg University heeft in 2012 geen (delen van) geregistreerde opleidingen uitbesteed uit aan private

organisaties en andere instellingen.

• Investeren van publieke middelen in private activiteiten

Tilburg University heeft in 2012 geen Rijksbijdrage aangewend voor de uitvoering van private activiteiten.

• Verlenen van vrijstellingen

Het verlenen van vrijstellingen is binnen Tilburg University alleen mogelijk op verzoek van de individu-

ele student. Vrijstellingen kunnen worden verleend door de examencommissie; de gronden waarop zijn

vastgelegd in de onderwijs- en examenregeling.

• Bekostiging van buitenlandse studenten

Buitenlandse studenten worden door Tilburg University alleen ingeschreven als zij volledig voldoen aan

de inschrijvingsvoorwaarden. Ingeschreven studenten worden alleen dan voor bekostiging in aanmerking

gebracht als zij volledig voldoen aan de daarvoor geldende wet- en regelgeving. Uitwisselingsstudenten

en buitenlandse studenten die slechts een gedeelte van een opleidingsprogramma volgen worden inge-

schreven als contractcursist conform de Tilburg University-regeling contractcursisten aanschuifonder-

wijs.

73

• Collegegeld niet betaald door student zelf

De inschrijfprocedures van Tilburg University zijn conform de wet- en regelgeving voor collegegelden. De

universiteit besteedt geen rijksbijdrage aan het op enige manier compenseren van het door studenten

betaalde collegegeld. Indien het collegegeld namens een student door derden wordt betaald, dan staat

dit aangegeven op de door de student afgegeven machtiging.

• Studenten volgen modules

Studenten die slechts een gedeelte van een opleidingsprogramma volgen worden als contractcursist

ingeschreven conform de regeling contractcursisten aanschuifonderwijs van Tilburg University.

• Studenten volgen een andere opleiding

Studenten geven zelf aan voor welke opleiding(en) zij zich aanmelden en inschrijven zonder tussen-

komst van Tilburg University. De universiteit schrijft studenten niet in voor andere opleidingen dan waar-

voor studenten zich hebben ingeschreven.

• Maatwerktrajecten voor bedrijven of organisaties:

Tilburg University heeft in het studiejaar 2011-2012 één maatwerktraject georganiseerd voor KPMG

Meijburg & Co, Baker & McKenzie, Loyens & Loeff, Ministerie van Financiën / Belastingdienst,

PriceWaterhouseCoopers en Ernst & Young ten behoeve van 38 voltijd – en 3 deeltijdstudenten.

3.4.8 Declaraties College van Bestuur

Per categorie (in euro’s)

Hein van Oorschot

(tot 1/9/2012)

Koen Becking

(vanaf 1/10/2012)

Philip Eijlander

Representatiekosten 2.907 969 3.875

Reiskosten Binnenland 3.945 2.555 9.011

Reiskosten Buitenland 12.078 0 5.576

Overige Kosten 0 0 0

18.930 3.524 18.462

Het College van Bestuur van Tilburg University bestaat uit twee personen. De genoemde bedragen betref-

fen declaraties van door de leden zelf betaalde onkosten, rechtstreeks door de universiteit betaalde reke-

ningen en betaling van onkosten met universitaire creditcards. De binnenlandse reiskosten zijn inclusief

de kosten van een chauffeurspool bestaande uit studenten waar incidenteel gebruik van wordt gemaakt en

de brandstofkosten van twee leaseauto’s. De contractkosten van de leaseauto’s en de vaste maandelijkse

onkostenvergoeding zijn onder de bezoldigingen opgenomen.

74

3.4.9 Bezoldigingen College van Bestuur

Het bezoldigingsbeleid voor de leden van het College van Bestuur is vastgesteld door het Stichtingsbe-

stuur. Het salaris is afgeleid van het maximum van salarisschaal 18 volgens de CAO Nederlandse Univer-

siteiten. Voor leden van het College van Bestuur geldt een bestuurstoelage variërend tussen 20% en 37,5%.

De vakantie-uitkering bedraagt 8% en er is een eindejaarsuitkering waarop werknemers van de universiteit

aanspraak kunnen maken op grond van de CAO Nederlandse Universiteiten (8%). De pensioenregeling

van het ABP is van toepassing.

Bezoldigingen (in euro’s) Hein van Oorschot

(tot 1/9/2012)

Koen Becking

(vanaf 1/10/2012)

Philip Eijlander

Totaal 149.773 52.778 215.209

Een specificatie is opgenomen in de jaarrekening (hoofdstuk 4). De bedragen zijn inclusief vakantie-uit-

kering en werkgeversdeel sociale premies en pensioenpremies. De bezoldiging bevat ook de vaste maan-

delijkse onkostenkostenvergoeding en de kosten van het autolease contract. De bedragen wijken af van

het eveneens in hoofdstuk 4 opgenomen WOPT-overzicht (Wet Openbaarmaking uit Publieke middelen

gefinancierde Topinkomens), omdat deze het belastbaar loon als grondslag heeft waardoor de vakantie-uit-

kering, de onkostenvergoeding en de leaseauto anders worden meegeteld.

3.5 Kerncijfers personeel

3.5.1 Algemeen

Stand van zaken per 31 december 2012: aantal medewerkers in personen en fte onderverdeeld naar geslacht

2010 2011 2012

man vrouw totaal man vrouw totaal man vrouw totaal

Personen 1135 1140 2275 1051 1084 2135 1050 1070 2120

Fte’s 907,9 834,1 1742,0 855,9 805,1 1661,0 848,1 797,7 1645,8

De gemiddelde omvang van een dienstverband van een universiteitsmedewerker is 0,78. Dat betekent dat

de gemiddelde medewerker ongeveer 29,6 uur per week werkt. Vrouwen werken gemiddeld 28,3 uur. Man-

nen werken gemiddeld iets meer (30,7 uur).

75

Ontwikkeling personeelsformatie in fte

De universiteit is in het afgelopen jaar in omvang afgenomen (-0,9%). TST (-5,8%) en TLS (-3,8%) daalden

het hardst, TSH groeide met (+ 1,3%). De lichte stijging van personeel bij de diensten kan worden verklaard

door het feit dat (OBP) personeel van de faculteiten is ondergebracht bij de diensten. Dit geldt bijvoorbeeld

voor 9,7 fte van Netspar, die in 2011 nog onder TiSEM werd vermeld.

Aantal medewerkers per faculteit en de diensten

TISEM is de faculteit die de meeste medewerkers in dienst heeft. Bij TISEM werken 37% vrouwen. TSB is de

faculteit waar naar verhouding de meeste vrouwen werkzaam zijn namelijk 61%. Binnen Tilburg University

is de verdeling man/vrouw nagenoeg gelijk namelijk 49,6% mannen en 50,4% vrouwen.

76

Ontwikkeling personeelsbestand in fte en personele lasten

In onderstaande tabel wordt de ontwikkeling weergegeven van de personeelsaantallen in fte en de perso-

nele lasten.

2009 2010 2011 2012

Personeelsbestand TiU (in fte’s) 1692 1742 1661 1646

Wetenschappelijk personeel 992 (59%) 1016(58%) 986(59%) 963(58,5%)

Ondersteunend beheerspersoneel 700 (41%) 726 (42%) 675(41%) 683(41,5%)

Totaal personele lasten (in m€) 128 134 131* 132

* gecorrigeerd cijfer t.o.v. jaarverslag 2011

3.5.2 Onderverdeling naar functies en geslacht

De volgende tabellen geven een beeld van de aantallen WP en OBP medewerkers in fte per faculteit en

voor de diensten onderverdeeld naar mannen en vrouwen. Tevens wordt in de volgende tabellen het weten-

schappelijk personeel nader uitgesplitst naar functiecategorieën.

WP, OBP en totaal in fte naar geslacht

WP OBP Totaal % WP

M V totaal M V totaal M V totaal

TISEM 242,6 77,6 320,2 23,3 76,5 99,8 265,9 154,1 420,0 76%

TLS 98,8 90,6 189,4 11,2 45,9 57,1 110,0 136,5 246,5 77%

TSB 110,1 143,9 254,0 21,7 51,0 72,7 131,8 194,9 326,7 78%

TSH 93,7 65,0 158,7 11,8 28,7 40,5 105,5 93,7 199,2 80%

TST 28,5 5,2 33,7 6,8 6,9 13,7 35,3 12,1 47,4 71%

Diensten 3,0 3,9 6,9 196,6 202,5 399,1 199,6 206,4 406,0 2%

TOTAAL 576,7 386,2 962,9 271,4 411,5 682,9 848,1 797,7 1645,8 59%

In de laatste kolom is het percentage wetenschappelijk personeel opgenomen ten opzichte van het totaal

aantal medewerkers (in fte). Van de faculteiten hebben TSH en TSB het hoogste percentage wetenschap-

pers (resp. 80% en 78%).

Wetenschappelijke functies hoogleraar, UHD en UD, in fte naar geslacht

In de onderstaande grafiek wordt weergegeven hoe de ontwikkeling is van de functies Hoogleraar, Univer-

sitair hoofddocent (UHD) en Universitair Docent (UD) vertaald in fte. Daarnaast is gekeken naar de onder-

verdeling man/vrouw. De organisatie-opbouw bij mannen is een omgekeerde piramide, hoewel het aantal

hoogleraren in 2012 is gedaald van 166,2 fte naar 158,0 fte. Bij de vrouwen is het beeld juist omgekeerd.

Wel is er sprake van een lichte daling van het aantal vrouwelijke hoogleraren 19,8 fte ten opzichte van 21,8

fte in 2011. Daarentegen is het aantal vrouwelijke UHD’s gestegen van 23,0 fte naar 25,0 fte en is ook het

77

aantal vrouwelijke UD’s gestegen van 66,2 fte naar 71,2 fte, terwijl het aantal mannelijk UHD’s en UD’s licht

is gedaald.

Promovendus en overig wetenschappelijk personeel in fte naar geslacht

In de volgende grafiek worden de ontwikkelingen in de functies promovendus en overig WP geschetst.

Overig WP zijn onder andere de docenten en onderzoekers. Te zien is dat het aantal mannelijke promoven-

di in het afgelopen jaar licht is gestegen, terwijl het aantal vrouwelijke promovendi verder is gedaald. Ten

aanzien van het overig wetenschappelijk personeel is er per saldo sprake van een daling, waarbij het aantal

vrouwen afneemt en het aantal mannen een lichte stijging laat zien.

78

3.5.3 Tijdelijk personeel

De ontwikkeling van tijdelijk personeel in dienst van de universiteit in verhouding tot het totale personeels-

bestand (onderverdeeld naar mannen en vrouwen) wordt weergegeven in de volgende tabellen. Vooral de

faculteiten hebben met hun promovendi en student-assistenten veel tijdelijk personeel in dienst.

Ontwikkeling tijdelijk personeel in % van het personeelsbestand naar geslacht (per 31 december 2012)

2010 2011 2012

man vrouw totaal man vrouw totaal man vrouw totaal

TISEM 52,5 54,4 53,2 47,2 46,4 46,9 46,5 47,0 46,7

TLS 48,8 54,6 52,0 46,9 52,7 50,1 43,7 51,8 48,2

TSB 46,9 73,0 62,6 42,3 70,9 59,7 44,1 67,1 57,8

TSH 42,1 52,6 46,7 41,3 55,2 47,8 43,9 52,5 47,9

TST 12,9 45,6 22,2 19,3 37,9 24,7 24,1 29,8 25,5

Diensten 19,1 23,4 21,1 8,5 11,7 10,1 9,5 9,7 9,6

TOTAAL 39,9 50,8 45,1 35,2 46,1 40,5 35,8 43,5 39,5

Het totaal aantal medewerkers in tijdelijke dienst is ten opzichte van de voorgaande jaren afgenomen. Het

percentage tijdelijke medewerkers is per ultimo 2012 is gedaald van 40,5% naar 39,5% ten opzichte van

2011.

Ontwikkeling WP in tijdelijke dienst (uitgezonderd promovendi en student-assistenten) in fte per 31

december

Als promovendi en student-assistenten buiten beschouwing worden gelaten, twee groepen die per definitie

een tijdelijk contract hebben, dan had op 31 december 2012 14,8 procent van het wetenschappelijk perso-

neel een tijdelijk contract. De functies van UD (tenure track), docent en onderzoeker vormen de grootste

groepen.

2010 2011 2012

man vrouw totaal Man vrouw totaal Man vrouw Totaal

TISEM 67,3 29,9 97,2 54,8 25,1 79,9 50,8 20,5 71,3

TLS 37,6 34,0 71,6 26,5 37,1 63,6 22,2 36,3 58,5

TSB 29,9 49,2 79,0 26,7 51,5 78,2 31,5 42,6 74,1

TSH 12,0 12,1 24,1 15,1 17,3 32,4 17,4 17,9 35,3

TST 3,5 1,4 4,9 4,0 0,6 4,6 3,5 0,6 4,1

Diensten 0,0 0,7 0,7 0,0 0,8 0,8 0,0 0,7 0,7

TOTAAL 150,2 127,2 277,4 127,1 132,4 259,5 125,4 118,6 244,0

Ontwikkeling promovendi in fte per 31 december

Het aantal promovendi vertoont het afgelopen jaar een lichte daling. Bij TSH en TST valt daarentegen een

verhoogde instroom te constateren.

79

2010 2011 2012

man vrouw totaal man vrouw totaal Man Vrouw totaal

TISEM 64,8 42,1 106,9 67,0 37,4 104,4 67,2 35,5 102,7

TLS 18,8 26,5 45,3 19,9 24,8 44,7 18,4 21,4 39,8

TSB 24,6 76,2 100,8 21,8 73,9 95,7 20,8 69,1 89,9

TSH 23,8 19,9 43,7 23,8 22,7 46,5 25,8 24,5 50,3

TST 0,8 2,5 3,3 2,6 1,7 4,3 3,8 1,0 4,8

Diensten 0,0 0,3 0,3 0,0 0,3 0,3 0,0 0,3 0,3

TOTAAL 132,8 167,5 300,3 135,1 160,8 295,9 136,0 151,8 287,8

Ontwikkeling student-assistenten in fte per 31 december

Student-assistenten verrichten werkzaamheden ter ondersteuning van het wetenschappelijk onderwijs en

onderzoek.

In deze tabel zijn geen werkstudenten opgenomen. Dit zijn studenten die ondersteunende werkzaamheden

verrichten voor het bestuur en beheer van de universiteit zoals voorlichting of studenten die boeken terug-

plaatsen in de bibliotheek of werkzaam zijn op een IT helpdesk.

In deze tabel staan alleen de student-assistenten die een arbeidsovereenkomst hebben met de universiteit.

In 2010 en 2011 stelde TiSEM student-assistenten aan via KCS resp. 17,9 fte en 11,9 fte.Hiervan zijn geen

cijfers opgenomen in onderstaande tabel. Het totaal aantal student-assistenten is ten opzichte van vorig

jaar substantieel gedaald.

2010 2011 2012

man vrouw totaal Man vrouw totaal Man vrouw totaal

TISEM 0,0 0,0 0,0 0,0 0,0 0,0 2,6 2,4 5,0

TLS 4,3 9,4 13,7 6,4 7,1 13,5 3,9 4,9 8,8

TSB 4,6 11,1 15,6 4,1 9,4 13,5 4,0 7,7 11,7

TSH 1,0 3,1 4,1 1,8 5,2 7,0 1,6 4,7 6,3

TST 0,4 0,5 0,9 0,1 0,7 0,8 0,3 0,5 0,8

Diensten 0,0 0,0 0,0 0,0 0,0 0,0 0,0 0,0 0,0

TOTAAL 10,2 24,0 34,2 12,4 22,4 34,8 12,4 20,2 32,6

80

3.5.4 Ontwikkeling leeftijdsopbouw

In de ontwikkeling van de leeftijdsopbouw door de jaren heen is te zien dat de verdeling over de leeftijds-

klassen redelijk gelijk blijft.

Ontwikkeling leeftijdopbouw in procenten

Leeftijdsopbouw WP/OBP onderverdeeld naar geslacht in procenten

81

Het aandeel jonge vrouwen in de wetenschap blijft onverminderd hoog. Bijna 80% van de vrouwelijke

wetenschappers is jonger dan 40 jaar. Bij de mannelijke collega’s ligt het percentage op 49%. Bij de on-

dersteunende functies is te zien dat 53% van de mannen en 65% van de vrouwen jonger is dan vijftig jaar.

3.5.5 Voltijd en deeltijd personeel

Voltijd en deeltijd personeel naar geslacht in personen

Van de mannelijke medewerkers heeft 37% een deeltijdaanstelling (in 2011 35%). Bij de vrouwen ligt dit

percentage aanzienlijk hoger en heeft 63% een deeltijdaanstelling (in 2011 62%).

3.5.6 Salarisschalen

Salarisopbouw per functiecategorie en geslacht in personen (per 31 december)

Uit onderstaande tabel valt af te leiden dat vrouwen t/m schaal 9 meer dan evenredig vertegenwoordigd

zijn. Dat het aantal mannen en vrouwen in de salarisschalen 10 t/m 12 gelijk vertegenwoordigd zijn en dat

vanaf schaal 13 het aantal vrouwen minder dan evenredig vertegenwoordigd is.

WP OBP totaal

man vrouw totaal man vrouw totaal man vrouw totaal

schaal 1 t/m 5 1 0 1 21 33 54 22 33 55

schaal 6 t/m 9 199 264 463 136 326 462 335 590 925

schaal 10 t/m 12 230 197 427 137 169 306 367 366 733

schaal 13 en 14 93 37 130 15 12 27 108 49 157

schaal 15 en 16 109 21 130 9 4 13 118 25 143

schaal 17 en hoger 99 7 106 1 0 1 100 7 107

TOTAAL 731 526 1257 319 544 863 1050 1070 2120

82

3.5.7 Ontwikkeling ziekteverzuim < 1 jaar (in percentages)

2007 2008 2009 2010 2011 2012

Ziekteverzuimpercentage 2,9 2,5 2,5 2,5 2,5 2,2

Meldingsfrequentie 0,98 0,92 0,93 0,87 0,82 0,78

Gemiddelde verzuimduur (in dagen) 14 11 11 13 14,5 12,7

Het verzuimcijfer voor de gehele universiteit is in de afgelopen jaren gedaald van 2,9% in 2007 naar 2,2% in

2012. Ook de verzuimfrequentie is gedaald van 0,98 naar 0,78 in 2012. Verzuim heeft constant de aandacht

van het management. Niet alleen door gerichte cursussen verzuimbegeleiding voor leidinggevenden, maar

ook door regelmatig overleg tussen leidinggevende, personeelsfunctionaris en bedrijfsarts.

3.5.8 Instroom en uitstroom

Voor de berekening van de in- en uitstroomcijfers worden de gegevens uit de stuurkaart Personeel gebruikt.

Daarnaast worden de instroomcijfers tevens uitgedrukt in een percentage van het totaal personen op 31

december 2012.

Instroom in personen naar faculteiten en diensten

2009 2010 2011 2012

TISEM 132 (25%) 120 (22%) 77 (16%) 122 (24%)

TLS 159 (37%) 141 (36%) 97 (27%) 101 (30%)

TSB 171 (38%) 163 (35%) 127 (29%) 135 (32%)

TSH 69 (30%) 79 (31%) 106 (40%) 81 (30%)

TST 14 (25%) 9 (13%) 13 (19%) 11 (16%)

Diensten 131 (23%) 130 (22%) 84 (19%) 61 (12%)

TOTAAL 676 (30%) 642 (28%) 504 (24%) 511 (24%)

Uitstroom in personen naar faculteiten en diensten

2009 2010 2011 2012

TISEM 102 (18%) 102 (18%) 128 (26%) 97 (19%)

TLS 182 (46%) 182 (46%) 142 (40%) 122 (37%)

TSB 142 (30%) 142 (30%) 157 (36%) 150 (35%)

TSH 47 (18%) 47 (18%) 90 (34%) 83 (31%)

TST 5 ( 7%) 5 ( 7%) 12 (17%) 14 (21%)

Diensten 108 (19%) 108 (19%) 132 (26%) 67 (13%)

TOTAAL 586 (25%) 586 (25%) 661 (31%) 533 (25%)

83

3.5.9 KCS en uitzendbureaus

Door de universiteit wordt gebruik gemaakt van KCS en van uitzendbureaus voor het inhuren van perso-

neel. De exacte omvang daarvan in fte’s is moeilijk te bepalen, omdat deze niet in het personele informatie-

systeem worden vastgelegd. Wel is de omvang in geld uit te drukken, en te relateren aan de totale personele

lasten. In de volgende tabel worden deze cijfers gepresenteerd over de afgelopen zes jaren.

Inhuur van derden in K€, en als % van de totale personele lasten

KCS Uitzendbureaus

2007 2.012 (1,9%) 992 (1,0%)

2008 1.972 (1,7%) 1.513 (1,3%)

2009 2.574 (2,0%) 1.642 (1,3%)

2010 3.307 (2,5%) 912 (0,7%)

2011 2.992 (2,3%) 2240 (1,7%)

2012 2.465 (1,9%) 1.901(1,4%)

3.6 Overige

3.6.1 Beheersing van uitgaven inzake uitkeringen na ontslag

Als eigen risicodrager, begeleidt de universiteit haar medewerkers die recht hebben op een WW-uitkering.

Deze begeleiding wordt of door de HR-afdeling van de betrokkene of door het Career Center verzorgd (de

‘van werk naar werk’ begeleiding). Het beleid is gericht op: het opstellen van een zoekprofiel, ondersteu-

ning bij de arbeidsmarktoriëntatie, netwerken en solliciteren alsmede de doorzending van vacatures van

partnerinstellingen en intermediair bij outplacementtrajecten. Momenteel is Tilburg University bezig om

de uitvoering van dit beleid nog systematischer aan te pakken.

3.6.2 Toegankelijkheid van de instelling

In 2012 is er door HR, in samenwerking met de dienst Student Services, een beleidsnotitie ‘Studeren zon-

der belemmering’ opgesteld voor studenten met een functiebeperking. Er wordt voor studenten (maar

ook voor medewerkers) met een functiebeperking al veel gedaan (denk aan fysieke toegankelijkheid van

gebouwen, het ter beschikking stellen van hulpmiddelen en bijzondere tentamenvoorzieningen). Het is het

streven van Tilburg University om studenten met een lichamelijke handicap, chronische ziekte, psychische

klachten of dyslexie zoveel mogelijk een gelijke kans op studiesucces te bieden als de studenten zonder

functiebeperking.

84

4.1 Kengetallen

Kengetallen 1) 2008 2009 2010 2011 2012

Studenten

Eerstejaars (WO/I) 3.083 3.562 3.425 3.649 3.273

Ingeschrevenen initiële opleidingen 11.900 12.678 13.153 13.599 12.952

Ingeschrevenen postdoctorale opleidingen 2) 270 236 193 208 198

Ingeschrevenen TiasNimbas Business School 2.112 2.408 2.640 3.309 2.779

Onderwijs

Doctoraal diploma's 145 7 1 2 6

Postdoctoraal diploma's 72 57 72 52 67

Bachelor diploma's 1.474 1.373 1.365 1.491 1.779

Master diploma's 1.704 1.868 2.015 2.222 2.815

Onderzoek

Promoties 3) 85 85 111 131 132

Wetenschappelijke publicaties 4) 2.025 1.936 1.939 2.280 2.049

Exploitatie

Rijksbijdragen (in m€) 117 108 106 106 110

College- en examengelden (in m€) 17 19 20 24 24

Overige baten (in m€) 68 70 73 69 65

Exploitatie resultaat (in m€) 21,1 3,8 -6,1 -2,4 -1,6

Vermogen

Eigen vermogen (in m€) 138 142 136 134 132

Vreemd vermogen (in m€) 114 121 138 135 126

Liquiditeit

Liquide middelen (in m€) 111 104 106 104 92

Netto werkkapitaal (in m€) 66 64 62 56 48

Current ratio 1,9 1,8 1,7 1,7 1,6

Current ratio alle universiteiten 0,9 0,9 0,9 1,0 pm

Solvabiliteit 0,6 0,5 0,5 0,5 0,5

Solvabiliteit alle universiteiten 0,6 0,5 0,5 0,5 pm

Personeel

Personeelsbestand Tilburg University 5) 1.579 1.746 1.742 1.661 1.646

Personeelsbestand verbonden partijen 167 168 164 166 146

Wetenschappelijk personeel 931 993 994 986 963

Ondersteunend beheerspersoneel 815 921 912 841 829

Totale personeelslasten (in m€) 130 143 151 149 147

1) De cijfers inclusief de gegevens van de deelnemingen en verbonden partijen. 2) Exclusief TiasNimbas Business School.3) Inclusief dubbelprmoties; in afwijking van het aantal bekostigde proefschriften die in het TMP staan vermeld.4) Inclusief proefschriften, monographs en edited books5) Fte's op basis van Wopi-cijfers (peildatum 31/12), cijfers 2010 zijn gecorrigeerd.

Hoofdstuk 4 Jaarrekening 2012

85

4.2 Waarderingsgrondslagen activa en passiva

Algemeen

De geconsolideerde jaarrekening is opgesteld in overeenstemming met de wettelijke bepalingen van Titel

9 Boek 2 BW en de stellige uitspraken van de Richtlijnen voor de jaarverslaggeving, die uitgegeven is door

de Raad voor de Jaarverslaggeving. Deze bepalingen zijn van toepassing op grond van de Regeling Jaarver-

slaggeving Onderwijs. De jaarrekening is opgesteld in euro’s.

Activa en passiva (met uitzondering van het groepsvermogen) worden in het algemeen gewaardeerd tegen

de verkrijgings- of vervaardigings¬prijs of de actuele waarde. Indien geen specifieke waarderingsgrondslag

is vermeld, vindt waardering plaats tegen de verkrijgingsprijs. In de balans, de staat van baten en lasten en

het kasstroomoverzicht zijn referenties opgenomen. Met deze referenties wordt verwezen naar de toelich-

ting.

Continuïteit

De in de geconsolideerde jaarrekening gehanteerde grondslagen van waardering en resultaatbepaling zijn

gebaseerd op de veronderstelling van continuïteit van de instelling.

Grondslagen voor de consolidatie

In de consolidatie zijn de financiële gegevens van Tilburg University opgenomen samen met die verbonden

partijen waarbij sprake is van een meerderheidsbelang dan wel van beslissende zeggenschap. Indien spra-

ke is van een meerderheidsbelang van minder dan 100% dan is separaat in zowel het resultaat als in het

groepsvermogen een aandeel derden opgenomen.

In de consolidatie zijn de volgende partijen betrokken:

- Tilburg University (TiU)

- UvT Holding B.V.

• KUB Career Services B.V.

- TiasNimbas Business School B.V.

• TiasNimbas Business School Utrecht B.V.

• TiasNimbas Business School Germany GmbH

- Stichting IVA, Instituut voor sociaalwetenschappelijk onderzoek

- Stichting Instituut voor ontwikkelingsvraagstukken (IVO)

- Universiteitsfonds Tilburg

Verbonden partijen

Als verbonden partij worden aangemerkt alle rechtspersonen waarover overheersende zeggenschap, ge-

zamenlijke zeggenschap of invloed van betekenis kan worden uitgeoefend. Er is geen sprake van andere

verbonden partijen dan de in de consolidatie betrokken verbonden partijen.

Kasstroomoverzicht

Het kasstroomoverzicht is opgesteld volgens de indirecte methode.

86

Schattingen

Bij toepassing van de grondslagen en regels voor het opstellen van de jaarrekening vormt de leiding van de

Tilburg University zich een oordeel over verschillende zaken en maakt schattingen die essentieel kunnen

zijn voor de in de jaarrekening opgenomen bedragen. Indien het voor het geven van het in art. 2:362 lid 1

BW vereiste inzicht noodzakelijk is, is de aard van deze oordelen en schattingen inclusief de bijbehorende

veronderstellingen opgenomen bij de toelichting op de betreffende jaarrekeningposten.

Vergelijking met voorgaand jaar

De gehanteerde grondslagen van waardering en van resultaatbepaling zijn ongewijzigd ten opzichte van

het voorgaande jaar.

Immateriële vaste activa

Goodwill

De goodwill is gewaardeerd tegen historische kostprijs verminderd met afschrijvingen. Er wordt rekening

gehouden met bijzondere waardeverminderingen. De goodwill wordt lineair afgeschreven waarbij de good-

will inzake TiasNimbas Business School Eindhoven B.V. wordt afgeschreven over een periode van 10 jaar

en de goodwill inzake TiasNimbas Business School Utrecht B.V. en TiasNimbas Business School Germany

GmbH wordt afgeschreven over een periode van 20 jaar. TiasNimbas verwacht gedurende deze periode

significante voordelen te behalen zoals bijvoorbeeld reputatie, marktaandeel en alumni.

Materiële vaste activa

Gebouwen en terreinen

De terreinen zijn gewaardeerd tegen de aanschafwaarde en worden niet afgeschreven. De gebouwen in-

clusief vaste installaties, alsmede de inrichting van terreinen zijn gewaardeerd tegen de aanschafwaarde

verminderd met afschrijvingen. De afschrijvingen zijn lineair en gebaseerd op de aanschafwaarde en ver-

wachte bedrijfseconomische levensduur. De bouwrente als gevolg van investeringen wordt geactiveerd,

voorzover sprake is van financiering met vreemd vermogen.

Apparatuur en inventarisgoederen

Apparatuur en inventaris zijn geactiveerd voor zover de aanschafwaarde per activum groter is dan € 11.500.

Geactiveerde apparatuur en inventaris zijn gewaardeerd tegen de aanschafwaarde verminderd met afschrij-

vingen. De afschrijvingen zijn lineair en gebaseerd op de aanschafwaarde en verwachte bedrijfseconomi-

sche levensduur.

Technische vervangingen

Technische vervangingen worden niet geactiveerd, maar in de exploitatie verantwoord.

Bijzondere waardevermindering

Op balansdatum wordt beoordeeld of er aanwijzingen zijn dat een vast actief aan een bijzondere waarde-

vermindering onderhevig kan zijn. Eventuele bijzondere- waardeverminderingsverliezen worden direct als

last verwerkt in de staat van baten en lasten.

87

Financiële vaste activa

Deelnemingen

Deelnemingen zijn gewaardeerd tegen de nettovermogenswaarde.

Effecten

Effecten worden bij eerste verwerking gewaardeerd tegen reële waarde. Vervolgens worden de onder finan-

ciële vaste activa opgenomen effecten gewaardeerd tegen reële waarde. Waardevermeerderingen van deze

effecten worden rechtstreeks verwerkt in de herwaarderings-reserve. Op het moment dat de desbetreffende

effecten niet langer in de balans worden verwerkt, wordt de cumulatieve waardevermeerdering in het eigen

vermogen verwerkt in de winst- en verliesrekening. Indien van een individueel effect de reële waarde onder

de (geamortiseerde) kostprijs komt, wordt de waardevermindering verwerkt ten laste van de winst-en-ver-

liesrekening. Voor rentedragende financiële activa vindt verwerking van de rentebaten plaats tegen de ef-

fectieve-rentemethode.

Voorraden

De voorraden zijn gewaardeerd tegen historische kostprijs.

Onderhanden projecten in opdracht van derden worden gewaardeerd tegen de gerealiseerde projectop-

brengsten (bestaande uit de gerealiseerde projectkosten). Indien van toepassing, worden de verwerkte ver-

liezen en reeds gedeclareerde termijnen hierop in mindering gebracht. Onderhanden projecten waarvan de

gefactureerde termijnen hoger zijn dan de gerealiseerde projectopbrengsten worden gepresenteerd onder

de kortlopende schulden.

Vorderingen

De vorderingen zijn gewaardeerd tegen de verkrijgingsprijs. Indien nodig wordt een voorziening voor on-

inbaarheid getroffen.

Liquide middelen

Liquide middelen bestaan uit kas, banktegoeden en deposito’s met een looptijd korter dan twaalf maanden.

Eigen vermogen

Het eigen vermogen bestaat uit algemene reserves en bestemmingsreserves en/of -fondsen. Hierin is te-

vens een segmentatie opgenomen naar publieke en private middelen.

De bestemmingsreserves zijn reserves met een beperktere bestedingsmogelijkheid, welke door het bestuur

is aangebracht.

Algemene reserve gebouwen

Deze reserve is ontstaan uit het saldo eigen vermogen in materiële vaste activa in het kader van de Integra-

le Verantwoordelijkheid Huisvesting (IVH)-operatie per 1 januari 1995. De reserve muteert als gevolg van

desinvesteringen.

88

Algemene reserves

Dit zijn de vrij besteedbare middelen op balansdatum van de exploitatiesaldi tot en met het verslagjaar.

Bestemde reserves

Dit zijn de reeds bestemde middelen op balansdatum van de exploitatiesaldi tot en met het verslagjaar.

Herwaarderingsreserve

Indien herwaarderingen in de herwaarderingsreserve zijn verwerkt, worden de gerealiseerde herwaarderin-

gen ten gunste van de winst-en-verliesrekening gebracht.

Aandeel derden

Het aandeel derden als onderdeel van het groepsvermogen wordt gewaardeerd tegen het bedrag van het

nettobelang in de netto-activa van de betreffende verbonden partij.

Voorzieningen

Wachtgelden

De wachtgeldvoorziening is gebaseerd op de per balansdatum afgegeven beschikkingen in het kader van

wachtgeld en (bovenwettelijke) WW-uitkeringen. De voorziening is bepaald op 75% van de berekende maxi-

male verplichtingen. Uitzondering hierop vormen de beschikkingen van vóór 1991, die voor 100% zijn

voorzien. Betaalde uitkeringen worden aan de voorziening onttrokken.

Spaarverlof

De voorziening spaarverlof is gevormd in verband met verplichtingen die samenhangen met het meerjarig

sparen van verlofdagen.

WIA/WGA Eigen Risico

De Tilburg University is sinds 1 juli 2004 eigenrisicodrager voor de WIA/WGA. De voorziening is gebaseerd

op de verplichtingen in verband met toegekende WIA/WGA-uitkeringen na (gedeeltelijk) ontslag wegens

arbeidsongeschiktheid.

Jubilea

Deze voorziening is gevormd in verband met de verplichtingen die samenhangen met toekomstige 25-jari-

ge en 40-jarige jubileumuitkering van het personeel.

Overige voorziening

Dit betreft naast een voorziening voor buitengewone verlofconstructies, een voorziening voor een aantal

projecten binnen IVO en een voorziening binnen IVA in verband met afronding van lopende activiteiten.

Kortlopende schulden

De kortlopende schulden zijn gewaardeerd tegen de verkrijgingsprijs en hebben een looptijd korter dan 1

jaar.

89

Gebeurtenissen na balansdatum

Er is geen sprake van gebeurtenissen na balansdatum met belangrijke financiële gevolgen.

4.3 Grondslagen voor bepaling exploitatiesaldo

Algemeen

De baten en lasten worden toegerekend aan het boekjaar waarop ze betrekking hebben. Winsten worden

slechts genomen voor zover zij op balansdatum zijn verwezenlijkt. Verliezen en risico’s die hun oorsprong

vinden voor het einde van het verslagjaar, worden in acht genomen, indien zij voor het vaststellen van de

jaarrekening bekend zijn geworden.

Baten

Rijks- en overige bijdragen

Dit betreft de rijksbijdrage die volgens de modelmatige verdeling door de minister is toegewezen, alsmede

de toegekende doelsubsidies.

College en examengelden

Dit betreft de ontvangen college- en examengelden voor zover deze aan het verslagjaar kunnen worden

toegerekend.

Opbrengst werk voor derden

Dit betreft opbrengsten uit contractonderwijs en contractonderzoek met betrekking tot afgesloten projec-

ten en opbrengsten van lopende projecten tot een bedrag van de gemaakte projectkosten. Eventuele posi-

tieve resultaten worden gerealiseerd bij afsluiting van het project. Indien het waarschijnlijk is dat de totale

projectkosten de totale projectopbrengsten overschrijden, dan worden de verwachte verliezen onmiddellijk

in de exploitatie verwerkt.

Overige opbrengsten

Dit betreft de opbrengsten uit alle andere activiteiten voor zover deze aan het verslagjaar kunnen worden

toegerekend.

Rentebaten

De rentebaten worden toegerekend aan het verslagjaar waarop ze betrekking hebben.

Lasten

Personele lasten

Hier zijn de lasten opgenomen in verband met de beloning voor verrichte arbeid, inclusief sociale lasten en

pensioenpremies, alsmede overige personeelskosten voor zover deze betrekking hebben op het verslagjaar.

Tilburg University heeft een pensioenregeling bij Stichting Bedrijfspensioenfonds ABP. Op deze pensioen-

regeling zijn de bepalingen van de Nederlandse Pensioenwet van toepassing en worden op verplichte,

contractuele of vrijwillige basis premies betaald door de instelling. De premies worden verantwoord als

90

personeelskosten zodra deze verschuldigd zijn. Vooruitbetaalde premies worden opgenomen als overlo-

pende activa indien dit tot een terugstorting leidt of tot een vermindering van toekomstige betalingen. Nog

niet betaalde premies worden als verplichting op de balans opgenomen.

Afschrijvingen op immateriële en materiële vaste activa

Immateriële vaste activa en materiële vaste activa worden met ingang van het jaar van ingebruikneming

afgeschreven over de verwachte toekomstige gebruiksduur van het actief. Over terreinen wordt niet afge-

schreven.

Indien een schattingswijziging plaatsvindt van de economische levensduur, dan worden de toekomstige

afschrijvingen aangepast.

Overige lasten

Dit zijn alle overige lasten voor zover deze betrekking hebben op het verslagjaar.

Rentebaten en rentelasten

Rentebaten en rentelasten worden tijdsevenredig verwerkt, rekening houdend met de effectieve rentevoet

van de betreffende activa en passiva. Bij de verwerking van de rentelasten wordt rekening gehouden met de

verantwoorde transactiekosten op de ontvangen leningen.

Belastingen

De belasting over het resultaat wordt berekend over het resultaat voor belastingen in de staat van baten en

lasten, rekening houdend met beschikbare, fiscaal compensabele verliezen uit voorgaande boekjaren. Te-

vens wordt rekening gehouden met wijzigingen die optreden in de latente belastingvorderingen en latente

belastingschulden uit hoofde van wijzigingen in het te hanteren belastingtarief.

91

4.4 Jaarrekening

Geconsolideerde balans per 31-12-2012 (na resultaatbestemming, alle bedragen in €)

4.4 Jaarrekening

Geconsolideerde balans per 31-12-2012 (na resultaatbestemming, alle bedragen in €)

Activa 31-12-2012 31-12-2011

Vaste activaImmateriële vaste activa 4.842.875 5.220.242Materiële vaste activa 128.487.058 121.934.281Financiële vaste activa 12.956.693 14.362.266

Totaal vaste activa 146.286.626 141.516.789

Vlottende activaVoorraden 141.752 120.801Vorderingen 19.615.304 23.273.120Liquide middelen 92.316.412 103.672.851

Totaal vlottende activa 112.073.468 127.066.772

Totaal activa 258.360.094 268.583.561

Passiva 31-12-2012 31-12-2011

GroepsvermogenEigen vermogen 132.488.301 133.849.168Aandeel derden 594.528 703.344

133.082.829 134.552.512

Voorzieningen 7.543.998 6.296.753

Langlopende schulden 40.217.422 42.186.588

Kortlopende schulden 77.515.845 85.547.708125.277.265 134.031.049

Totaal passiva 258.360.094 268.583.561

Pagina 7 van 23

92

Geconsolideerde exploitatierekening 2012 (alle bedragen in €)Geconsolideerde exploitatierekening 2012 (alle bedragen in €)

2012 Begroting 2012 2011

BatenRijksbijdragen OCW 109.503.865 102.914.000 106.300.870Collegegelden 23.707.927 24.400.000 23.621.062Baten werk i.o.v. derden 46.765.161 54.887.000 51.344.097Overige baten 18.553.895 19.352.000 17.808.402

Totaal baten 198.530.848 201.553.000 199.074.431

LastenPersonele lasten 146.622.147 149.240.000 149.288.883Afschrijvingen 9.196.767 9.756.000 8.805.554Huisvestingslasten 11.420.900 8.478.000 9.478.527Overige lasten 33.747.953 38.481.000 35.145.134

Totaal lasten 200.987.767 205.955.000 202.718.098

Saldo baten en lasten -2.456.919 -4.402.000 -3.643.667

Financiële baten en lasten 952.540 677.000 1.179.797

Resultaat uit gewone bedrijfsvoering vóór belastingen -1.504.379 -3.725.000 -2.463.870

Belasting resultaat uit gewone bedrijfsvoering 206.149 - 7.570

Resultaat uit gewone bedrijfsvoering na belastingen -1.710.528 -3.725.000 -2.471.440

Aandeel derden 108.816 - 113.971

Exploitatieresultaat -1.601.712 -3.725.000 -2.357.469

Pagina 8 van 23

93

Geconsolideerd kasstroomoverzicht 2012 (alle bedragen in €)Geconsolideerd kasstroomoverzicht 2012 (alle bedragen in €)

2012 2011Kasstroom uit operationele activiteitenSaldo baten en lasten -2.456.919 -3.643.667Belastingen -206.149 -7.570

Aanpassingen voor:Afschrijvingen 9.196.767 8.805.554Mutaties voorzieningen 1.247.245 -132.281

10.444.012 8.673.273Veranderingen in vlottende middelen:Voorraden -20.951 -75.969Vorderingen 3.657.816 182.633Schulden -8.031.863 -824.505

-4.394.998 -717.841

Kasstroom uit bedrijfsoperaties 3.385.946 4.304.195

Ontvangen interest 2.756.865 3.061.480Betaalde interest -1.804.325 -1.881.683Buitengewoon resultaat - -

952.540 1.179.797

Totaal kasstroom uit operationele activiteiten 4.338.486 5.483.992

Kasstroom uit investeringsactiviteitenInvesteringen in immateriele vaste activa - - Desinvesteringen in immateriele vaste activa - - Investeringen in materiele vaste activa -15.372.177 -10.294.132Desinvesteringen in materiele vaste activa - - Investeringen in deelnemingen - - Mutaties leningen 2.000 7.000Overige investeringen in financiële vaste activa 1.403.573 4.505.260

Totaal kasstroom uit investeringsactiviteiten -13.966.604 -5.781.872

Kasstroom uit financieringsactiviteitenNieuw opgenomen leningen - - Aflossing langlopende schulden -1.969.166 -1.969.166

Totaal kasstroom uit financieringsactiviteiten -1.969.166 -1.969.166

Kasstroom uit overige balansmutaties 240.847 -180.798

Mutatie liquide middelen -11.356.437 -2.447.844

Pagina 9 van 23

94

Toelichting op de onderscheiden posten van de geconsolideerde balans

Activa

Immateriële vaste activa Aanschaf Afschrijvingen Boekwaarde Investeringen Desinves- Desinves- Afschrijvingen Aanschaf Afschrijvingen Boekwaardeprijs t/m 2011 31-12-2011 2012 teringen teringen 2012 prijs t/m 2012 31-12-2012

t/m 2011 2012 AW 2012 AFS t/m 2012

Goodwill 7.322.421 2.102.179 5.220.242 - - - 377.367 7.322.421 2.479.546 4.842.875

Totaal immateriële vaste activa 7.322.421 2.102.179 5.220.242 - - - 377.367 7.322.421 2.479.546 4.842.875

Materiële vaste activa Aanschaf Afschrijvingen Boekwaarde Investeringen Desinves- Desinves- Afschrijvingen Aanschaf Afschrijvingen Boekwaardeprijs t/m 2011 31-12-2011 2012 teringen teringen 2012 prijs t/m 2012 31-12-2012

t/m 2011 2012 AW 2012 AFS t/m 2012

Gebouwen en terreinenGebouwen 171.879.973 74.897.673 96.982.300 11.287.206 - - 4.533.449 183.167.179 79.431.122 103.736.057Terreinen (incl. inrichting) 13.730.789 1.899.129 11.831.660 2.396 - - 186.907 13.733.185 2.086.036 11.647.149Terrein TFT 882.408 - 882.408 - - - - 882.408 - 882.408

186.493.170 76.796.802 109.696.368 11.289.602 - - 4.720.356 197.782.772 81.517.158 116.265.614

Inventaris en apparatuur 29.997.278 17.759.365 12.237.913 4.082.575 - - 4.099.044 34.079.853 21.858.409 12.221.444

29.997.278 17.759.365 12.237.913 4.082.575 - - 4.099.044 34.079.853 21.858.409 12.221.444

Totaal materiële vaste activa 216.490.448 94.556.167 121.934.281 15.372.177 - - 8.819.400 231.862.625 103.375.567 128.487.058

De afschrijvingen worden vanaf het jaar van ingebruikname van het actief berekend over de aanschafwaarde en zijn gebaseerd op de volgende percentages:

Goodwill 5% - 10%Terreinen 0%Inrichting van terreinen 3,3%Gebouwen 3,3%Apparatuur en inventaris 10% - 25 %

95

Financiële vaste activaFinanciële vaste activa

Overige leningen u/g Plaats Boekwaarde Verstrekkingen Aflossingen Boekwaarde31-12-2011 2012 2012 31-12-2012

ESN Tilburg 12.000 2.000 10.000

Totaal overige leningen u/g 12.000 - 2.000 10.000

De renteloze lening aan ESN heeft een looptijd van 3 jaar. De resterende looptijd is 2 jaar.

Effecten Boekwaarde Investeringen Desinvestering Boekwaarde31-12-2011 in 2012 in 2012 31-12-2012

Obligaties 14.350.266 2.056.485 3.460.058 12.946.693

Totaal effecten 14.350.266 2.056.485 3.460.058 12.946.693

De actuele waarde van de effecten per 31-12-2012 is € 12.946.693.

Totaal financiële vaste activa 14.362.266 12.956.693

Vlottende activa

31-12-2012 31-12-2011Voorraden

Gebruiksgoederen 141.752 120.801

Totaal voorraden 141.752 120.801

Vorderingen

Debiteuren 10.736.685 13.027.440

Overige vorderingen:Kaskortingen OCW - - Overige 201.247 537.611Totaal overige vorderingen 201.247 537.611

Overlopende activa:Vooruitbetaalde kosten 2.359.280 3.706.049Nog te factureren kosten contractonderzoek 4.350.825 3.416.205Verstrekte voorschotten 81.902 198.062Overige 1.885.365 2.387.753Totaal overlopende activa 8.677.372 9.708.069

Totaal vorderingen 19.615.304 23.273.120

De vorderingen hebben een resterende looptijd korter dan een jaar.

Liquide middelen 31-12-2012 31-12-2011

Banken 13.734.345 15.262.303Kasmiddelen 29.960 14.106Deposito's 78.552.107 88.396.442

Totaal liquide middelen 92.316.412 103.672.851

Deposito's zijn voor € 53.000.036 niet direct opeisbaar. Geen van de deposito's heeft een looptijd langer dan 12 maanden.

Totaal vlottende activa 112.073.468 127.066.772

Pagina 11 van 23

96

Passiva

GroepsvermogenPassiva

Groepsvermogen

Eigen vermogen Saldo Bestemming Overige Saldo31-12-2011 resultaat 2012 Mutaties 31-12-2012

Algemene reserve publiek 76.693.166 10.277.973 -381.275 86.589.863

Algemene reserve privaat 11.243.360 -2.550.458 - 8.692.901

Bestemmingsreserve publiek:Reserve huisvestingsbeleid 14.493.931 - - 14.493.931Bestemde reserves 30.416.072 -8.795.108 381.275 22.002.238

Bestemmingsreserve privaat:Eigen vermogen geconsolideerdeverbonden partijen 787.262 -534.119 - 253.143

Herwaarderingsreserve effecten 215.376 - 240.847 456.223

Totaal eigen vermogen 133.849.168 -1.601.712 240.847 132.488.301

Aandeel derden Saldo Bestemming Overige Saldo31-12-2011 resultaat 2012 Mutaties 31-12-2012

Aandeel derden 703.344 -108.816 - 594.528

Totaal aandeel derden 703.344 -108.816 - 594.528

Voorzieningen Saldo Dotaties Onttrekkingen Vrijval Saldo31-12-2011 2012 2012 2012 31-12-2012

Wachtgelden 1.085.918 1.228.317 887.148 - 1.427.087Spaarverlof 3.118.497 47.163 632.795 - 2.532.865WIA/WGA eigen risico 841.049 16.136 154.475 - 702.710Jubilea 903.606 127.273 119.385 - 911.494Voorziening belastingen 55.683 - 24.044 - 31.639Overige voorzieningen 292.000 1.752.468 106.265 - 1.938.203

Totaal voorzieningen 6.296.753 3.171.357 1.924.112 - 7.543.998

Bestedingen van het saldo per 31-12-2012 < 1 jaar 1>5 jaar > 5 jaar Totaal

Wachtgelden 615.005 707.655 104.427 1.427.087Spaarverlof 253.287 1.013.146 1.266.433 2.532.865WIA/WGA eigen risico 107.696 415.744 179.270 702.710Jubilea 97.409 359.841 454.244 911.494Voorziening belastingen 31.639 - - 31.639Overige voorzieningen 1.741.803 196.400 - 1.938.203

Totaal voorzieningen 2.846.839 2.692.786 2.004.374 7.543.998

Langlopende schulden Saldo Verstrekking Aflossingen Saldo lenings- Aflossings- BalansPlaats 31-12-2011 2012 2012 overeenkomst verplichting 31-12-2012

31-12-2012 2013

BNG 32 jaar (renteperc. 4,4%) Den Haag 22.215.873 - 945.356 21.270.517 945.356 20.325.161BNG 30 jaar (renteperc. 4,0%) Den Haag 6.062.500 - 250.000 5.812.500 250.000 5.562.500BNG 25 jaar (renteperc. 4,0%) Den Haag 14.400.000 - 600.000 13.800.000 600.000 13.200.000BNG 17 jaar (renteperc. 3,5%) Den Haag 1.477.381 - 173.811 1.303.571 173.810 1.129.761

Totaal langlopende schulden 44.155.754 - 1.969.167 42.186.588 1.969.166 40.217.422

Van deze langlopende schulden heeft € 34.309.924 een looptijd langer dan 5 jaar.

97

Kortlopende schulden

Kortlopende schulden31-12-2012 31-12-2011

Vooruitontvangen termijnen OHW 13.910.943 15.343.472

Crediteuren 7.951.545 9.556.361Loonheffing 5.000.635 4.785.556Omzetbelasting 528.346 386.840Premies sociale verzekeringen 1.038.423 910.792Schulden terzake pensioenen 1.819.373 1.668.803

Overige kortlopende schuldenAflossingsverplichting langlopende schulden 1.969.166 1.969.166Penvoerderfondsen 1.364.818 1.083.404Rijksbijdrage Theologieopleidingen UvT1 - 352.752Flankerend Sociaal Beleid Theologieopleidingen UvT2 - 551.095Winstaanspraken derden 359.358 238.918Overige 418.587 426.352Totaal overige kortlopende schulden 4.111.929 4.621.687

Overlopende passivaVooruitontvangen collegegelden 10.309.071 10.063.560Vooruitontvangen collegegeld contractonderwijs 13.639.198 15.245.488Vakantiegeld 3.823.295 3.930.816Vakantiedagen 3.063.861 3.183.343Overige 12.319.226 15.850.990Totaal overlopende passiva 43.154.651 48.274.197

Totaal kortlopende schulden 77.515.845 85.547.708

1 De kortlopende schuld Rijksbijdrage Theologieopleidingen UvT (€ 352.752) is opgenomen als bestemde reserve.2 De kortlopende schuld Flankerend Sociaal Beleid theologieopleidingen UvT (€ 551.095) is afkomstig van de geïncorporeerde Stichting TFT en is opgenomen als bestemde reserve.

Pagina 13 van 23

Niet uit de balans blijkende verplichtingen

Leaseverplichtingen

De Universiteit van Tilburg heeft een operationeel autoleasecontract gesloten met een maximale looptijd

van 5 jaar. De jaarkosten bedragen € 85.591, waarvan € 19.069 bij TiasNimbas Business School B.V.

Investeringsverplichting

De Universiteit van Tilburg is geen investeringsverplichting aangegaan in 2013.

Ondershoudscontracten

De Universiteit van Tilburg heeft een niet uit de balans blijkende verplichting voor onderhouds- contracten

met een verplichting van € 2.858.814 in 2013, een verplichting van € 672.773 tussen 2014 en 2017 en een

verplichting van € 83.030 vanaf 2018.

ICT

Met betrekking tot de ICT is een onderhoudscontract afgesloten met een jaarlijkse verplichting van

€ 251.000 voor een looptijd van 3 jaar.

98

Toelichting op de onderscheiden posten van de geconsolideerde exploitatierekeningToelichting op de onderscheiden posten van de geconsolideerde exploitatierekening

Baten 2012 2011

Rijksbijdragen OCW

Normatieve Rijksbijdrage UvT (WO) 109.177.430 105.849.283Overige overheidsbijdragen en -subsidies 326.435 451.587

Totaal rijksbijdragen 109.503.865 106.300.870 3

Collegegelden

College- en examengelden 23.707.927 23.621.062

Totaal collegegelden 23.707.927 23.621.062 4

Baten werk in opdracht van derden

Contractonderwijs 21.996.865 23.118.223

ContractonderzoekInternationale organisaties 4.049.758 5.017.864Nationale overheden 2.885.142 4.060.005NWO 10.938.188 12.283.527KNAW 1.623 26.280Overige non-profit organisaties 2.903.903 3.037.622Bedrijfsleven 2.263.641 2.169.067Totaal contractonderzoek 23.042.255 26.594.364

Overige baten in opdracht van derden 1.726.041 1.631.510

Totaal baten werk in opdracht van derden 46.765.161 51.344.097 4

Overige baten

Verhuur onroerende zaken 458.326 394.417Detachering personeel 1.029.104 1.168.126Subsidies/bijdragen studentactiviteiten 3.355.523 2.281.952Overige subsidies 4.905.336 5.544.335Dienstverlening/personele ondersteuning 1.402.282 1.417.805Verkoop sportkaarten 745.945 662.920Overige baten 6.657.379 6.338.847

Totaal overige baten 18.553.895 17.808.402

Pagina 15 van 23

99

Lasten 2012 2011

Personele lasten

Brutolonen en salarissen 99.368.986 102.446.926Sociale lasten 10.283.810 9.958.680Pensioenpremies 14.980.970 14.194.867

Overige personele lastenUitzendkrachten 17.445.750 17.849.786Dotatie personele voorzieningen 1.097.151 1.579.286Overige 4.261.590 4.036.520Totaal overige personele lasten 22.804.491 23.465.592

Uitkeringen (-/-) -816.110 -777.182

Totaal personele lasten 146.622.147 149.288.883 3

Afschrijvingen

Immateriële vaste activa 377.367 377.368Materiële vaste activa 8.819.400 8.428.186

Totaal afschrijvingen 9.196.767 8.805.554

Huisvestingslasten

Huur 717.536 718.448Verzekeringen 283.903 201.018Onderhoud 3.042.154 1.195.949Energie en water 2.016.621 1.999.164Schoonmaakkosten 1.739.822 1.727.386Heffingen 574.031 544.382Overige 3.046.833 3.092.180

Totaal huisvestingslasten 11.420.900 9.478.527

Overige lasten

Administratie- en beheerlasten 286.535 367.990Accountantskosten 256.803 275.267Inventaris en apparatuur 1.058.059 1.054.757Boeken/literatuur 2.114.477 2.123.967Subsidies/inkomensoverdrachten 4.797.951 5.636.090Licenties 2.109.097 2.054.272Reis- en verblijfkosten 3.357.399 3.305.901Beurzen 2.484.362 2.924.312Overige 17.283.270 17.402.578

Totaal overige lasten 33.747.953 35.145.134 3

Accountantskosten 2012 2011Honorarium onderzoek jaarrekening 191.275 156.134Honorarium andere controle werkzaamheden 33.006 78.657Honorarium fiscale advisering 15.841 13.286Honorarium andere niet-controlediensten 16.682 27.190Totaal 256.803 275.267

Financiële baten en lasten 2012 2011

Rentebaten 2.148.317 2.327.323Waardeveranderingen financiële activa 187.601 154.157Overige opbrengsten financiele activa 420.947 580.000Rentelasten -1.804.325 -1.881.683

Saldo Financiële baten en lasten 952.540 1.179.797

Pagina 16 van 23

100

Overzicht verbonden partijen

Meerderheidsdeelneming Juridische Statutaire Code Vermogen Exploitatie Omzet in Verklaring Deel- Con-(BV of NV) vorm zetel activiteiten 31-12-2012 saldo in 2012 2012 art. 2:403 name soli-

BW datie

TiasNimbas Business School BV Tilburg 1 2.972.637 -544.082 22.385.820 N 80% JaUvT Holding BV Tilburg 4 434.248 11.867 3.016.390 N 100% JaTotaal meerderheidsdeelneming 3.406.885 -532.215 25.402.210

Beslissende zeggenschap Juridische Statutaire Code Vermogen Exploitatie Omzet in Verklaring(stichting of vereniging) vorm zetel activiteiten 31-12-2012 saldo in 2012 2012 art. 2:403

BW

IVA stichting Tilburg 2 - -1.325.440 2.440.505 NIVO stichting Tilburg 4 -2.297.899 -1.503.782 267.167 NUniversiteitsfonds Tilburg stichting Tilburg 4 253.143 -2.796 301.451 NTotaal beslissende zeggenschap -2.044.756 -2.832.018 3.009.123

Toelichting code activiteiten: 1. contractonderwijs, 2. contractonderzoek, 3. onroerende zaken, 4. overige.Gemiddeld aantal medewerkers: TiasNimbas 108 (2011:117), UvT Holding 1 (2011:1), IVA 33 (2011:42), IVO 4 (2011:6).

Overige verbonden partijen Juridische Statutaire Code(minderheidsdeelneming en geen beslissende zeggenschap) vorm zetel activiteiten

Stichting Steun Sportcentrum KUB stichting Tilburg 4Stichting Bijzondere Leerstoelen stichting Amsterdam 4

Overzicht bezoldigingen CvB / RvT

Is er een bezoldiging van bestuurders? JaIs er een bezoldiging van toezichthouders? Ja

Duur arbeidsovereenkomst/ Ingangs- Taakomvang In dienst of Periodieke Bonus Pensioen Uitkeringenwerkzaamheden datum interim beloningen betalingen bijdragen einde dienstVanaf Tot Fte D of I 2012 2012 2012 2012

BestuurdersMr. H.M.C.M. van Oorschot 01-01 01-09 01-05-04 1,0 D 131.142 - 18.631 - Dr. K.M. Becking 01-10 31-12 01-10-12 1,0 D 45.569 - 7.209 - Prof. Dr. Ph. Eijlander 01-01 31-12 20-11-08 1,0 D 187.515 - 27.694 -

Totaal bestuurders 3,0 364.226 - 53.534 -

ToezichthoudersProf. dr. R.F.M. Lubbers 01-01 31-12 I 11.000 - - - Dhr. W.I. van Beek 01-01 31-12 I 5.500 - - - Mevr. drs. R.I. Doerga RA 01-01 31-12 I 5.500 - - - Mevr. dr. A. Esmeijer 01-01 31-12 I 5.500 - - - Mevr. mr. N.A. Kalsbeek 01-07 31-12 I 2.750 - - - Ir. B.W.M. Koeckhoven 01-01 31-12 I 5.500 - - - Drs. M.A.M. Leers 01-01 31-12 I 8.250 - - -

Totaal toezichthouders 44.000 - - -

3 Betreft reclass van inkomensoverdrachten naar personele/overige lasten.4 Betreft verschuiving gedeelte instellingscollegelden.

Pagina 17 van 23

101

Enkelvoudige Jaarrekening 2012

Enkelvoudige balans per 31-12-2012 (na resultaatbestemming, alle bedragen in €)

Enkelvoudige Jaarrekening 2012

Enkelvoudige balans per 31-12-2012 (na resultaatbestemming, alle bedragen in €)

Activa31-12-2012 31-12-2011

Vaste activa

Materiële vaste activa

Gebouwen 103.736.057 91.231.326Terreinen 12.529.557 12.714.068Gebouwen in uitvoering en vooruitbetalingen - 5.750.974

116.265.614 109.696.368Inventaris en apparatuur 11.826.956 11.738.548

128.092.570 121.434.916

Financiële vaste activaDeelnemingen 2.812.355 3.235.754Overige leningen u/g 10.000 12.000Effecten 12.946.693 13.930.516

15.769.048 17.178.270

Totaal vaste activa 143.861.618 138.613.186

Vlottende activa

VoorradenGebruiksgoederen 141.752 120.801

VorderingenDebiteuren 5.550.406 6.261.771Verbonden partijen 414.005 370.008Kasstortingen OCW - - Overige vorderingen 2.292 23.690Nog te factureren kosten contractonderzoek 3.731.770 2.605.278Overlopende activa 3.579.030 5.101.098

13.277.503 14.361.845

Af: voorzieningen wegens oninbaarheid -2.127.099 -575.000

Liquide middelen 79.565.138 88.749.092

Totaal vlottende activa 90.857.294 102.656.738

Totaal activa 234.718.912 241.269.924

Pagina 18 van 23

102

Passiva31-12-2012 31-12-2011

Eigen vermogenAlgemene reserve publiek 84.462.763 76.118.164Algemene reserve privaat 8.178.445 8.007.605Bestemmingsreserves publiek 36.496.170 44.910.003Bestemmingsreserves privaat 2.812.355 3.235.754Herwaarderingsreserve 456.223 215.376

132.405.956 132.486.902

VoorzieningenWachtgeld 1.427.087 1.085.918Overige 4.602.004 5.113.295

6.029.091 6.199.213

Langlopende schuldenOverige langlopende schulden 40.217.422 42.186.588

Kortlopende schuldenVooruitontvangen termijnen contractonderzoek 13.152.619 13.377.058Crediteuren 6.924.839 8.168.009Loonheffing 4.245.591 4.254.952Omzetbelasting 467.655 229.023Premies sociale verzekeringen 1.038.423 910.792Schulden terzake pensioenen 1.775.650 1.635.051Aflosverplichting langlopende schulden 1.969.166 1.969.166Overige kortlopende schulden 1.799.094 2.372.055Overlopende passiva 24.693.406 27.481.115

56.066.443 60.397.221

Totaal passiva 234.718.912 241.269.924

Pagina 19 van 23

103

Enkelvoudige exploitatierekening 2012Enkelvoudige exploitatierekening 2012

2012 Begroting 2012 2011

BatenRijksbijdragen OCW 109.503.865 107.275.000 106.300.870 3

Collegegelden 23.707.927 24.400.000 23.621.062 4

Baten werk in opdracht van derden 24.403.795 27.761.000 25.959.066 4

Overige baten 19.086.966 15.957.000 18.596.605

Totaal baten 176.702.553 175.393.000 174.477.603

LastenPersonele lasten 131.807.564 132.614.000 133.257.507 3

Afschrijvingen 8.615.369 8.177.838Huisvestingslasten 10.800.150 8.758.015Overige instellingslasten 25.947.018 46.581.000 27.333.470 3

Totaal lasten 177.170.101 179.195.000 177.526.830

Saldo baten en lasten -467.548 -3.802.000 -3.049.227

Financiële baten en lasten 569.154 279.000 901.505

Resultaat 101.606 -3.523.000 -2.147.722

Resultaat deelnemingen -423.399 -405.824

Exploitatieresultaat -321.793 -3.523.000 -2.553.546

3 Betreft reclass van inkomensoverdrachten naar personele/overige lasten.4 Betreft verschuiving gedeelte instellingscollegelden.

Pagina 20 van 23

104

Toelichting op de enkelvoudige jaarrekeningToelichting op de enkelvoudige jaarrekening

Financiële vaste activa

Deelnemingen Plaats Boekwaarde Investeringen Desinves- Resultaat Boekwaarde01-01-2012 2012 tering 2012 2012 31-12-2012

UvT Holding B.V. Tilburg 422.381 - - 11.867 434.248TiasNimbas Business School B.V. Tilburg 2.813.374 - - -435.266 2.378.108

Totaal deelnemingen 3.235.755 - - -423.399 2.812.356

UvT Holding B.V. is een door de Tilburg University opgerichte en door haar gefinancierde vennootschap, met een maatschappelijk kapitaal van € 226.890 waarvan € 113.445 geplaatst en € 90.756 gestort is. UvT Holding B.V. neemt voor 100% deel in KUB Career Services B.V.

TiasNimbas Business School B.V. is een door de Tilburg University opgerichte en door haar gefinancierde vennootschap met een maatschappelijk kapitaal van € 12.500.000, waarvan geplaatst en gestort € 2.500.000. TiasNimbas Business School B.V. neemt voor 100% deel in TiasNimbas Business School Eindhoven B.V., TiasNimbas Business School Utrecht B.V. en TiasNimbas Business School Germany GmbH en deze deelnemingenzijn betrokken in de consolidatie. De 100% deelneming in VRZ Tilburg B.V. is niet meegenomen in de consolidatie. Op 31 maart 2011 zijn TiasNimbas Business School Eindhoven B.V. en VRZ Tilburg B.V. geliquideerd.

Tilburg University heeft een 80% deelneming in TiasNimbas Business School B.V.

Eigen vermogen Saldo Bestemming Overige Saldo31-12-2011 resultaat 2012 Mutaties 31-12-2012

Algemene reserve publiek:Algemene reserve centraal 12.934.357 8.891.779 - 21.826.136Algemene reserve gebouwen 24.900.596 - - 24.900.596Algemene reserves decentraal 38.283.211 -165.905 -381.275 37.736.031

Algemene reserve privaat:Algemene reserves decentraal 8.007.605 170.840 - 8.178.445

Bestemmingsreserve publiek:Bestemde reserves 33.940.827 -8.795.108 381.275 25.526.994Bestemde reserve huisvestingsbeleid 10.969.176 - - 10.969.176

Bestemmingsreserve privaat:Reserve deelnemingen 3.235.754 -423.399 - 2.812.355

Herwaarderingsreserve effecten 215.376 - 240.847 456.223

Totaal eigen vermogen 132.486.902 -321.793 240.847 132.405.956

Aansluiting tussen de enkelvoudige jaarrekening en de geconsolideerde jaarrekening

Vermogen 31-12-2012 31-12-2011

Eigen vermogen Tilburg University 134.533.055 133.061.904Eigen vermogen I.V.A. 0 1.325.440Eigen vermogen I.V.O. -2.297.899 -794.117Eigen vermogen Universiteitsfonds Tilburg 253.143 255.941

Geconsolideerd eigen vermogen 132.488.300 133.849.168

Exploitatiesaldo 2012 2011

Exploitatiesaldo Tilburg University 1.230.306 -1.978.546Exploitatiesaldo I.V.A. -1.325.440 -278.527Exploitatiesaldo I.V.O. -1.503.782 -311.468Exploitatiesaldo Universiteitsfonds Tilburg -2.796 211.072

Geconsolideerd exploitatiesaldo -1.601.712 -2.357.469

Resultaatbestemming 2012

105

Het exploitatieresultaat 2012 bedraagt -/- € 1.601.712 en zal als volgt worden bestemd:

Aan de algemene reserves op centraal en decentraal niveau wordt € 7.727.515 toegevoegd.

Aan diverse bestemde reserves wordt -/- € 8.795.108 onttrokken.

Van het resultaat van de verbonden partijen ad. -/- € 2.832.018 wordt € 534.119 onttrokken aan

het eigen vermogen van deze partijen; het restant loopt via de algemene reserve.

Deze resultaatbestemming is in de jaarrekening verwerkt.

Geoormerkte Doelsubsidies OCW

Resultaatbestemming 2012

Het exploitatieresultaat 2012 bedraagt -/- € 1.601.712 en zal als volgt worden bestemd:

Aan de algemene reserves op centraal en decentraal niveau wordt € 7.727.515 toegevoegd.Aan diverse bestemde reserves wordt -/- € 8.795.108 onttrokken.Van het resultaat van de verbonden partijen ad. -/- € 2.832.018 wordt € 534.119 onttrokken aan het eigen vermogen van deze partijen; het restant loopt via de algemene reserve.

Deze resultaatbestemming is in de jaarrekening verwerkt.

Geoormerkte Doelsubsidies OCW

Doorlopend tot in een volgend verslagjaar

Subsidie Kenmerk Jaar Bedrag van Saldo Ontvangen Lasten Totale kosten Saldo nog tetoewijzing t/m 2011 t/m verslagjaar in 2012 31-12-2012 besteden ultimo

verslagjaarSubsidieregelingSirius Programma 705AO-2184 2009 949.050 17.873 593.400 393.090 780.418 -187.018

Subsidieregeling Progr. Akademie-ass. OND/ODB-2010/41411 U 2010 279.000 279.000 112.145 183.559 95.441

1.228.050 17.873 872.400 505.236 963.977 -91.577

Pagina 22 van 23

106

Wet Openbaarmaking uit Publieke middelen

Instellingen zijn niet langer verplicht een WOPT-toelichting op te nemen in de jaarrekening. In het kader

van van de maatschappelijke transparantie heeft Tilburg University besloten dit overzicht wel te publiceren.

Het betreft de functionarissen met een gemiddeld belastbaar jaarloon boven het normsalaris (gemiddeld

belastbare jaarloon van de ministers) van € 194.000.

Wet Openbaarmaking uit Publieke middelen

Instellingen zijn niet langer verplicht een WOPT-toelichting op te nemen in de jaarrekening. In het kader van van de maatschappelijketransparantie heeft TiU besloten dit overzicht wel te publiceren. Het betreft de functionarrisen met een gemiddeld belastbaan jaarloonboven het normsalaris (gemiddeld belastbare jaarloon van de ministers) van € 194.000.

Nr. Functie Belastbaar loon 2012

Pensioen-afdrachten en overige

voorzie-ningen

betaalbaar op termijn 2012

Ontslag- vergoeding

Totaal 2012 Duur dienst-

verband in

maanden 2012

Contract-uele uren per week

Belastbaar loon 2011

Pensioen-afdrachten en overige

voorzieningen betaalbaar op termijn 2011

Totaal 2011 Duur dienst-

verband in

maanden 2011

Contract-uele uren per week

1. Voorzitter CvB 112.954 28.651 141.605 8 38,0 162.075 40.258 202.333 12 38,0

2. Lid CvB (rector) 163.277 42.559 205.836 12 38,0 163.042 39.479 202.521 12 38,0

3. Hoogleraar/ decaan 132.006 58.619 190.625 12 26,6 158.749 74.694 233.443 12 34,2

4. Hoogleraar 150.785 50.645 201.430 12 38,0 149.430 51.098 200.528 12 38,0

5. Hoogleraar 184.101 102.398 286.499 12 38,0 184.837 97.600 282.437 12 38,0

6. Hoogleraar 173.104 49.524 222.628 12 38,0 172.660 46.150 218.810 12 38,0

7. Hoogleraar 136.749 48.653 185.402 12 34,2 145.508 56.139 201.647 12 34,2

8. Hoogleraar 156.777 44.840 201.617 12 38,0 156.760 41.592 198.352 12 38,0

9. Hoogleraar 140.542 69.539 210.081 12 38,0 142.645 65.925 208.570 12 38,0

10. Hoogleraar 153.735 43.278 197.013 12 38,0 151.742 41.441 193.183 12 38,0

11. Hoogleraar 32.198 9.055 41.253 12 7,6 37.116 5.714 42.830 12 7,6

12. Hoogleraar 156.058 45.012 201.070 12 38,0 159.140 39.477 198.617 12 38,0

13. Hoogleraar 188.486 58.819 247.305 12 38,0 147.774 49.638 197.412 12 38,0

14. UHD 26.937 5.671 153.984 186.592 12 12,4 71.840 16.887 88.727 12 38,0

Toelichting:Ad 1 en 2: Dit betreft de leden van het College van Bestuur met een salaris van resp. 137,5% en 135% van het maximum

van salarisschaal 18 volgens de CAO Nederlandse Universiteiten.Ad 3: Dit betreft een decaan met een bijzondere bestuurstoelage.Ad 4 t/m 13: Dit betreft hoogleraren die een persoonlijke toelage ontvangen vanwege hun bijzondere verantwoordelijkheid voor het wetenschappelijk ondezoek.Ad 14: Dit betreft een universitair hoofddocent met wie een beëindigingsovereenkomst is gesloten per 1-4-2012, waarbij

de (langdurige) ontslaguitkeringen zijn afgekocht.

Pagina 23 van 23

107

4.5 Letter of representation

108

109

110

111

4.6 Accountantsverklaring4.6 Accountantsverklaring

PricewaterhouseCoopers Accountants N.V., Flight Forum 840, 5657 DV Eindhoven, Postbus 6365,5600 HJ EindhovenT: 088 792 00 40, F: 088 792 94 13, www.pwc.nl

‘PwC’ is het merk waaronder PricewaterhouseCoopers Accountants N.V. (KvK 34180285), PricewaterhouseCoopers Belastingadviseurs N.V. (KvK 34180284),PricewaterhouseCoopers Advisory N.V. (KvK 34180287), PricewaterhouseCoopers Compliance Services B.V. (KvK 51414406), PricewaterhouseCoopers Pensions,Actuarial & Insurance Services B.V. (KvK 54226368), PricewaterhouseCoopers B.V. (KvK 34180289) en andere vennootschappen handelen en diensten verlenen. Opdeze diensten zijn algemene voorwaarden van toepassing, waarin onder meer aansprakelijkheidsvoorwaarden zijn opgenomen. Op leveringen aan dezevennootschappen zijn algemene inkoopvoorwaarden van toepassing. Op www.pwc.nl treft u meer informatie over deze vennootschappen, waaronder deze algemene(inkoop)voorwaarden die ook zijn gedeponeerd bij de Kamer van Koophandel te Amsterdam.

Controleverklaring van de onafhankelijke accountant

Aan het College van Bestuur van Stichting Katholieke Universiteit Brabant

Verklaring betreffende de jaarrekeningWij hebben de in dit rapport opgenomen jaarrekening 2012 van Stichting Katholieke UniversiteitBrabant te Tilburg gecontroleerd. Deze jaarrekening bestaat uit de geconsolideerde en enkelvoudigebalans per 31 december 2012, de geconsolideerde en enkelvoudige staat van baten en lasten over 2012en de toelichting, waarin zijn opgenomen een overzicht van de gehanteerde grondslagen voorfinanciële verslaggeving en andere toelichtingen.

Verantwoordelijkheid van het bestuurHet bestuur van de stichting is verantwoordelijk voor het opmaken van de jaarrekening die hetvermogen en het resultaat getrouw dient weer te geven, alsmede voor het opstellen van het jaarverslag,beide in overeenstemming met de Regeling jaarverslaggeving onderwijs. Het bestuur is tevensverantwoordelijk voor de financiële rechtmatigheid van de in de jaarrekening verantwoorde baten,lasten en balansmutaties. Dit houdt in dat deze bedragen in overeenstemming dienen te zijn met de inde relevante wet- en regelgeving opgenomen bepalingen. Het bestuur is voorts verantwoordelijk vooreen zodanige interne beheersing als het bestuur noodzakelijk acht om het opmaken van dejaarrekening en de naleving van die relevante wet- en regelgeving mogelijk te maken zonderafwijkingen van materieel belang als gevolg van fraude of fouten.

Verantwoordelijkheid van de accountantOnze verantwoordelijkheid is het geven van een oordeel over de jaarrekening op basis van onzecontrole, als bedoeld in artikel 2.9, lid 3 van de Wet op het hoger onderwijs en wetenschappelijkonderzoek. Wij hebben onze controle verricht in overeenstemming met Nederlands recht, waaronderde Nederlandse controlestandaarden en het onderwijscontroleprotocol OCW/EZ 2012. Dit vereist datwij voldoen aan de voor ons geldende ethische voorschriften en dat wij onze controle zodanig plannenen uitvoeren dat een redelijke mate van zekerheid wordt verkregen dat de jaarrekening geenafwijkingen van materieel belang bevat.

Een controle omvat het uitvoeren van werkzaamheden ter verkrijging van controle-informatie over debedragen en de toelichtingen in de jaarrekening. De geselecteerde werkzaamheden zijn afhankelijk vande door de accountant toegepaste oordeelsvorming, met inbegrip van het inschatten van de risico’s datde jaarrekening een afwijking van materieel belang bevat als gevolg van fraude of fouten.

Bij het maken van deze risico-inschattingen neemt de accountant de interne beheersing in aanmerkingdie relevant is voor het opmaken van de jaarrekening en voor het getrouwe beeld daarvan alsmede inhet kader van de financiële rechtmatigheid voor de naleving van die relevante wet- en regelgeving,gericht op het opzetten van controlewerkzaamheden die passend zijn in de omstandigheden. Dezerisico-inschattingen hebben echter niet tot doel een oordeel tot uitdrukking te brengen over deeffectiviteit van de interne beheersing van de stichting.

112

Pagina 2 van 2

Een controle omvat tevens het evalueren van de geschiktheid van de gebruikte grondslagen voorfinanciële verslaggeving en de gebruikte financiële rechtmatigheidcriteria en van de redelijkheid vande door het bestuur van de stichting gemaakte schattingen, alsmede een evaluatie van het algehelebeeld van de jaarrekening.

Wij zijn van mening dat de door ons verkregen controle-informatie voldoende en geschikt is om eenonderbouwing voor ons oordeel te bieden.

Oordeel betreffende de jaarrekeningNaar ons oordeel geeft de jaarrekening een getrouw beeld van de grootte en de samenstelling van hetvermogen van Stichting Katholieke Universiteit Brabant per 31 december 2012 en van het resultaatover 2012 in overeenstemming met de Regeling jaarverslaggeving onderwijs.

Voorts zijn wij van oordeel dat de in deze jaarrekening verantwoorde baten, lasten en balansmutatiesover 2012 voldoen, in alle van materieel belang zijnde aspecten, aan de eisen van financiëlerechtmatigheid. Dit houdt in dat de bedragen in overeenstemming zijn met de in de relevante wet- enregelgeving opgenomen bepalingen, zoals vermeld in paragraaf 2.3.1. Referentiekader van hetonderwijscontroleprotocol OCW/EZ 2012.

Verklaring betreffende overige bij of krachtens de wet gestelde eisenIngevolge artikel 2:393, lid 5 onder e en f van het BW vermelden wij dat ons geen tekortkomingen zijngebleken naar aanleiding van het onderzoek of het jaarverslag, voor zover wij dat kunnen beoordelen,overeenkomstig Titel 9 Boek 2 van het BW is opgesteld, en of de in artikel 2:392, lid 1 onder b tot enmet h van het BW vereiste gegevens zijn toegevoegd. Tevens vermelden wij dat het jaarverslag, voorzover wij dat kunnen beoordelen, verenigbaar is met de jaarrekening zoals vereist in artikel 2:391, lid 4van het BW. Tenslotte vermelden wij dat het jaarverslag voldoet aan de in de relevante wet- enregelgeving opgenomen bepalingen, zoals vermeld in paragraaf 2.2.4 Jaarverslag van hetonderwijscontroleprotocol OCW/EZ 2012.

Eindhoven, 6 juni 2013PricewaterhouseCoopers Accountants N.V.

Origineel getekend door: drs. Th.A.J.C. Snepvangers RA

113

Tilburg University is een bijzondere instelling en gaat uit van een privaatrechtelijke rechtspersoon, de Stich-

ting Katholieke Universiteit Brabant. Tilburg University heeft een godsdienstige (katholieke) signatuur. Het

doel en de regels van de stichting worden geregeld bij de statuten. De stichting wordt bestuurd door een

Stichtingsbestuur. De leden daarvan worden door de Nederlandse Bisschoppenconferentie benoemd. De

van de stichting uitgaande universiteit heeft een eigen bestuur: het College van Bestuur. De bestuurs- en

beheersbevoegdheden zijn statutair toegekend aan het College van Bestuur. De Collegevoorzitter heeft een

algemene volmacht om voor de universiteit op te treden in en buiten rechte. Het College van Bestuur is

verantwoording verschuldigd aan het Stichtingsbestuur. Het bestuur, de inrichting van de universiteit en de

medezeggenschap wordt, conform de verplichting daartoe in artikel 9.51 van de Wet op het Hoger onder-

wijs en Wetenschappelijk onderzoek, geregeld in de Structuurregeling. Het Bestuurs- en beheersreglement

bevat de toedeling van bestuurs- en beheersbevoegdheden naar organen binnen de universiteit. De man-

datering van bevoegdheden is verder geregeld in de Mandaatregeling.

Board of Governors

UniversityCouncil

Doctorate Board Executive BoardUniversity Labor &

RepresentationBoard

Secretary General/Managing Director

Tilburg School of Economics andManagement

TiasNimbasBusiness School

Netspar

Tilburg Law School

Tilburg School of Social and

Behavioral Sciences

Tilburg School ofHumanities

Tilburg School ofCatholic Theology

Corporate Sta­

General Services

Library & ITServices

Student Services

Facility Services

Univers

Bijlage 1 Organisatie en organogram

114

Tilburg University is een zogenoemde ‘bijzondere universiteit’. Anders dan de openbare universiteiten res-

sorteert Tilburg University onder een privaatrechtelijke stichting. Het Stichtingsbestuur bewaakt de doel-

stellingen van de stichting, waaronder de open katholieke identiteit. Ook benoemt het Stichtingsbestuur de

leden van het College van Bestuur. Het Stichtingsbestuur oefent tevens de taken en bevoegdheden uit die

de wet toekent aan de Raden van Toezicht bij openbare universiteiten.

Op 31 december 2012 was het Stichtingsbestuur als volgt samengesteld:

- Prof.dr. R.F.M. Lubbers, voorzitter

- De heer W.I.I. van Beek

- Mevr. Drs. R.I. Doerga RA

- Mevr. Dr. A. Esmeijer

- Mevr. Mr. N.A. Kalsbeek

- Ir. B.W.M. Koeckhoven

- Drs. M.A.M. Leers, vice-voorzitter

De commissie Remuneratie / Benoemingen van het Stichtingsbestuur bestond op 31 december 2012 uit:

- Prof.dr. R.F.M. Lubbers, voorzitter

- Drs. M.A.M. Leers, plaatsvervangend voorzitter

Het Stichtingsbestuur wordt ondersteund door het hoofd Strategy & Policy / adjunct-secretaris van de uni-

versiteit, mevrouw drs. D.M.W. de Vet.

Nevenfuncties

Een overzicht van de belangrijkste nevenfuncties van de leden van het Stichtingsbestuur:

Prof.dr. R.F.M. Lubbers

• Minister van Staat

• Lid en honorary co-chair Earth Charter Commission

• Voorzitter Curatorium VNO-NCW

• Honorary chair Council Rotterdam Climate Initiative

• Voorzitter Stichting voor Vluchteling-Studenten UAF

• Lid directie Breesaap B.V.

• Voorzitter Stichtingsbestuur Tilburg University

De heer W.I.I. van Beek (Lid Tweede Kamer)

• Voorzitter Raad van Toezicht Catharina Ziekenhuis Eindhoven

• Voorzitter Raad van Toezicht van Stichting De Stilte (dansgezelschap voor de Jeugd)

Bijlage 2 Samenstelling en nevenfuncties Stichtingsbestuur

115

• Lid van de Raad van Toezicht Nationaal Monument Kamp Vught

• Lid Raad van Commissarissen Brabanthallen ’s-Hertogenbosch

• Lid Stichtingsbestuur Tilburg University

Mevr. Drs. R.I. Doerga RA (Directeur Corporate Internal Audit APG groep)

• Lid Raad van Commissarissen Rabo Amsterdam

• Lid Raad van Commissarissen Havenbedrijf Amsterdam / voorzitter Audit Committee

• Voorzitter Ledengroep Interne en Overheidsaccountants Nederlandse Beroepsorganisatie van

Accountants( NBA)

• Member of the Edenburgh Group (internationale Accountantsorganisatie SMP/SME)

• Lid Stichtingsbestuur Tilburg University

Mevr. Dr. A. Esmeijer (Directeur-bestuurder Prins Bernhard Cultuurfonds)

• Vice-voorzitter Raad van Toezicht van de Amsterdamse Hogeschool voor de Kunsten

• Lid bestuur Stichting Aanwending Loterijgelden Nederland

• Lid bestuur Stichting Collecteplan

• Lid bestuur Goede Doelen Platform

• Lid van het bestuur van het Blockbusterfonds

• Lid Board van de European Cultural Foundation

• Lid Advisory Council van de European Cultural Foundation

• Secretaris bestuur van The Hague Club (Europees netwerk van vermogensfondsen)

• Directeur Koninklijke Hollandsche Maatschappij der Wetenschappen

• Lid Stichtingsbestuur Tilburg University

Mevr. Mr. N.A. Kalsbeek (Voorzitter Raad van Bestuur Altra)

• Voorzitter Raad van Toezicht Nederlands Jeugdinstituut

• Voorzitter Raad van Toezicht COA

• Voorzitter van de Stuurgroep Actieplan Professionalisering Jeugdzorg (ingesteld door de Minister van

Jeugd en Gezin)

• Lid Stichtingsbestuur Tilburg University

Ir. B.W.M. Koeckhoven (Sr. Manager Achmea Agro/Directeur NV Hagelunie)

• Voorzitter Raad van Commissarissen Recreatie Noord-Holland NV

• Voorzitter Raad van Toezicht AOC Helicon

• Lid Raad van Commissarissen LTO-Groeiservice BV

• Lid Adviesraad Social Sciences Group Wageningen UR

• Penningmeester Adrianusfonds en Fonds Antonianum

• Lid Ereraad Katholieke Studenten Vereniging (KSV)

116

• Lid Bestuur Stichting ‘Eigen Huis’

• Lid Stichtingsbestuur Tilburg University

Drs. M.A.M. Leers (Voormalig voorzitter Raad van Bestuur CZ Zorgverzekeringen)

• Lid bestuur Stichting Nederlandse Lourdesbedevaart voor Zieken

• Voorzitter programmacommissie Thema 2 (Positie van de cliënt en patiënt) van het Nationaal

Actieprogramma Diabetes (NAD)

• Lid Raad van Toezicht St. Maartenskliniek Nijmegen

• Lid Raad van Toezicht Thebe Zorg Tilburg

• Lid Raad van Advies Meduon Holding

• Lid Toetsingscommissie RvvZ Zeist

• Voorzitter stichting Perspekt Keurmerk in de Zorg Utrecht

• Voorzitter Kenniscentrum Zorg en Ervaringsdeskundigheid Tilburg

• Lid Raad van Advies Nederlandse Zorgautoriteit

• Vice-voorzitter Stichtingsbestuur Tilburg University

117

Het College van Bestuur vormt het dagelijkse bestuur van de universiteit. Het is belast met alle bestuurlijke

aangelegenheden en met het beheer van de universiteit. Het College van Bestuur is onder meer belast met

het doelmatig beheer van financiën, de zorg voor het personeelsbeheer en het zorg dragen voor de veilig-

heid, de gezondheid en de overige arbeidsomstandigheden. Het College van Bestuur is verantwoording

verschuldigd aan het Stichtingsbestuur.

Per 31 december 2012 bestond het College van Bestuur uit twee personen:

- Dr. K.M. Becking MPA, voorzitter

- Prof.dr. Ph. Eijlander, rector magnificus

Het College van Bestuur wordt ondersteund door de algemeen directeur / secretaris van de universiteit,

mevrouw E.A.C.M. Zwaans MMO.

Nevenfuncties

Een overzicht van de belangrijkste nevenfuncties van de leden van het College van Bestuur:

Dr. K.M. Becking (Voorzitter Tilburg University)

• Lid bestuur Vrienden van Nieuwspoort, tevens lid Stuurgroep Vernieuwing Nieuwspoort (niet uit hoofde

van functie, onbezoldigd)

• Lid adviesraad Internationalisering, Public Affairs en Branding Provincie Noord-Brabant (uit hoofde van

functie)

• Lid Algemeen Bestuur VSNU (uit hoofde van functie)

• Lid Algemene Presidenten Vereniging (uit hoofde van functie)

• Lid VSNU Stuurgroep Internationalisering (uit hoofde van functie)

• Lid bestuur Brainport (uit hoofde van functie)

• Voorzitter bestuur Starterslift (uit hoofde van functie)

• Lid bestuur Stichting prof. Cobbenhagen (alumni) (uit hoofde van functie)

• Lid Raad van Afgevaardigden SURF (uit hoofde van functie)

• Lid Stuurgroep Brabant Centre for Entrepreneurship (uit hoofde van functie)

• Lid Raad van Advies Nexus Instituut (uit hoofde van functie)

Prof.dr. Ph. Eijlander (Rector Magnificus Tilburg University)

• Voorzitter SER-Commissie Monitoring Code Goed Bestuur Product- en Bedrijfschappen (niet uit hoofde

van functie, onbezoldigd)

• Voorzitter Comité 4 mei Tilburg (niet uit hoofde van functie, onbezoldigd)

• Lid VSB-fonds adviescommissie WO (uit hoofde van functie)

• Lid Adviesraad Nuffic (uit hoofde van functie)

Bijlage 3 Samenstelling en nevenfuncties College van Bestuur

118

• Lid van de Board of Trustees CASE Europe (uit hoofde van functie)

• Vice-voorzitter Raad van Commissarissen TiasNimbas (uit hoofde van functie)

• Vice-voorzitter Dagelijks Bestuur Midpoint (uit hoofde van functie)

119

BaMa Bachelor-Master

BKO Basiskwalificatie Onderwijs

BSA Bindend Studie Advies

CAO Collectieve Arbeidsovereenkomst

CentER Center for Economic Research

CIR Center for Innovation Research

CoRPS Center of Research on Psychology in Somatic diseases

CPM Corporate Program Management

CPO Centrum voor Patristisch Onderzoek

CRIS Current Research Information System

CS Corporate Staff

CvB College van Bestuur

CvP College voor Promoties

EBC European Banking Center

ECTS European Credit Transfer System

ERISS European Research Institute in Service Science

EZ Economische Zaken

FBI Fonds Beleidsinitiatieven

FS Facility Services

fte Fulltime-equivalent

GS General Services

HBO Hoger Beroepsonderwijs

HL Hoogleraar

HOOP Hoger Onderwijs en Onderzoek Plan

HR Human Resources

ICT Informatie en Communicatie Technologie

Intervict International Victimology Institute Tilburg

IO Internationale Office

ISI Institute for Scientific Information

IVA Instituut voor sociaal-wetenschappelijk beleidsonderzoek en advies

IVO Instituut voor Ontwikkelingsvraagstukken

KNAW Koninklijke Nederlandse Akademie voor Wetenschappen

KP7 Zevende Kaderprogramma

LIS Library and IT Services

MBA Master of Business Administration

MKB Midden- en Kleinbedrijf

Netspar Network for Studies on Pensions, Aging and Retirement

NVAO Nederlands-Vlaamse Accreditatie Organisatie

NWO Nederlandse Organisatie voor Wetenschappelijk Onderzoek

OBP Ondersteunend en beheerspersoneel

OCW Onderwijs, Cultuur en Wetenschap

PhD Doctor of Philosophy / Promovendus

Bijlage 4 Lijst van afkortingen

120

QANU Quality Assurance Netherlands Universities

ReflecT Research Institute for Flexicurity, Labour Market Dynamics and Social Cohesion

S&P Strategy & Policy

SBL Stichting Bijzondere Leerstoelen

SEP Standard Evaluation Protocol

SIA Stuurgroep Informatisering en Automatisering

SIS Studenten Informatie Systeem

StS Student Services

TiasNimbas TiasNimbas Business School

Tiber Tilburg Institute for Behavioral Economics Research

Tilec Tilburg Law and Economics Center

TiLPS Center for Logic and Philosophy of Science

TILT Tilburg Institute for Law, Technology and Society

TiSEM Tilburg School of Economics and Management

TiSIL Tilburg Social Innovation Lab

TiU Tilburg University

TLS Tilburg Law School

TMP Taken Middelen Plan

TSH Tilburg School of Humanities

TSB Tilburg School of Social and Behavioral Sciences

TST Tilburg School of Catholic Theology

UD Universitair Docent

UHD Universitair Hoofddocent

VSNU Vereniging van Samenwerkende Nederlandse Universiteiten

VWO Voorbereidend Wetenschappelijk Onderwijs

WHW Wet op het Hoger Onderwijs en Wetenschappelijk Onderzoek

WIA Wet Werk en Inkomen naar Arbeidsvermogen

WO Wetenschappelijk Onderwijs

Wopi Wetenschappelijk Onderwijs Personeels Informatie

WP Wetenschappelijk Personeel

Jaarverslag 2012

Tilburg University

Postbus 90153

5000 LE Tilburg

T 013 - 466 9111

www.tilburguniversity.edu

Jaarverslag 2012Tilburg U

niversity