HAN blad 13: Business as unusual
-
Upload
hans-mestrum -
Category
Documents
-
view
223 -
download
6
description
Transcript of HAN blad 13: Business as unusual
HAN BLAD
Business as Unusual#13 / SEPTEMBER 2009
• Netwerken tegen de cr is is • HAN steekt 10 mil joen in duurzaamheid
• F lexibi l iser ing arbeid geen wondermiddel • Innoveren met Web 2 .0
Inhoud
Pagina 9 Goede innovator is t ienkamperPagina 12 Kansr i jk de arbeidsmark t op
Pagina 13, 22 , 23 , 24 , 25, 28 , 30 Kor t n ieuwsPagina 29 Laptop erbi j , managen maar
Straks/nu
De product ieplanning van het HANblad rek t in de zomerper iode al t i jd behoor l i jk u i t . Met a ls gevolg dat het nog maar begin ju l i is a ls ik d i t schr i j f . Op het moment dat u d i t lees t is het begin september. Op het moment dat ik d i t schr i j f is het warm, als u d i t lees t z i t de ‘ r ’ a l weer in de maand. U heef t weer een heel werk jaar voor de boeg, ik dr ie weken zomer vakant ie . Kor tom, mi jn gemoedstoestand is – bepaald door het t i jds t ip – een hele andere dan die van u . Toch moet ik met u z ien te leve len, nu inschat ten wat u s t raks – in fe i te nu dus – bez ighoudt . Zo is het ook een beet je met het thema van deze ui tgave. De afgelopen maanden heef t de cr is is vooral bes taan in de kolommen in de krant . U heef t ze l f uw baan nog en ook in kr ing van famil ie en buren z i jn er nog geen onts lagen geval len. En, a l is de omzet met t ien , t wint ig , der t ig procent gedaald , uw bedr i j f draai t nog redel i jk door ; met het v lees op de bot ten dat u de laats te jaren heef t vergaard, houdt u het nog wel een jaar u i t : ‘A ls het zo b l i j f t , is er n ie ts aan de hand.’Maar er is dus wel ie ts gaande, s te l len pol i t ic i , economen, bankiers en de ceo’s van de mul t inat ionale grote bedr i jven met hun over v iew op de in ternat ionale geld- en goederen-s t romen. Want s t raks /nu, na de zomer, z i jn de orderpor te feui l les echt leeg. Het opstar ten – laat s taan f inancieren - van nieuwe, grote projec ten dur f t n iemand aan. Er is echt ie ts aan de hand, het is business as unusual . Deze ui tgave vormt grotendeels één groot vers lag van hoe bedr i jven, overheden en ken-nis ins te l l ingen z ich de afgelopen maanden hebben voorbere id op wat er na de zomer wacht . Er z i jn met gemeentes afspraken gemaakt over t raineeships voor afgestudeerden, er z i jn mi l joenen vr i jgemaakt voor een p lan dat de HAN én de regio duurzamer moet maken, om de economische én de mi l ieucr is is aan te pakken, er z i jn ideeën bedacht over hoe een bedr i j f z ich met Web 2 .0 kan voorbere iden op die ‘ ICT-gedreven economie’ d ie s t raks vorm zal k r i jgen ; er z i jn regel ingen get rof fen waardoor bovental l ige onderzoekers b i j kennis ins te l l ingen aan de s lag kunnen. En er is gewaarschuwd dat u , a ls het weer aanpik t , uw bedr i j f n ie t moet vo ls toppen met f lexwerkers , om nie t aan een gebrek aan dur f en bet rokkenheid alsnog ten onder te gaan. Ik hoop dat u en ik toch van onze vakant ie hebben kunnen genie ten. Werk ze.
Redact ie HANblad
‘ Ik denk veel aan de
toekomst, want het is daar
dat ik de rest van mi jn
leven za l doorbrengen’
Woody Allen,
Amerikaans filmregisseur en acteur
Pagina 410 Mi l joen voor duur-zaamheid
Pagina 8 Net werken tegen de cr is is
Pagina 10 F lex ib i l iser inggeen won-dermiddel
Pagina 14 Hermann Scheer over cr is issen
Pagina 16 Innoveren v ia Web 2 .0
Pagina 18 Goede baan plus master
Pagina 20 Inte l l igent motor-management
Pagina 26 Managen in Bei j ing
WWW.HAN.NL/DOORLEREN
DOORLEREN?
Ook dat kan bij de HAN!Start naast uw baan een
(post)hbo cursus of opleiding
op het gebied van economie
en management en leer door!
Kijk voor meer informatie op de site.
08378_HAN_Adv.HANblad.indd 1 30-10-2008 09:00:47
HAN steekt 10 miljoen in duurzaamheidRon Bormans t i jdens opening studiejaar:
Het is business as unusual. De economische en ook de
milieucrisis vragen om ongebruikelijke stappen en de
HAN is bereid ze te nemen, zo maakt Ron Bormans
duidelijk. Belangrijk in zijn motivatie om het plan
Duurzame Ontwikkeling te initiëren is de overtuiging
dat het vraagstuk van CO2-uitstoot en verspilling van
grondstoffen en energie er een is dat opgelost móet
worden. En ook een dat opgelost kán worden. ‘Ik heb
een tijd geleden het boek De Nieuwe Wereld van Auke
van der Woud gelezen en daarin wordt heel helder
geschetst hoe de mensheid tussen 1850 en 1900 de
fundamenten heeft gelegd van de huidige op oliecon-
sumptie gebaseerde samenleving. Fascinerend om te
lezen hoe de moderne samenleving in krap 50 jaar haar
technologisch fundament kreeg, maar waarin ook de
basis is gelegd voor de huidige indringende problema-
tiek. Als dat in vijftig jaar kon is het ook mogelijk in
vijftig jaar de grondslag te leggen voor een maatschappij
die wel duurzaam is. Ik ben er heel optimistisch over dat
dat gaat lukken.’
Tegelijk constateert hij, rondlopend door de gebouwen
van de HAN, hoeveel mensen binnen de hogeschool
allang met duurzaamheid bezig zijn. ‘Opvallend veel en
opvallend goed. Die verzorgen onderwijs in Autotechniek
en zijn bezig met duurzame aandrijvingen op waterstof.
Of ze zijn binnen Bouwkunde bezig met onderzoek naar
CO2-neutraal bouwen, proberen het onderwijs aan
jonge kinderen te doordrenken met de duurzaam-
heidgedachte of laten zich inspireren door het concept
van ‘maatschappelijk verantwoord ondernemen’. Of ze
lopen stage in de Zuid-Afrikaanse Theewaterskloof
waar de HAN een aantal projecten doet waarin gewerkt
wordt aan duurzame oplossingen voor de allerarmsten.
Of ze werken voor ons Servicebedrijf en zijn betrokken
bij energiezuinige bouwprojecten. Allemaal initiatieven
waar ze mij en het college niet voor nodig hadden. Met
dit plan geven we ze een extra impuls door dingen te
bundelen, synergie te benutten en er nieuwe initiatieven
aan toe te voegen’, motiveert Bormans zijn plan dat hij
presenteerde, tijdens de opening van het studiejaar
2009-2010, niet toevallig in aanwezigheid van minister
Cramer.
Past b i j het hbo‘Daarbij komt’, vervolgt hij, ‘een dergelijke maatschap-
pelijk verantwoorde ambitie - duurzaamheid als een
belangrijke dimensie van je al activiteiten - past ook
perfect bij het hbo. Om tot duurzame oplossingen te
komen zijn er al tal van nieuwe technologieën beschik-
baar die nog wel toepasbaar moeten worden gemaakt.
Dat is precies het terrein van het hbo. En het hoort ook
helemaal bij het onderwijs. Om een voorbeeldfunctie te
vervullen richting je studenten zodat die na afstuderen
die boodschap meenemen de samenleving in.’
Ron Bormans wil dat de HAN niet alleen naar de eigen
studenten toe een voorbeeldrol vervult, maar ook naar
de regio en zelfs naar het Nederlandse hbo als geheel.
‘Economische voorspoed in een regio vraagt dat dat
gebied bepaalde sterktes heeft. Als grote, belangrijke
kennisinstelling in de regio - want dat zijn wij - geven
wij duurzaamheid een centrale plaats in alles wat wij
doen, in ons onderwijs, onderzoek en onze bedrijfsvoe-
ring. Dat maakt het voor overheden en bedrijven aan-
trekkelijk daarbij aan te sluiten, er zelf ook een groot
thema van te maken en met ons en elkaar te gaan
samenwerken. Dat kan er bijvoorbeeld toe leiden dat het
meer fundamentele onderzoek aan de Radboud
Universiteit Nijmegen naar hoogrendement zonnepane-
len door ons sneller toepasbaar wordt gemaakt, samen
met het bedrijfsleven en gesteund door lokale overhe-
den. Misschien stel je dan over twintig jaar vast dat
Sunvalley in Nijmegen ontstaan is. Maar dan moet die
regio daar natuurlijk wel voor kiezen en dan ook graag
op een hoog ambitie-niveau.’
Kor te en lange termi jnBormans maakt in zijn plan een expliciete scheiding tussen
investeringen die op korte termijn een aantoonbaar posi-
tief effect op het milieu hebben en kosten besparen en
investeringen waarvan het effect later komt en diffuser zal
zijn. Onder die eerste categorie vallen de gelden die gesto-
ken worden in energie- en grondstof-besparende hardware
voor de nieuw- en oudbouw van de hogeschool. Onder de
tweede vallen de investeringen om het onderwijs en onder-
zoek meer gefocust te krijgen op duurzaamheid.
‘De HAN is a l 15 jaar een van de voor lopers van duurzame ont wikkel ing in het hoger onder wi js . De t i jd is r i jp voor een volgende grote s tap. De huidige economische cr is is vraagt om ander le iderschap en om onor thodoxe vernieuwing.’ A ldus het p lan Duurzame Ont wikkel ing dat de HAN op 2 september lanceerde t i jdens de opening van het s tudie jaar in aanwezig-heid van minis ter Cramer van VROM. Col legevoorz i t ter Ron Bormans legt de ambit ies u i t .
Uit de reserves en door binnen de reguliere begroting
scherper te budgetteren heeft de HAN tien miljoen euro
vrijgemaakt waarvan ongeveer de helft wordt geïnves-
teerd in de nieuwbouw aan de Kapittelweg in Nijmegen.
Bormans droom is het een CO2-neutraal schoolgebouw
neer te zetten. ‘Dat is nogal een uitdaging. We gaan op
zoek naar manieren om installaties zuiniger te laten
draaien, zonne-energie en kleinschalige windenergie
toe te passen, warmtekoude opslag te realiseren. Dat
doen we natuurlijk samen met een architect en met toe-
leveranciers uit de regio, maar daar betrekken we
nadrukkelijk ook onze eigen medewerkers en studenten
bij. Die ontwikkelen kennis van duurzaam bouwen en
kunnen die weer in het eigen onderwijs of in de loop-
baan gebruiken’. Aldus de collegevoorzitter die een
prijsvraag aankondigt voor architectenbureaus om met
voorstellen voor zo’n gebouw te komen.
Kosten besparenOngeveer een kwart van de tien miljoen euro gaat naar
het duurzamer maken van de ‘oudbouw’ en ook hier-
van verwacht hij spin-offs zoals interessante leerpro-
jecten voor studenten Civiele Techniek en Bouwkunde,
maar ook een economische impuls voor regionale
partners zoals energiebedrijven, aannemers en archi-
tecten die momenteel wel wat werk kunnen gebruiken.
Daarnaast wil hij een fors bedrag steken in duurzame
oplossingen voor het mobiliteitsvraagstuk van de
HAN. Meer dan zestig procent van het totale energie-
beslag van de hogeschool zit namelijk in mobiliteit
(woon-werk- en werk-werkverkeer). ‘De HAN heeft
haar onderwijs intensiever gemaakt, omdat we gelo-
ven dat meer contact tussen docenten en studenten het
onderwijs verbetert. Maar het zorgt wel voor meer ver-
keer, voor roosterproblemen ook. We kunnen de
bedrijfstijd verlengen, het aanleggen van transferia
stimuleren, maar willen zeker ook aansluiten bij
lopende, regionale initiatieven op dit terrein. Het
onderzoek dat we gaan doen zal dan ook breed en inte-
graal zijn.’
Al deze initiatieven kosten niet alleen geld, ze gaan
ook (energie)kosten besparen, geschat wordt 550.000
euro per jaar. Onderdeel van het project is het streven
die winst te maximaliseren. Bormans: ‘Dan ben je slim
bezig. Je dient een maatschappelijk doel, geeft focus
aan je organisatie, verbindt je met je omgeving én ver-
dient geld. Geld dat volledig naar het onderwijs gaat,
om dat verder te verbeteren en te intensiveren.
Duurzaamheid wordt een belangrijke nieuwe dimen-
sie, maar onze primaire taak is en blijft het onderwijs.’
Spiegel voorhoudenDe tweede categorie van investeringen is vooral gericht
op het verder verduurzamen van onderwijs en onder-
zoek. ‘We gaan op zoek naar manieren om duurzaam-
heid in álle curricula van de HAN een plek te geven, we
willen een aantal nieuwe lectoraten realiseren en we
willen opleidingen stimuleren een duurzame kwali-
teitsbeoordeling te halen. Want, hoeveel duurzame ini-
tiatieven er ook nu al lopen, het kan altijd beter. Vooral
de opleidingen die een beroepspraktijk kennen waarin
duurzaamheid een dominante rol gaat krijgen, moeten
zichzelf de spiegel voorhouden en de vraag stellen: wat
staat ons te doen?’
‘Misschien stel je dan over twintig jaar vast dat Sunvalley in Nijmegen ontstaan is’
‘Een dergelijke maatschappelijk verantwoorde ambitie past perfect bij het hbo’
Opening studiejaar 2009-2010 met minister CramerCollegevoorzitter Ron Bormans presenteerde zijn
plannen rond duurzaamheid tijdens de opening
van het studiejaar op 2 september op de HAN-
Campus in Arnhem. Een van zijn toehoorders was
Jacqueline Cramer, minister van Volkshuisvesting,
Ruimtelijke Ordening en Milieubeheer (VROM)
die hij voorstelde subsidie beschikbaar te stellen
voor het CO2-neutrale schoolgebouw dat de HAN
gaat bouwen. Minister Cramer ging in haar
betoog in op de relatie tussen duurzaamheid en
het hoger onderwijs.
Tevens werd tijdens de opening het nieuwe
gebouw van de Faculteit Techniek gepresenteerd,
tegelijk met de introductie van het vernieuwde en
gemoderniseerde techniekaanbod dat duurzaam-
heid als een belangrijke pijler heeft. Voorts
werden de HAN Studentenprijs en HAN Mede-
werkers-prijs uitgereikt.
Ron Bormans, Voorzitter College van Bestuur
Hogeschool van Arnhem en Nijmegen
H A N B L A D N R . 1 34 5 B u S I N E S S A S u N u S u A L
H A N B L A D N R . 1 36 7 B u S I N E S S A S u N u S u A L
Wat betekent de f inancië le cr is is voor de regio Arnhem – Ni jmegen? Wat is de oorzaak , wat z i jn de gevolgen en waar l iggen de kansen? En welke ro l kunnen de HAN en het bedr i j f s leven spelen b i j het benut ten van die kansen? V i j f rondetafe lgenoten analyseren, onder le id ing van Pie t-Hein Peeters , de economie – van voor, t i jdens en na de cr is is - en verkennen de mogel i jkheden voor een s terkere regio.
De ICT-economie komt eraan
Voorzitter van de Kamer van Koophandel (KvK) Centraal
Gelderland Ronald Migo valt met de deur in huis:
‘Hoewel onze conjunctuurenquête laat zien dat het regi-
onale bedrijfsleven weer meer vertrouwen heeft in de
toekomst, heeft het veel last van de crisis. Een derde van
de bedrijven kampt met een dalende omzet. De verwach-
tingen zijn negatief, vooral in de groothandel, de horeca
en de bouw. In de transportsector is het iets minder erg,
maar bedrijven daar zijn ook niet bepaald euforisch. De
investeringsbereidheid loopt terug. De publieke sector
lijkt de dans te ontspringen, maar het bedrijfsleven
krijgt f linke klappen’, constateert hij. Ook in een groot
deel van de producerende industrie is de toestand dra-
matisch, vult Dick Alewijnse aan. Hij is voorzitter
Industriële Kring en CEO Alewijnse Holding. ‘De boek-
drukwereld bijvoorbeeld heeft voor de zomervakantie
helemaal niets bijgedrukt’, zegt hij. ‘Nu maken veel
producerende bedrijven nog gebruik van de regeling
voor deeltijd-ww, maar als de vraag niet toeneemt zal
het in de productiesector ook fout gaan.’
Grat is ge ldKees Onstein, directeur van zonne-energiespecialist
Solar Total, geeft aan dat zijn onderneming nog niet veel
last van de crisis heeft: ‘Dat is deels een beetje geluk. De
duurzame sector heeft minder last van de crisis dan
andere branches. Bovendien brengen wij duurzaamheid
op een iets andere manier dan gebruikelijk. Veel bedrij-
ven werken met fondsen, maar dat kan niet eeuwig goed
gaan. Je financiert je activiteiten dan eigenlijk met gra-
tis geld. De crisis laat zien dat dat niet werkt. Geld moet
weer gewoon verdiend worden. We willen op termijn
ook van subsidies af. Veel bedrijven in de duurzame
sector moeten het daar juist van hebben.’
Maar het is wel kort door de bocht om de schuld van fail-
lissementen alleen bij de bedrijven zelf te leggen, zegt
Migo: ‘Het is waar dat bedrijven die conservatief finan-
cierden nu vlees op de botten hebben. Maar je moet ook
kijken naar de spelregels van de afgelopen tijd. Er zijn
veel bedrijven die de afgelopen jaren uitstekend pres-
teerden, maar die met kleine marges werkten. Nu krij-
gen ze plotseling geen financiering meer voor nieuwe
investeringen, omdat hun rendement niet hoog genoeg
is. Als daar bijkomt dat klanten hun rekeningen ook niet
meer betalen, dan kunnen dat soort relatief gezonde
bedrijven omvallen. Het is dus niet zo dat alle slachtof-
fers van de crisis ondernemingen zijn die vroeg of laat
moesten omvallen. En áls bedrijven omvallen, raakt dat
natuurlijk ook de toeleveranciers.’
ICT de kernJaap van Till, lector Telecommunicatie & Netwerken aan
de Faculteit Techniek van de HAN, meent dat we niet in
één crisis zitten, maar in vier of vijf tegelijkertijd. ‘We
zitten in een overgangsfase. In de nieuwe situatie speelt
ICT een centrale rol als general purpose technology. Wil je
straks na de crisis mee kunnen komen, dan zul je moe-
ten begrijpen hoe de nieuwe situatie in elkaar zit.’ Wie
het wil redden in die ICT-gedreven economie, moet
snappen wat er gebeurt, aldus Van Till: ‘Crises volgen
altijd hetzelfde patroon. Op de uitrol van een nieuwe
ontwikkeling volgt een periode van euforie, waarin
allerlei nieuwe producten worden gemaakt. En dan
ineens gaat het mis. Dat komt doordat mensen wel
enthousiast zijn over de nieuwe ontwikkelingen, maar
ze hebben niet door wat de kern is. Daardoor missen
veel bedrijven de volgende stap.’ De kern van de econo-
mie na de crisis zal ICT zijn, zegt Van Till: ‘Die techno-
logie is onzichtbaar, maar zit werkelijk overal in. Dat
vereist een heel andere mindset dan toen elektro, mecha-
nisch en chemisch samen de drijvende technologie
waren. Een bekend citaat is: ‘Als je vandaag de dag een
Mercedes Benz ziet rijden, zie je een vlucht computers in
formatie over de snelweg vliegen.’ Er zit een ongekende
‘We zitten niet in één crisis, maar in vier of vijf tegelij-kertijd’
‘Wie geen kennis deelt, krijgt geen kennis’
Rondetafel: netwerken tegen de crisis
Ronald Migo, Voorzitter van de Kamer van
Koophandel (KvK) Centraal Gelderland
Dick Alewijnse, Voorzitter Industriële Kring
en CEO Alewijnse Holding.
Jaap van Till, lector Telecommunicatie
& Netwerken
Kees Onstein, directeur van zonne-energiespecialist
Solar Total
Reinder Pieters, docent-promovendus Logistiek en Inkoop
bij de Faculteit Economie en Management van de HAN
H A N B L A D N R . 1 38 9 B u S I N E S S A S u N u S u A L
‘Onder de motor-kap van een General Motors-auto zit dezelfde technologie als vijf-tig jaar geleden’
hang vertonen, met goede onderlinge relaties. Maar het
kan niet zonder sterke externe gerichtheid, het vermo-
gen om te netwerken. Ook dat is nodig.’ Om aan zulke
uitersten te beantwoorden heb je mensen nodig die bin-
nen de cultuur passen, maar ook zij die dat niet doen.
‘Om te innoveren moet je vaak de zaak openbreken, de
discussie aangaan. Wees ook niet bang voor het aanstel-
len van mensen die slimmer zijn dan jezelf.’
Groeiambit ieDe HAN/ArtEZ-lector - en tevens hoogleraar Industriële
Ontwikkeling en Innovatiebeleid aan de UvA - kwam
nog meer van die uitersten tegen die bedrijven en orga-
nisaties moeten beheersen: de focus op wat de klant nu
of op korte termijn wil, maar ook oog voor de trends op
langere termijn, waarin behoeftes spelen waarvan de
klant zich nu nog helemaal niet bewust is. Het belang
van het oog hebben voor de lange termijn trof Dany
Jacobs ook tijdens zijn onderzoek bij Mexx. ‘Dat werd
overgenomen door een Amerikaans bedrijf waardoor de
focus sterk op het aandeelhoudersbelang en de kwar-
taalcijfers kwam te liggen. Het bedrijf werd meer een
verdediger van de eigen belangen dan een veroveraar
van nieuwe. Het miste groeiambitie en ook dat is een
discipline die je moet beheersen om te kunnen innove-
ren.’
De tien disciplines zijn – net als voor een tienkamper –
allemaal even belangrijk. ‘Natuurlijk mag je in één wat
zwakker zijn, maar dat moet je dan compenseren door
in een andere sterker te zijn.’
Dany Jacobs & Hendrik Snijders, ‘Innovatieroutine. Hoe
managers herhaalde innovatie kunnen stimuleren’, Van
Gorcum. www.vangorcum.nl
‘Sommigen zien er een contradictie in, maar één van die
disciplines is dat je innovatie voortdurend op de agenda
hebt. Het mag niet iets zijn waar je je af en toe mee bezig
houdt. Anders loop je vast. Een bedrijf als ASML werkt
voortdurend aan nieuwe generaties chipproductiema-
chines, aan innovaties die over drie en over tien jaar op
de markt moeten komen. Doen ze dat niet dan verliezen
ze op termijn marktaandeel.’
In opdracht van de Stichting Management Studies
onderzochten Jacobs en Snijders sterk uiteenlopende
organisaties, van Philips, DSM en ASML tot en met de
HEMA, het Groninger Museum en de Efteling. In totaal
22 partijen die één ding gemeen hebben: ze slagen er
over lange periode steeds weer in succesvol te zijn met
hun innovaties. Zo ontdekten de twee die tien discipli-
nes die voor elke organisatie, ongeacht de sector, alle-
maal van even groot belang zijn.
Uiters ten b i jeenEen van die disciplines is dus ‘goed innovatiemanage-
ment’ dat zorgt voor de organisatorische randvoorwaar-
den om voortdurend innovaties te laten ontstaan. Een
andere discipline is het totstandbrengen van een crea-
tieve ambiance. ‘Vaak gaat dat niet samen met een cul-
tuur van harde cijfers, maar voor succesvol innoveren is
dat wel nodig.’ Voorts gaat het, wat de schrijvers betreft,
niet alleen om het genereren van die baanbrekende out of
the box-ideeën, maar ook om het succesvol kunnen door-
ontwikkelen. ‘99 Procent van de innovatie bestaat per
slot uit het systematisch verbeteren van bestaande pro-
ducten en maar heel af en toe is er sprake van radicale
innovatie.’
Nodig is ook interne én externe oriëntatie, vervolgt
Jacobs. ‘Een bedrijf kan intern een uitstekende samen-
hoeveelheid ICT in.’ Dat geeft ook aan waarom General
Motors is gevallen, zegt Alewijnse: ‘Kijk maar eens
onder de motorkap van hun auto’s. Daar zit vrijwel
dezelfde technologie in als vijftig jaar geleden. Als je je
technologie en je businessmodel niet kennisintensief
vernieuwt, dan ga je vroeg of laat voor de bijl.’
Kennis delenReinder Pieters, docent-promovendus Logistiek en
Inkoop bij de Faculteit Economie en Management van de
HAN, wijst op het belang van logistiek voor de verande-
rende economie: ‘Mensen denken vaak dat transport
een kleine, onbelangrijke sector is die niets met innova-
tie te maken heeft. Maar een Mercedes wordt niet meer
in een fabriek in Beieren gemaakt, maar in tientallen
fabrieken wereldwijd. Bedrijven worden kleiner en spe-
cialistischer. Een product wordt gemaakt door een net-
werk van bedrijven dat voortdurend verandert. Logistiek
wordt alleen maar belangrijker.’
Die netwerken zullen een centrale rol gaan spelen in de
nieuwe economie, zegt Van Till: ‘We gaan steeds meer
in netwerken denken. Dan doel ik niet alleen op fiber
optic computernetwerken, maar op netwerken van
bedrijven die samen producten ontwikkelen. De komen-
de maanden zul je niet alleen maar crisis zien: er zullen
ook een paar bedrijf jes zijn die gaan als een raket. Dat
zijn de bedrijven die snappen hoe de ICT-gedreven eco-
nomie werkt.’ Solar Total is ook een netwerkbedrijf,
zegt Onstein: ‘We bieden klanten totaaloplossingen op
het gebied van zonne-energie. We installeren bijvoor-
beeld zonnepanelen op huizenblokken. We koppelen er
slimme ICT aan vast om de efficiency te maximaliseren.
De benodigde technologie zit niet bij één bedrijf, maar
bij verschillende bedrijven die wij als het ware aan
elkaar knopen.’ Om dergelijke netwerken te kunnen
vormen, moeten bedrijven wel bereid zijn om kennis te
delen. Onstein: ‘Ik hou ook geen kennis achter. Ik deel
dat graag met anderen, omdat ze dan ook kennis met
mij delen.’ Alewijnse signaleert ook dat steeds meer
bedrijven steeds makkelijker kennis delen: ‘Dat komt
niet voort uit een soort verantwoordelijkheidsbesef, het
is bittere noodzaak. Wie geen kennis deelt, krijgt geen
kennis. Bedrijven van nu hebben niet altijd door hoe
belangrijk dat nu al is en hoeveel belangrijker het nog
gaat worden.’
TestbedBij dat ‘aan elkaar knopen’ van ondernemers kunnen de
HAN en het bedrijfsleven elkaar helpen, zegt Van Till: ‘De
Rabobank stelde ooit een verplicht coöperatief model in
voor de landbouw. Het zei: ‘Als je van ons een hypotheek
wil hebben voor je nieuwe schuur, dan moet je één keer
per week naar een soort klas waar ook andere tuinders in
zitten. Die bedenken samen nieuwe processen en techno-
logieën. Een van de aanwezigen probeert zo’n idee uit.
Werkt het, dan neemt de rest het over. Zoiets zou je aan de
hogescholen ook kunnen doen: een soort testbed voor
studenten met innovatieve ideeën. Een van de grote voor-
delen van studenten is dat ze nog maar weinig vooroorde-
len hebben.’ De HAN zou de studenten ook de mogelijk-
heid kunnen geven om een idee om te zetten in een
bedrijf, zegt Pieters: ‘Dat moet niet allemaal te formeel.
Het moet een vrijblijvende club zijn van studenten met
ideeën, die je een werkruimte kunt geven en waar je tegen
kunt zeggen: ‘Probeer het maar eens.’ Dat zal soms fout
gaan, maar soms leidt het tot een succesvol product.’
DaadkrachtHogescholen moeten zich vooral niet al teveel bezig hou-
den met de markt, waarschuwt Onstein: ‘Dat is de taak
van ondernemers. Onderwijs- en kennisinstellingen
moeten zich bezighouden met innovatie. Wat de HAN
kan doen is bijvoorbeeld meetings organiseren voor stu-
denten en ondernemers, waarbij studenten vertellen hoe
zij denken dat de toekomst eruit ziet. Ik weet niet wat de
problemen van mijn zoontje gaan worden, of hoe de auto
van de toekomst eruit ziet. Maar er loopt iemand rond die
het wel weet. Die persoon moet je vinden.’ De KvK ziet
veel mogelijkheden in samenwerking op de punten waar
de regio al sterk in is, zegt Migo: ‘We proberen met part-
ners te kijken hoe we onze rol als intermediair zo goed
mogelijk kunnen vervullen. Ten eerste moeten we secto-
ren die al sterk zijn sterker maken. We willen de kennis
van kennisinstellingen – waaronder de HAN – gebruiken
om ondernemers bij de les te houden. Samen met Syntens
en de ontwikkelingsmaatschappij Oost NV bieden we
ondernemers innovatie aan. We willen netwerken van
ondernemers, onderwijzers en onderzoekers creëren.
Dat betekent niet dat ze elkaar allemaal kennen, wel dat
ze elkaar weten te vinden als dat nodig is.’ Alewijnse: ‘Je
hebt ook voortrekkers nodig. Het is van het grootste
belang dat je een aantal daadkrachtige mensen hebt die
die voortrekkersrol spelen. Als je die hebt en je brengt een
aantal ondernemers bij elkaar, dan kun je in korte tijd
enorme successen boeken.’
Tegen de s t room inDe crisis biedt kansen voor wie begrijpt hoe de wereld er
na de crisis uitziet. Al moet de ondernemer die daarmee
aan de slag wil soms wel tegen de stroom in zwemmen,
zegt Van Till: ‘Ondernemen krijgt in Nederland niet veel
waardering. Mensen zien toch vooral het risico.’ Onstein
beaamt dat: ‘Je ziet vaak dat papa en mama het liefst
zien dat hun kind een vaste baan neemt en een hypo-
theek kan nemen. Ze vinden het maar vreemd als hij op
een zolderkamertje zit en denkt dat hij daar slimme
dingen aan het doen is. Op zich worden mensen indivi-
dualistischer en trekken ze zich minder aan van wat hun
omgeving vindt. Maar het zou geen kwaad kunnen als
iemand die zich ondernemend opstelt af en toe een
schouderklopje krijgt.’
De goede innovator is een tienkamper
Jacobs en Sni jders: innoveren moet routine zi jn
Innoveren moet rout ine z i jn . Tenminste, a ls je a ls bedr i j f deze cr is is wi l over leven, a ls je succesvol wi l t z i jn . Lector Kunst , Cul tuur en Economie aan de HAN en Ar tEZ , Dany Jacobs en ze l f s tandig onderzoeker Hendr ik Sni jders , hebben hun boek - over de t ien d isc ip l ines d ie je moet beheersen om inno-vat ie f te z i jn - daarom deze t i te l meegegeven : Innovat ierout ine.
‘Het mag niet iets zijn waar je je af en toe mee bezig houdt’
De Tien Innovatiegeboden
1 Vertrek vanuit een strategisch
concept, gebouwd op een sterk
bedrijfsmodel
2 Wees maatschappijgericht
3 Wees klantgericht
4 Wees ambitieus en durf wat
5 Ontwikkel door
6 Leer van reële getallen
7 Zoek de beste mensen
8 Creëer ambiance, een open cultuur
9 Bouw sterke netwerken, binnen en
buiten uw eigen organisatie
10 Scherp uw focus en commitment
H A N B L A D N R . 1 310 11 B u S I N E S S A S u N u S u A L
Flexibilisering arbeidgeen wondermiddel
Lector HRM: meer vast personeel , groter innovatievermogen
Robert Verburg
lector HRM
‘Flexwerkers zijn minder
geneigd initiatieven en risico’s
te nemen’
Veel markten worden steeds volatieler. Door de globali-
sering beïnvloeden alle sectoren en markten elkaar.
Gaan de financiële wereld en de automotive onderuit
dan heeft dat ook z’n effect op de olie & gas, krijgen de
semicon en de IT-sector tikken en worden ook de
metaal- en de kunststofbranches meegesleept. In hoog
tempo. En in tijden van upturn gaat dat precies zo, maar
dan andersom.
Bedrijven wapenen zich daartegen door de f lexibele
schil van personeel steeds dikker te maken, rond een
kern van mensen met een vaste aanstelling die steeds
kleiner wordt. Maar hoe ga je om met mensen die nu
boventallig zijn, maar straks zeker niet meer? Hoe moet
het HRM-beleid van het moderne bedrijf eruit zien dat
zich enerzijds geconfronteerd weet met een structureel
tekort aan bepaalde mensen, maar anderzijds ook snel
moet reageren op plots inzakkende markten, om te
overleven?
Banger voor foutenDe nieuwe lector HRM, Robert Verburg, haalt in ant-
woord op die vragen allereerst maar ‘ns een opmerkelijk
onderzoek aan dat onlangs bij onze oosterburen is uit-
gevoerd. Conclusie daarvan: het innovatievermogen en
de bedrijfseconomische prestaties van bedrijven met
relatief veel mensen in vaste dienst zijn hoger dan die
van bedrijven met een verhoudingsgewijs dikke f lexi-
bele schil. Verburg verklaart: ‘Mensen die weten dat ze
zo op straat gezet kunnen worden zijn over het alge-
meen banger om fouten te maken. In een f lexibele
werkomgeving zijn mensen minder geneigd initiatieven
en risico’s te nemen.’ Voorts kan meespelen, vult de
lector aan, dat f lexwerkers minder loyaal zijn en zich
minder geroepen voelen hun goede ideeën aan de baas
prijs te geven. ‘Het hebben van veel f lexibele arbeids-
krachten heeft nadelen, zeker voor kennisgedreven
ondernemingen. Als je voor je onderscheidende kennis
Veel f lexwerkers op de payrol l is zeker geen panacee om de huidige cr is is te doors taan. Een ondernemer doet er beter aan een consis tent , s t rategisch personeelsbele id op te s te l len en daar-aan vast te houden. Veel bedr i jven z i jn daar toe echter nog nie t in s taat , a l gaat het de goede kant op, meent lec tor HRM Rober t Verburg.
Welk t ype HRM-beleid?Welk type HRM-beleid gekozen moet worden hangt af van de
context van een bedrijf. In de verticale dimensie van het diagram
wordt beschreven de mate waarin een bedrijf zijn personeelsbeleid
inzet om controle over (compliance) dan wel betrokkenheid (com-
mitment) van zijn personeel te verwerven. De horizontale dimensie
geeft de mate weer waarin de onderneming (bedrijf) dan wel het
individu (werknemers) verantwoordelijk wordt gehouden voor de
ontwikkeling van het personeel.
Kleine productiebedrijven maken typisch gebuik van Markt HRM,
grote van Bureaucratisch HRM. Kleine ingenieursbureaus vallen in
het segment Flexibel HRM en grote onderzoeksinstituten in
Professioneel HRM. Hoe je in die vier contexten met flexibel per-
soneel omgaat is sterk verschillend. Robert Verburg illustreert: ‘In
een onderneming in de flexibility bundle ligt het niet voor de hand
je flexibele personeel ontwikkelingsmogelijkheden te geven, die
achten zich daar zélf verantwoordelijk voor.’
sterk afhankelijk bent van gedetacheerden en uitzend-
krachten is dat niet goed voor je concurrentievermogen’,
aldus Verburg.
Voor een productiebedrijf ligt dat weer anders. ‘Dan kan
het van levensbelang zijn dat je in tijden als deze in staat
bent fricties op te vangen zonder hoge ontslagkosten.
Maar ook daar geldt: geef je mensen op de strategische
functies een vaste aanstelling – want met hen onder-
scheid je je van de concurrentie.’
Overigens is het niet zo dat mensen in vaste dienst per
definitie beter presteren: ‘Als er geen enkele relatie is
tussen het salaris en de geleverde prestaties tast dat
zeker de effectiviteit van mensen aan. Dus: geef ze feed-
back op hun prestaties. Zorg voor een uitdagende werk-
omgeving, een goed intern promotiebeleid en beloon
bijvoorbeeld de verkoopafdeling afhankelijk van hun
omzet.’
Consis tent en s t rategischBovenaan Verburg’s lijstje van do’s voor ondernemers
staat: zorg voor een consistent en strategisch perso-
neelsbeleid. ‘De strategie die gekozen wordt moet
- vanzelfsprekend - toegesneden zijn op het soort
bedrijf. Het kan niet zo zijn dat een bedrijf zeer zware
selectiecriteria hanteert voor sollicitanten, maar een
bescheiden salaris betaalt. En een kennisintensief
bedrijf moet ruim budget vrijmaken voor opleidingen.
Een vliegtuigonderhoudspecialist, waar het letterlijk
van levensbelang is dat medewerkers nauwgezet de
instructie opvolgen, moet een ander personeelsbeleid
voeren dan het grote ingenieursbureau dat het vooral
van de creativiteit van z’n mensen moet hebben.’
Trouw bl i jvenAls er eenmaal een strategie is bepaald, is het van groot
belang dat een bedrijf trouw blijft aan die strategie,
maar dat is lang niet altijd zo eenvoudig. ‘Zeker niet in
een tijd als deze. Ingezet strategisch personeelsbeleid
heeft al gauw zes, zeven jaar nodig om zich te bewijzen.
Als dan de kwartaalcijfers zwaar tegenvallen moet de
personeelsmanager sterk in zijn schoenen staan om
weerstand te bieden aan de top als die toch maar ‘die
dure kenniswerkers’ wil ontslaan. Vaak genoeg worden
er toch plots radicale sprongen gemaakt.’
Het is daarom noodzakelijk, stelt Verburg, dat die per-
soneelsmanager deel uit gaat maken van die bedrijfstop.
‘Lange tijd is er alleen ad hoc personeelsbeleid gevoerd,
werd het vooral beleefd als kostenpost, hadden de per-
soneelsfunctionarissen geen businessachtergrond en
spraken ze de taal van de top niet. Deden ondernemers
van kleine bedrijven personeelszaken ‘er even bij’, op
een vaak veel te technocratische manier, met zichzelf
als norm.’ Maar, stelt Robert Verburg, in die perceptie
van personeelsbeleid zit beweging. ‘Want het valt steeds
beter te onderbouwen dat HRM bijdraagt aan het ver-
groten van de bedrijfsresultaten.’ Dat belang draagt hij
zelf uit aan de business school van de TU Delft waar hij
topmanagers in spe bewust maakt van hun rol als ont-
wikkelaars en uitvoerders van het personeelsbeleid. En
door als lector aan de HAN onderzoek te doen naar de
effectiviteit van personeelsinstrumenten in de praktijk en
de vergaarde kennis een plaats te geven in het onderwijs.
Over levenEen crisis overleef je dus het gemakkelijkst met een con-
sistent en doordacht doorgevoerd strategisch perso-
neelsbeleid. Toch valt het bedrijven nu niet kwalijk te
nemen als ze niet goed voorbereid blijken te zijn op deze
crisis. ‘Want als onderzoeker heb ik natuurlijk makke-
lijk praten. Er zijn bedrijven die hun omzetdaling echt
niet hebben kunnen zien aankomen. Dan ontkom je niet
aan radicale, ad hoc ingrepen.’
Het is noodzakelijk dat de personeels-manager deel uit gaat maken van de bedrijfstop
controle
werknemersbedrijf
Bureaucratisch HRM
Professioneel HRM
Markt HRM
Flexibel HRM
commitment
kansrijk de arbeidsmarkt opBelangstelling voor EVC door crisis fors toegenomen
Door de crisis, die gepaard gaat met ontslagen en werk-
tijdverkorting, willen meer mensen zich om- of bijscho-
len, zo verklaart ze de toestroom. Voorts speelt dat de
overheidsregelingen om EVC voor werknemers te ver-
goeden gunstiger worden.
Testen Om een EVC-certificaat te bemachtigen moet een kandi-
daat zich laten testen op de competenties die hij in zijn
eerdere opleidingen en in zijn werk heeft opgedaan, legt
Marion Keiren, projectleider EVC Maatwerk, uit. ‘De
kandidaat overlegt bewijsstukken ter beoordeling.
Vervolgens wordt gerapporteerd over welke van de com-
petenties van een hbo-opleiding de kandidaat beschikt.
Op basis hiervan kan hij, als hij met een hbo-studie wil
starten, vrijstellingen krijgen.’
Het doel van het project waar Keiren leiding aan geeft is
dat alle HAN-opleidingen EVC-trajecten en maatwerk-
opleidingen gaan leveren aan geïnteresseerden. Nu
biedt ongeveer de helft van de opleidingen dergelijke
trajecten aan. Keiren benadrukt dat het niet zo is dat
iemand na het bepalen van diens EVC-niveau genood-
zaakt is ook een opleiding te gaan volgen. ‘Als iemand
alleen een EVC-certificaat wil om zijn kansen op de
arbeidsmarkt te vergroten, kan dat natuurlijk ook.’
Forse toenameDe belangstelling voor een EVC-certificaat is niet alleen
binnen het bedrijfsleven gegroeid, ook vanuit sectoren
H A N B L A D N R . 1 312 13 B u S I N E S S A S u N u S u A L
als de gezondheidszorg, het onderwijs en de sociale
dienstverlening komen er meer vragen. ‘In die sectoren
heeft dat minder met de crisis te maken, maar wel met
de behoefte om de employability van de medewerkers te
verhogen, om de juiste persoon op de juiste plaats te
krijgen’, aldus Marion Keiren.
www.han.nl/evc
Prijswinnende leraren in spe beantwoorden structureel tekort technici
HAN-project Brug naar Duurzaamheid wint Civiel Award 2009
wikkeld waarmee - met behulp van de sterrenkijker van de Radboud
Universiteit - de ruimte zou kunnen worden bekeken. De jury was
onder de indruk van de keuze voor het ambitieuze en moeilijke thema
Sterrenkunde. ‘Een aankomende leraar moet het maar aandurven om
iets dergelijks op te pakken’, aldus het rapport.
De 1e prijs bestaat uit een reis naar en een toegangsbewijs tot het
Science Museum in London of het Parijse Musée des Arts et Métiers.
Het lespakket en de bijbehorende webteksten staan op:
www.han.nl/pabo
vakjury bepaalde op grond van een presentatie, expositie en een vra-
genvuur de uiteindelijke winnaars.
De HAN heeft met de Civiel Award gewonnen met het project Brug naar
Duurzaamheid. Volgens de studenten Patrick Morren en Rob Hendriks
zijn er in de Grond, Weg en Waterbouwsector (GWW) diverse projecten
waar duurzaamheid als opportuun punt naar voren komt. Belangrijk
omdat ook de GWW-sector haar steentje moet bijdragen aan het tegen-
gaan van milieuvervuiling en het uitputten van grondstoffen.
In de sector mist men nog een duidelijke toetsingsmethode om projec-
ten op duurzaamheid te scoren. Voor het direct kunnen af lezen van de
duurzaamheidscore hebben de studenten een figuur ontworpen: een
‘Kompas’ waarin alle toetsonderdelen zijn meegenomen. Met de uit-
eindelijke toetsingmethode kunnen GWW-projecten globaal beoor-
deeld worden.
De jury loofde het HAN-project Brug naar Duurzaamheid, omdat het
een heldere visie heeft en de opdracht met passie is geschreven. ‘Het
Kompas is een dynamisch document dat een lans breekt voor duur-
zaamheid in de sector’, aldus de vakjury van experts uit de Nederlandse
bouw- en civieltechnische wereld.
In de huidige conjunctuur is het tekort aan technisch geschoold perso-
neel tijdelijk minder nijpend. Op de lange termijn dreigt er echter nog
altijd een structureel tekort aan dit type werknemer. Christian Lok en
Edward Antonysen – derdejaars studenten van respectievelijk Pabo
Groenewoud Nijmegen en Pabo Arnhem van de HAN hebben een bij-
drage geleverd aan het terugdringen van dit tekort. De twee leraren in
spe hebben de 1e prijs gewonnen in de Wetenschap en Techniekwedstrijd
van VTB-Pro en Paboweb.nl. De prijs is ingesteld om het structureel
groeiende tekort aan technisch geschoold personeel te helpen terug-
dringen. In dat kader is het belangrijk om kinderen al op jonge leeftijd
te enthousiasmeren voor wetenschap en techniek en daarvoor zijn
leerkrachten nodig die weten hoe ze bij kinderen de nieuwsgierige en
onderzoekende houding kunnen stimuleren en verder ontwikkelen. De
twee aankomende leerkrachten zijn er als beste in geslaagd een onder-
wijsactiviteit te ontwikkelen die kinderen enthousiast maakt voor
wetenschap en techniek.
Lok en Antonysen maakten een lespakket Sterrenkunde dat volgens de
jury de nieuwsgierigheid van kinderen in groep 7 en 8 prikkelt en hun
onderzoekende houding en probleemoplossende vermogen ontwik-
kelt. Het lespakket is van hoge kwaliteit en direct toepasbaar in de
klas. Daarnaast hebben de studenten een bijbehorende website ont-
Vitae, het netwerk van de Nieuwe Professional, heeft vrijdag 10 juli voor
de 14e keer de Bouw en Civiel Award uitgereikt. De Civiel Award is
gewonnen door de HAN. De Bouw Award ging naar de Hogeschool van
Amsterdam.
De Award wordt sinds 1995 uitgereikt en is een landelijke prijs voor
HTS-bouwkundigen en HTS-civieltechnici in het laatste jaar van hun
studie. Op de finaledag presenteerden elf hogescholen uit heel
Nederland hun beste afstudeerproject Bouwkunde en/of Civiele
Techniek. De winnaars ontvingen naast de Award een reischeque. Een
AanvalsplannenDe Ondernemersdesk is begin dit jaar
opgericht om ondernemers uit de regio,
met crisisgerelateerde vragen, toegang te
geven tot de HAN. In vervolg daarop is de
hogeschool betrokken geraakt bij diverse
‘aanvalsplannen’ van gemeentes en de
Kamer van Koophandel. Zo wordt er
momenteel nauw samengewerkt met de
drie Mobiliteitscentra die het UWV in de
regio is gestart. Doel van die centra is men-
sen die ontslagen dreigen te worden via
opleidingen zo snel mogelijk weer aan het
werk te krijgen.
De interesse om opgedane werker var ing vast te laten leggen in een E VC-rappor tage of er var ings-cer t i f icaat is de laats te maanden fors toegenomen, constateer t Mea Verbunt van de HAN Ondernemersdesk .
Onderzoekers detacheren bij de HAN?aan in de private sector. De kenniswerkers worden ingezet op de ter-
reinen die van maatschappelijk belang zijn en de Nederlandse kennis-
positie versterken.
Voor deze regeling heeft het kabinet in totaal 180 miljoen euro
beschikbaar gesteld. De eerste ronde voor het indienen van voorstellen
liep af op 10 juli, later dit jaar volgen er nog een of meer rondes.
SenterNovem voert de regelingen uit in opdracht van de ministeries
van EZ en OCW.
www.senternovem.nl/kenniswerkers
Medio juni trad de regeling Kenniswerkers in werking. Ondernemingen
die kampen met acute omzetdaling kunnen een deel van hun onder-
zoekers inzetten voor onderzoek en ontwikkeling op ‘prioritaire the-
ma’s in de Nederlandse kennisinfrastructuur’. De onderzoekers wor-
den voor een periode van maximaal 1,5 jaar beschikbaar gesteld aan
publieke kennisinstellingen, bijvoorbeeld een universiteit of een hoge-
school als de HAN. De onderzoekers worden gedetacheerd bij deze
kennisinstelling, ze blijven in dienst van de onderneming. Het is de
bedoeling dat de onderzoekers na die periode weer volledig aan de slag
gaan van milieuvervuiling en het uitputten van grondstoffen.
In de sector mist men nog een duidelijke toetsingsmethode om projec-
ten op duurzaamheid te scoren. Voor het direct kunnen af lezen van de
duurzaamheidscore hebben de studenten een figuur ontworpen: een
‘Kompas’ waarin alle toetsonderdelen zijn meegenomen. Met de uit-
eindelijke toetsingmethode kunnen GWW-projecten globaal beoor-
deeld worden.
De jury loofde het HAN-project Brug naar Duurzaamheid, omdat het
een heldere visie heeft en de opdracht met passie is geschreven. ‘Het
Kompas is een dynamisch document dat een lans breekt voor duur-
zaamheid in de sector’, aldus de vakjury van experts uit de Nederlandse
bouw- en civieltechnische wereld.
Nederland hun beste afstudeerproject Bouwkunde en/of Civiele
Techniek. De winnaars ontvingen naast de Award een reischeque. Een Techniek. De winnaars ontvingen naast de Award een reischeque. Een
HAN-studenten
Rob Hendriks en
Patrick Morren winnen
de Civiel Award
2009.
H A N B L A D N R . 1 314 15 B u S I N E S S A S u N u S u A L
zijn: de oude bronnen zijn bijna op, de nieuwe zijn voor
eeuwig; de oude zijn gigantisch vervuilend, de nieuwe
schoon. Vasthouden aan de oude bronnen maakt ons
steeds meer afhankelijk van die paar landen die nog
olie, gas en steenkool kunnen leveren. En de verhalen
van de energieleveranciers dat overstap duur zou zijn, of
dat het technisch nog niet kan: allemaal bullshit volgens
In een goed gevulde grote zaal van Musis Sacrum en
onder het oog van tv-camera’s van RTL en TV-Gelderland,
schetst Scheer - ook wel de ‘Duitse Al Gore’ genoemd -
aanvankelijk een somber beeld. De fossiele energie-
bronnen raken op en de enorme lobby van de energiebe-
drijven houden een overstap naar alternatieve energie-
bronnen tegen. Terwijl de voordelen toch overduidelijk
De zon stuurt geen rekeningHermann Scheer koppelt economische crisis aan kl imaatcrisis
‘In Duitsland heeft mijn energiewet inmiddels 250.000 banen opgeleverd’
Scheer. ‘Een windmolen staat binnen een week, zonne-
panelen binnen een dag. Vergelijk dat eens met de bouw
van een nieuwe kerncentrale.’ En ook het argument dat
het slecht zou zijn voor de economie, vindt Scheer
onzin. ‘In Duitsland heeft mijn energiewet inmiddels
250.000 banen opgeleverd.’
SpanningenScheer heeft slecht én goed nieuws. ‘Het slechte nieuws
is dat de olie opraakt, het goede nieuws is dat de olie
opraakt.’ Hij benadrukt daarmee hoe zwaar conventio-
nele energiesystemen onze economie domineren en hoe
hard het nodig is om over te stappen op duurzame ener-
gie. Scheer: ‘Onze economie is voor zeventig procent
afhankelijk van conventionele energie. In India en
China is dat veel minder; hoewel daar veertig procent
van de wereldbevolking woont, gebruiken zij slechts
vijftien procent van onze energieconsumptie. Als zij
dezelfde vraag naar energie hadden als wij, waren olie
en gas allang opgebruikt.’ Die afhankelijkheid van fos-
siele brandstoffen zal volgens Scheer onherroepelijk
leiden tot ernstige internationale spanningen. ‘Hoogste
tijd dus om snel over te stappen.’ De huidige crisis is
volgens Scheer alleen maar te overwinnen door voor één
strategie te kiezen: concentreren op die overstap. ‘De
zon geeft in acht minuten even veel energie af als alle
energiebronnen op aarde gezamenlijk in één jaar.’
Cr iminal i te i tScheer benadrukt nogmaals de kwalijke rol die de ener-
gieleveranciers hierbij spelen. ‘De Shells, Exxon’s en
BP’s van deze wereld denken dat ze de eigenaren zijn van
energiekennis. Ze worden daarbij gedekt door de rege-
ringen. En wie duiken er altijd op als deskundigen in
tv-programma’s? Maar de energiebedrijven vormen juist
een van de grootste oorzaken van de energiecrisis. Hen
vragen naar de oplossing van de energiecrisis is net zo
iets als de maffia vragen hoe we de criminaliteit moeten
ScheerHermann Scheer (1944) studeerde
Economie, Sociologie, Politicologie en
Rechten in Heidelberg en Berlijn en behaal-
de in 1972 zijn PhD in Economische en
Sociale Wetenschappen. Vanaf 1980 is hij
lid van de Duitse Bondsdag namens de
SPD. Scheer is sinds 1988 tevens voorzit-
ter van EUROSOLAR, de Europese
Vereniging voor duurzame energie en van
de World Council for Renewable Energy.
Hij publiceerde talloze essays en boeken
over duurzame energiebronnen, waaron-
der The Solar Strategy en The Solar
Economy.
HAN Creat ive MasterclassesIn de serie HAN Creative Masterclasses
presenteert de hogeschool Masterclasses
en lezingen rondom creativiteit aan de
hand van strategische thema’s als econo-
mische ontwikkeling, beleid, organisatie,
leiderschap, management, ondernemen,
cultuur en onderwijs. De Masterclasses
hebben tot doel om managers en onderne-
mers te inspireren en nieuwe inzichten te
verschaffen waarmee zij vorm en richting
kunnen geven aan innovatie.
De volgende Masterclass vindt plaats in
november.
www.han.nl/masterclass
overwinnen.’
Scheers conclusie is duidelijk: de veranderingen moeten
nú plaatsvinden. ‘We moeten voorrang geven aan nieu-
we energietechnieken.’ Hij vindt het ongelooflijk hoe
vastgehouden wordt aan conventionele energiebronnen.
‘In wat voor cultuur leven we eigenlijk? Al ons huishou-
delijk afval scheiden we keurig, ruimen we netjes op en
we betalen voor de verwerking. Maar ons energieafval
gooien we gewoon op straat.’
Voordat hij na z’n lezing - ‘De omslag naar een duurza-
me toekomst’ - de gelegenheid geeft vragen te stellen,
stelt hij de zaal er zelf een: ‘Wie houdt zich al bezig met
duurzame energie?’ Als slechts een handjevol handen
omhoog gaat, roept hij verontwaardigd: ‘Zijn jullie
soms dom of zo? De zon en de wind sturen geen reke-
ning, hoor.’
Bewust wordingEen dag later geeft Scheer een Masterclass voor twintig
zorgvuldig geselecteerde studenten. Daaronder Ralf de
Bruin, HAN-student Industrieel Product Ontwerpen
(IPO) die samen met medestudent Jorg Rijkschroeff al
enkele ontwerpprijzen heeft binnengehaald. Zo kreeg
hij een prijs van 10.000 euro voor het ontwerp van een
duurzame terrasverwarming. De Bruin: ’Ik wilde graag
naar de Masterclass omdat we met onze ontwerpen en
ideeën ook met alternatieve energie en duurzaamheid
bezig zijn. In onze nieuwe ideeën kijken we in hoeverre
we gebruik kunnen maken van zonne-energie.’ Hij is
enthousiast over de Masterclass (‘alleen jammer dat het
niet echt toegespitst was op de regio’) en vindt de rol van
Scheer vooral belangrijk in de bewustwording. ‘Scheer
maakt heel overtuigend duidelijk dat het kan en dat het
nú kan.’ De Bruin denkt dat grote bedrijven de overstap
niet zo makkelijk zullen maken. ‘Die hebben nog te veel
voordelen van de oude systemen. De kleine en vernieu-
wende bedrijven zullen de nieuwe technologische revo-
lutie moeten inzetten.’
‘We moeten overs tappen op al ternat ieve energiebronnen en wel nú. Dat minimal iseer t de k l i -maatsverander ing, over wint ve i l igheidskwest ies , pak t het groeiend water tekor t aan, verbeter t de were ldgezondheid , he lpt ont wikkel ingslanden én schept n ieuwe banen.’ Hermann Scheer, were ldautor i te i t op het gebied van zonne- en windenergie, vent i leerde medio mei z i jn u i tgespro-ken mening t i jdens de t iende HAN Creat ive Masterc lass .
Innoveren via Web 2.0‘Homo digitalis’ netwerkt anders
H A N B L A D N R . 1 316 17 B u S I N E S S A S u N u S u A L
Nieuwe internet toepassingen - in teract iever, minder t i jd- en p laatsgebonden - beïnv loeden onze man ie r van communic e r en en onze bedr i j f svoer ing. Bedr i jven kunnen hun posi t ie ve r s t ev igen m e t d i t zogeh e t en Web 2 .0 . Bi jvoorbeeld door de react ies van k lanten te gebru iken voor innovat ie van produc ten o f d iensten.
YouTube, sociale netwerken als Facebook, internatio-
naal aan een project werken via internet, digitale reacties
van consumenten op producten…ze vallen allemaal
onder de verzamelnaam Web 2.0.
René Bakker, HAN-lector Networked Applications,
legt uit: ‘De technologie achter 2.0-toepassingen is
niet nieuw, maar wel het gebruik van internet. De eer-
ste jaren lag daar het accent op het verspreiden van
informatie, die consumenten van het net haalden.
Totdat vier jaar geleden consumenten zelf steeds meer
informatie gingen toevoegen. Daarnaast kwamen de
sociale netwerken, waarmee je met een heleboel men-
sen tegelijk contacten onderhoudt. Vooral de jongere
generatie heeft dat massaal opgepakt.’
Een netwerk is een krachtig communicatiemiddel van-
wege de interactie en de mogelijke bijdragen aan
nieuwe ontwikkelingen. ‘Bovendien is het realtime, als
je op bijvoorbeeld MSN zit, zie je meteen wie er online
is en kun je direct communiceren. En het is tijd- en
plaatsonaf hankelijk, je kunt inloggen wanneer en
waar je wilt.’
Ver t rouwen vers terkenRené Bakker onderzoekt welke Web 2.0-toepassingen
een plaats verdienen in het bedrijfsleven en in het onder-
wijs. Bedrijven en instellingen kunnen reacties van de
consument inzetten om te peilen hoe klanten over hun
producten denken en om de verkoop van goederen of
diensten te ondersteunen. Zelfs negatieve reacties zijn
bruikbaar. ‘Het komt eerlijker en geloofwaardiger over
als je ook negatief commentaar op jouw site hebt, op
voorwaarde dat je er op reageert. Dan kan het juist het
vertrouwen van klanten in het bedrijf en de producten
versterken’, denkt Bakker. Mensen wisselen steeds
makkelijker van leverancier. ‘Klantenbinding is daarom
belangrijk. Die kun je virtueel ondersteunen met jouw
site en klantenreacties.’
Meningen van klanten kunnen bedrijven helpen hun
producten te verbeteren of te innoveren. Om ideeën op
te doen, moeten bedrijven misschien zelf reacties
vragen via hun site. ‘Een beetje de ‘open source gedachte’,
waarop ook wiki’s gebaseerd zijn. Een wiki is een infor-
matiebron die anderen mogen aanvullen en verbeteren,
zodat je kennis beschikbaar stelt en deelt. Klanten
hebben regelmatig prima suggesties.’
Nieuwe bedr i j f smodel lenHoe meer klanten reageren, hoe meer waarde ze toevoe-
gen. Het wordt dan immers voor andere bezoekers inte-
ressanter om te lezen. ‘Google is ook een voorbeeld van de
macht van het aantal’, vervolgt René Bakker. Deze zoek-
machine is gratis, maar verkoopt advertenties. Hoe meer
informatie Google biedt, des te meer bezoekers en adver-
tentie-inkomsten. ‘Je ziet dus een ontwikkeling van nieu-
we bedrijfsmodellen en manieren van geld verdienen.’
De opkomst van informatienetwerken maakt het ook
mogelijk vanaf elke willekeurige plek samen te werken
via internet. Vergaderen via de webcam bijvoorbeeld. Of
contacten onderhouden in de zorg, door even te chatten
met een oudere of andere zorgbehoevende. Dat scheelt
(reis)tijd en geld. Bovendien schept het f lexibiliteit.
‘Mensen met kleine kinderen kunnen hierdoor werk en
zorg beter combineren. Nadeel is dat voor sommigen
het werk nooit ophoudt’, glimlacht Bakker.
Stapje verderVoor kennismanagement zijn er eveneens 2.0-toepas-
singen. Via bedrijfswiki‘s kunnen individuele medewer-
kers hun kennis beschikbaar maken voor collega’s. Ook
geeft samenwerking buiten het bedrijf, of zelfs interna-
tionaal, innovatie een nieuwe impuls, doordat mensen
boven het eigen domein uitkijken. ‘Samenwerken
gebeurt vaak via een speciaal platform op het internet.
Maar mensen wisselen ook binnen hun persoonlijke
netwerk van gedachten, waardoor ze een stapje verder
komen in hun denkproces.’
Bedrijven richten zich meer op hun kernbusiness en
laten zaken als catering, schoonmaak en ICT vaker aan
buitenstaanders over. Daarnaast stijgt het aantal ZZP-
ers. Meer outsourcen en werken met freelancers bete-
kent een andere stijl van managen en contacten onder-
houden. Wederom biedt Web 2.0 mogelijkheden.
‘Netwerksites als LinkedIn zijn heel bruikbaar voor
relatiemanagement en contacten met klanten.’
‘Homo digi ta l is’De huidige student is een ‘homo digitalis’, opgegroeid in
het digitale tijdperk. Hij maakt volop gebruik van Web
2.0. René Bakker kijkt hoe Web 2.0 in het onderwijspro-
gramma kan worden verwerkt. De HAN zet al wiki-tech-
nologie in. Daarmee kan een docent studenten die samen
een werkstuk schrijven tussentijds commentaar geven.
Hij kan precies zien van welke student een bepaalde bij-
drage is, zodat studenten niet meer kunnen ‘meeliften’
met het werk van anderen. ‘Verder werken we aan een
nieuwe informaticaopleiding, met platforms waarin stu-
denten digitaal kunnen samenwerken. Daarvoor maken
we een wiki met studiemateriaal, die iedereen, ook buiten
de HAN, mag gebruiken, op voorwaarde dat zij eraan
bijdragen of het materiaal verbeteren.’
René Bakker
Lector Networked Applications
‘Klanten hebben regelmatig
prima suggesties’
‘Je ziet een ontwik-keling van nieuwe bedrijfs modellen en manieren van geld verdienen’
8.808.269Hyves is het belangrijkste (digitale) sociale
netwerk in Nederland. Eind 2008 waren er
ruim 7 miljoen landgenoten lid. Dat aantal
was op 7 juni al gegroeid tot 8.808.269.
Ook de professionele netwerksite LinkedIn
groeit rap. In mei had die wereldwijd meer
dan 40 miljoen gebruikers die hun per-
soonlijk netwerk delen met elkaar. Mensen
kunnen hier anderen om advies vragen,
iemand uit hun netwerk aan een baan hel-
pen, kennis delen of contacten onderhou-
den. Enkele bekende 2.0-sites:
• www.flickr.com:
site om foto’s te delen;
• www.youtube.com:
site waar mensen video’s delen;
• www.delicious.com:
site voor het rubriceren en delen
van bookmarks.
Manieren van 2.0-zakendoen staan
be schreven in het boek: ‘Groundswell:
Winning in a world transformed by techno-
logies’, Charlene Li & Josh Bernoff Harvard
Business Press.
Goede baan plus masteropleiding
Samenwerking HAN met lokale overheden
professionals die kunnen vervullen. Vandaar deze
samenwerking met de HAN. ‘We willen deze construc-
tie omdat gemeentes te kampen hebben met vergrijzing.
We zoeken jonge, nieuwe helden’, zegt Dick de Vos. Hij
is hoofd P&O van de Gemeente Druten en lid van de
projectgroep die deze constructie uitgewerkt heeft.
Naast de vergrijzing – en dus een grote uitstroom – heb-
ben gemeentes moeite om hoog gekwalificeerde mede-
werkers te vinden: er is een sterke concurrentie op de
arbeidsmarkt en gemeentes hebben voor jongeren een
onvoldoende positief imago.
De studenten krijgen tijdens de Master Management &
Innovation met alle facetten van het werken bij de over-
heid te maken. Minimaal twee keer gaan ze tijdelijk
werken bij een ander organisatieonderdeel of een ande-
re gemeente. Er is werk voor studenten met alle soorten
diploma’s. Iemand die een sociaal agogische opleiding
heeft kan terecht bij de beleidsafdeling Welzijn, bij een
sociale dienst, of als P&O-adviseur. Iemand met een
bouwtechnische opleiding kan aan de slag bij
Ruimtelijke Ordening en met een economische oplei-
ding zijn er legio mogelijkheden op een financiële afde-
ling. De studenten die bij de gemeentes aan het werk
gaan, moeten er ook solliciteren. De banen staan op
www.werkeningelderland.nl. Iedereen, die hooguit twee
jaar geleden of uiterlijk 1 september aanstaande is afge-
studeerd en niet ouder is dan 25 jaar, kan solliciteren.
Ins tapniveauDe studenten met al die verschillende vooropleidingen
volgen dus één opleiding, de Master in Management &
Innovation. Die opleiding wordt speciaal voor deze
doelgroep aangepast. Het eerste jaar wordt een ‘scha-
kelprogramma’ gevolgd waarin toegewerkt wordt naar
het voor deze masteropleiding vereiste instapniveau.
Daarna volgt het masterprogramma, dat twee jaar
duurt.
Straks is er dus een groep van circa 22 studenten met
zeer uiteenlopende basisopleidingen en op verschillende
werkplekken. Is dat niet wat vreemd? Geenszins, vindt
Hans Waegemaekers
Cöordinator Master in
Management & Innovation, HAN
‘Een uitgelezen kans voor
gemeentes om zich als goede
werkgevers te manifesteren’
H A N B L A D N R . 1 318 19 B u S I N E S S A S u N u S u A L
Waegemaekers is coördinator van die masteropleiding
die de afgelopen jaren een goede reputatie heeft opge-
bouwd in de zorg en de publieke dienstverlening. ‘Deze
samenwerking sluit ook prima aan bij de missie van de
HAN om voor bedrijven en instellingen in de regio hét
opleidingsinstituut en een belangrijke kennispartner te
zijn. Het is de bedoeling dat het traject onderdeel wordt
van een bredere samenwerking tussen onderwijsorgani-
saties in de regio en lokale overheden. Zo wordt de HAN
ook betrokken bij de werving en selectie voor dit trai-
neetraject.’
ImagoprobleemGelderland kent een samenwerkingsverband van 26
gemeentes; grote als Nijmegen en Arnhem, kleinere als
Druten of Westervoort. Die gemeentes hebben vacatures
en het zou mooi zijn als vooral ook jonge, ambitieuze
‘Gemeentes wi l len een grotere ins t room van jonge mensen. Daar toe gaat de HAN een t rainee-project u i t voeren voor afgestudeerde hbo’ers . Voor hen betekent dat een goed betaalde baan én een - door de werkgever bekost igde, NVAO-geaccredi teerde - masterople id ing.’ Zo vat Hans Waegemaekers het grootschal ige project van de ople id ing to t Master in Management & Innovat ion kor t samen.
‘We zoeken jonge nieuwe helden’
Master in Management & Innovat ionVeranderingen in organisaties kunnen
elkaar snel opvolgen. Van managers en
beleidsadviseurs wordt verwacht dat ze
deze complexe, innovatieve processen
kunnen sturen en ondersteunen. De Master
in Management & Innovation leert om te
anticiperen op nieuwe ontwikkelingen en
succesvol vernieuwingstrajecten door te
voeren. De studie wordt afgesloten met de
erkende titel Master in Management &
Innovation (MMI).
www.han.nl/masterprogrammas
++
Hans Waegemaekers: ‘Het gaat hier om banen waar je
leert om op beleidsniveau te functioneren. Het basisvak
heb je geleerd op je bacheloropleiding; in deze master
leer je om je invloed als beleidsadviseur of als manager
op een slimme en innovatieve manier aan te wenden.’
Creat ie fDat maakt dat er wel strenge eisen aan de toekomstige
masters worden gesteld. Coördinator van het samen-
werkingsverband en lid van de projectgroep Derk
Koetsier, zelf werkzaam bij de Gemeente Nijmegen, vat
het aldus samen: ‘Wij zoeken mensen die creatief zijn.
De maatschappij is veranderd. Deze mensen moeten
kunnen lobbyen en netwerken. Het gaat hier niet om een
bureaufunctie, we zoeken mensen met communicatieve
vaardigheden.’
Uiteindelijk worden er voor elke functie drie kandidaten
voorgedragen, de betreffende gemeente maakt de uit-
eindelijke keuze. De studenten krijgen een aanstelling
van 36 uur, waarvan vier uur studieverlof. Ze volgen een
driejarige betaalde masteropleiding en krijgen een
startsalaris van 2165 euro bruto per maand. En dat alle-
maal in een sector met veel toekomstmogelijkheden,
daar zijn alle initiatiefnemers van overtuigd.
Goede werkgeverIn oktober gaat de master van start. Volgens
Waegemaekers snijdt het mes aan twee kanten. ‘Het is
voor de HAN een interessante en uitdagende klus, een
uitgelezen mogelijkheid om tot nauwere samenwerking
te komen met lokale overheden in de regio. Maar tevens
is het voor de gemeentes dé kans om zich als goede werk-
gever voor jonge bachelors te manifesteren.’ Voldoende
commitment van de deelnemende gemeentes is daarbij
een belangrijke succesfactor. Waegemaekers: ‘ We probe-
ren dat te realiseren door aan elke trainee een werkbege-
leider uit de eigen gemeente te koppelen. Ik heb het volste
vertrouwen in optimale medewerking van de gemeentes.
Zij hebben er tenslotte zelf veel voordeel van.’
www.werkeningelderland.nl
Eindelijk: echt intelligent motor management
Sensata Technologies en HAN werken samen aan revolutionaire druksensor
BizarNa jaren ervaring met professionele testlaboratoria
heeft Tiek het Applied Research Laboratory – Automotive
(ARLA) aan de HAN ontdekt. Hij werkt er samen met
Wolbert van Dronkelaar, projectmanager. Sensata kan
weliswaar zelf sensoren testen, maar niet ‘in vivo’ (lees:
in de auto). Het maakt verschil of je een sensor test in
laboratoriumomstandigheden of in de bizarre omstan-
digheden van zijn ‘werkmilieu’: temperatuurschomme-
lingen, vibraties, vocht en naast kabels met dertigdui-
zend volt. Tiek vindt dat, vergeleken met professionele
testlabs, ARLA er bovenuit springt qua kosten en f lexi-
biliteit. Ook Van Dronkelaar ziet waar Sensata werkelijk
wat aan hééft: ‘Bij een professioneel testlab krijgen ze
alleen de uitslag: ‘Verbeter dít nog, schaaf dáár nog wat
aan.’ Maar in ARLA kunnen ze zelf aan de slag en lopen
ze mee in het traject. En onderling klikt het bovendien.’
Tiek, met een grijns: ‘Sinds we de HAN als partner heb-
ben, gaan we niet meer vreemd.’
Hadden Sensata en de HAN eerst drie projecten lopen,
door de recessie moet de broekriem aangehaald en is het
er nog maar één. Maar wel een veelbelovende: de druk-
sensor in de verbrandingskamer. In samenwerking met
het Duitse bedrijf Beru in Almelo ontworpen, in Maleisië
geproduceerd en in Duitsland toegepast voor de
Amerikaanse markt. De sensor - beter bekend als de
Pressure Sensor Glowplug (PSG) - heeft inmiddels de
Eurekaprijs in de wacht gesleept.
Opt imaal regelenDe druksensor wordt gecombineerd met de gloeiplug
die dieselmotoren zo snel mogelijk op temperatuur
brengt; de koude fase is namelijk de meest vervuilende.
Wat zijn de voordelen ervan? De auto wordt een stuk stil-
ler, zuiniger en schoner, terwijl het vermogen toeneemt.
De PSG is de basis voor (zelf )diagnose van de auto. Al is
hij klein, hij bevat veel intelligentie voor signaalverwer-
king en temperatuurcompensatie. Nu nog bepaalt lou-
ter de krukashoek - en daaruit afgeleid, het toerental -
het moment van inspuiting. Maar dat is onnauwkeurig.
Meting van de cilinderdruk, gekoppeld aan die krukas-
hoek, dàt is je ware. Tiek: ‘Die combinatie zegt alles over
de heat release: de hoeveelheid energie die je in één
arbeidsslag omzet. Pas als je dat weet, kun je de motor
optimaal regelen. Met de heat release van de vorige
arbeidsslag optimaliseer je de volgende en compenseer
je toleranties. De rekenkracht van de huidige motorelek-
tronica maakt dat mogelijk.’ Zo verkort de PSG boven-
dien de time to market van een nieuwe auto. Van
Dronkelaar: ‘Je hoeft nu niet een jaar lang te finetunen,
het motormanagement zoekt dat zelf uit. De sensor zit
overigens ook in de bekende DAKAR-auto van de HAN.’
Geen dr ie t ient jesIn de autobranche worden er gigantische bedragen ver-
spijkerd aan ontwikkeling die moeten leiden tot uiterst
goedkope, maar toch zeer betrouwbare onderdelen. De
druksensor kost nog geen drie tientjes. Al bij het proto-
Wolbert van Dronkelaar
projectmanager ARLA
‘We hebben graag commerciële
partijen over de vloer’
Tim Tiek
design engineer bij Sensata
Technologies
‘Sinds we de HAN als partner
hebben, gaan we niet meer
vreemd’
H A N B L A D N R . 1 320 21 B u S I N E S S A S u N u S u A L
Sensata maakt sensoren. Behalve in auto’s zitten ze
in witgoed en beveiliging, maar ook in raketten,
vliegtuigen of bulldozers. Voorbeelden: f lowsensoren
en druksensoren voor de meting van cylinder- olie- of
waterdruk. Tim Tiek, design engineer bij Sensata
Technologies uit Almelo, stelt zelf bewust: ‘Alle auto-
fabrikanten zijn onze klant. Onze sensoren zitten in
zeventig procent van alle auto’s. Een doorsnee auto
heeft er al gauw tien, BMW véél meer. Een gemiddeld
Amerikaans gezin heeft dertig Sensata-producten in
huis.’
Al s laat de recessie vooral in de automot ive hev ig toe, vee l ont wikkelwerk gaat gewoon door. Werk aan de duurzame auto van de toekomst . Door de samenwerk ing met Sensata Technologies z i t de HAN in het kraaiennest en heef t ze u i t z icht op het voor land van de autobranche. Sensata op haar beur t is b l i j met de f lex ibele tes t faci l i te i ten b i j HAN-Automot ive.
European On Board Diagnost ics In Europa moeten - van EU-wege - alle
nieuwe benzineauto’s sinds 2001 en alle
nieuwe dieselauto’s sinds 2003 beschikken
over een on-board diagnostic system
(European On Board Diagnostics (EOBD)),
om de motoremissies te monitoren.
Momenteel geldt de Euro-4 emissie-eis. Bij
Euro-6 valt er niet meer aan toepassing
van de verbrandingskamersensor te ontko-
men. De VW Jetta 2.0 TDI, voor de
Amerikaanse markt, is er al mee uitgerust
en behaalde hiermee de titel Green Car of
the Year 2009.
SensataSensata was voorheen onderdeel van
Texas Instruments, nu van Bain Capital.
Het bedrijf is bij de consument niet bekend,
terwijl welhaast iedereen de producten
gebruikt. De merknaam zit verstopt onder
de motorkap of binnenin de wasmachine.
Sensata is goed voor een miljard produc-
ten per jaar. De onderneming heeft tiendui-
zend werknemers en de hoofdvestiging in
Attleboro (bij Boston, Massachusetts).
www.sensata.com/holland
type moet de ontwikkelaar rekening houden met: pro-
duceerbaar in grote aantallen. En, uitval is onaccepta-
bel: de sensor moet een autoleven lang meegaan en
pakweg 500.000.000 drukcycli van tweehonderd bar
aankunnen.
Bij de HAN kan Tiek het motortesttraject van de sensor
voor een groot deel af leggen. De laatste testen voor
massaproductie zijn klantspecifiek en worden door de
klant zelf gedaan.
De voordelen van de samenwerking zijn evident voor
Sensata. Maar ook voor de HAN. Van Dronkelaar: ‘We
hebben graag commerciële partijen over de vloer. We
bereiken zo kennisoverdracht; we krijgen inzicht in
nieuwe ontwikkelingen; de producten kunnen we
gebruiken voor onze eigen research en onderwijs; we
krijgen hun medewerking bij gastcolleges en we vinden
zo stageplaatsen.’
Meer sensorenHoe ziet de toekomst van de branche eruit in deze turbu-
lente tijden? Van Dronkelaar voorziet volledig elektri-
sche personenauto’s, met een groot aantal sensoren:
‘Nu al heb je ABS, ESP, cruisecontrol, afstandhouders,
inparkeerders en motorbesturingssystemen. Heel het
regelsysteem van de ‘elektriek’ komt daar nog eens
bovenop.’
Veel belangstelling voor deeltijdopleiding LO-leraar Strijd tegen gevaarlijke reuzenberenklauw
Grote behoefte aan Embedded Systems Engineers
Technische Bedrijfskunde als eerste gecertificeerd
tal sportleraren, legt Hester de Vries, projectleider deeltijd LO, uit. De
nieuwe studie leidt op tot een docent met ‘managementcompetenties’.
‘We zien de moderne docent Sport en Bewegen als een professional die
nadrukkelijk verbindingen zoekt en legt tussen LO en sport. Dat bete-
kent dat hij de samenwerking zoekt met gemeenten, buurten en de
lokale sportverenigingen, maar ook kinderopvangorganisaties. Om
dat goed te kunnen doen moet hij over de nodige management kwali-
teiten beschikken.’ Dat samenwerken vindt vaak plaats binnen projec-
ten en dus moet die moderne LO-leraar, wat De Vries betreft, ook
kennis hebben van projectmanagement. ‘Voorts moet hij kaas gegeten
hebben van gedragsbeïnvloeding. Dat is vooral nodig om de
Nederlandse jeugd aan het sporten te krijgen en te houden.’
De opleiding is bedoeld voor mensen die minimaal een MBO-opleiding
op niveau 4 hebben afgerond en reeds enkele jaren werkzaam zijn bin-
nen de ‘context van sport en bewegen’. Het is de bedoeling dat ze tij-
dens de studie dat werk blijven doen.
De belangstelling voor de deeltijdopleiding is groot. ‘Er zijn zelfs te
veel aanmeldingen. Er wordt deze maand gestart met een groep van
dertig deeltijders en er is inmiddels een wachtlijst aangelegd, mochten
er mensen uitvallen.’
www.han.nl/start/bachelor-opleidingen/deeltijd
De Hogeschool van Arnhem en Nijmegen start deze maand met de
deeltijdopleiding Leraar Lichamelijke Opvoeding (LO). De HAN speelt
hiermee in op de stijgende vraag naar afgestudeerden in de regio
Arnhem en Nijmegen. Die stijging is het gevolg van enerzijds de toene-
mende maatschappelijke belangstelling voor sport en anderzijds het
bereiken van de pensioengerechtigde leeftijd door een behoorlijk aan-
Tweederde wegEen grote klant die - bij wijze van proef - BioBeer al heeft mogen toe-
passen is de plantsoenendienst van de gemeente Utrecht. ‘Op de vorig
jaar behandelde plek is nu tweederde van de reuzenberenklauw weg’,
aldus Barend de Voogd. Hij hoopt met zijn bedrijf Plant Biocontrol
International - gespecialiseerd in biologische bestrijding - BioBeer
‘binnen afzienbare tijd’ te kunnen gaan vermarkten.
Het HAN BioCentre is een contract research organisatie binnen de
HAN. Het verricht toegepast onderzoek op het gebied van industriële
microbiologie en verzorgt tevens diverse nascholingscursussen op het
gebied van Life Sciences.
www.classiccat.net/_plantbiocontrol/biobeer_nl.php
www. hanbiocentre.nl
Aan een ontmoet ing met een reuzenberenklauw kun je zeer p i jn l i jke brandwonden overhouden. In Neder land ruk t de gevaar l i jke exoot in rap tempo op. Om de verspre id ing to t s taan te brengen hebben Plant Biocontro l In ternat ional en het HAN BioCentre de handen ineen geslagen.
BioBeer is een product dat effectief kan worden ingezet in de bestrij-
ding van de reuzenberenklauw. Deze plant is van origine afkomstig
uit de Kaukasus, maar gedijt - als exoot - ook zeer goed in ons klimaat.
Sinds de jaren negentig is het aantal planten exponentieel gegroeid: in
Nederland staan er nu zo’n 1,5 miljoen. Samen nemen die een opper-
vlakte in beslag van 17 vierkante kilometer en daar kan niets anders
meer groeien. Maar, zwaarder weegt dat de reuzenberenklauw brand-
wonden kan veroorzaken. ‘Het vervelende is dat die zich niet direct
openbaren, maar pas na zo’n zes uur en dan helpt afspoelen met koud
water niet meer’, licht Barend de Voogd het gevaar toe.
Proces versnel lenHij is plantenziektekundige van Plant Biocontrol International. In 2002
heeft hij, toen nog werkzaam aan de Wageningen Universiteit, een
schimmel gevonden die als een natuurlijke vijand de reuzenberenklauw
kan bestrijden en die inmiddels de naam BioBeer heeft gekregen. ‘Als
een exoot lang genoeg in een biotoop is gaan insecten en schimmels
‘m als gastheer ontdekken en is het gedaan met de snelle verspreiding.
Door BioBeer grootschalig in te zetten versnellen we in feite dit natuur-
lijke proces.’
Zover is het echter nog niet. Daarvoor is een gestandaardiseerde
kweekmethode nodig. Om die te kunnen ontwikkelen klopte De Voogd
een paar jaar geleden aan bij het BioCentre van de HAN. Met gebruik-
making van de faciliteiten die het BioCentre beschikbaar heeft voor
het MKB, de kennis van onder andere Nick van Bielzen van het centre en
de inzet van diverse studenten heeft De Voogd die standaard kunnen
realiseren. ‘Op dit moment werk ik met het BioCentre nog samen aan
het verder versnellen van dat kweekproces, zodat ik in staat ben grote
klanten goed te bedienen.’
krijgen door de erkenning van de stichting CO voortaan automatisch
vrijstelling voor al deze onderdelen. Om het volledige certificaat te
verwerven, moeten de studenten alleen nog het landelijk examen
Financieel Management af leggen. De voorbereiding op dit laatste
examen vindt ook binnen de HAN-opleiding plaats. Met het certificaat
Ondernemerschap is een hbo-student optimaal voorbereid om na de
opleiding aan de slag te gaan als zelfstandig ondernemer, maar natuur-
lijk ook in dienst van een bedrijf.
www.certificaatondernemerschap.nl
www.han.nl/techniek
Dit studiejaar start de HAN met de deeltijdopleiding Embedded Systems
Engineering, bedoeld voor technische mbo’ers met één of meer jaren
werkervaring in de ICT, telecom, elektrotechniek, werktuigbouwkun-
de, mechatronica of automotive. Voor mensen die toe zijn aan een vol-
gende stap in hun carrière. De deeltijdopleiding is de enige hbo-studie
in Nederland op dat terrein, net als trouwens de voltijdse variant die al
langer bestaat, geeft de deeltijdcoördinator Ruud Elsinghorst aan.
Die voltijdse studie is gestart in 2002 onder de naam Technische
Informatica/Computertechniek en in 2007 – na erkenning door het
ministerie van OCW – verder gegaan onder de huidige naam. Al sinds
jaar en dag trekt deze opleiding zo’n veertig studenten per jaar die na
afstuderen allemaal gemakkelijk aan de bak komen, maakt Elsinghorst
duidelijk. ‘Bijvoorbeeld bij een bedrijf als Océ. Of bij een kleiner bedrijf
als Inspiro waar men onder andere werkt aan embedded Bluetooth-
toepassingen. Onze afgestudeerden ontwerpen die hardware plus de
software die daar op draait. Zo maken ze apparaten intelligenter en
daaraan is binnen de machinebouw, maar ook bijvoorbeeld in de
gezondheidszorg, een grote behoefte’, verklaart hij de belangstelling.
‘Wij hoeven dan ook nooit enige moeite te doen afstudeeropdrachten
bij bedrijven te vinden. Integendeel, wij krijgen meer verzoeken binnen
dan we studenten kunnen plaatsen.’
De deeltijdcoördinator verwacht dat ook de deeltijd-afgestudeerden
met de studie hun toegevoegde waarde voor hun werkgever fors zullen
verhogen. ‘Al tijdens het afstuderen zullen ze voor hun werkgever met
hun afstudeerproject een relevante opdracht uitvoeren. Ik denk dan ook
De landelijke Stichting Certificaat Ondernemerschap (CO) heeft begin
juni de voltijd- en deeltijdopleiding Technische Bedrijfskunde van de
Hogeschool van Arnhem en Nijmegen gecertificeerd. Het is voor het
eerst dat een opleiding deze erkenning krijgt.
Al sinds de hbo-opleiding Technische Bedrijfskunde (TBK) bestaat is
‘ondernemerschap’ in het onderwijsprogramma verweven. Het wordt in
de hoofdfase aangeboden en bestaat uit de vakken: Ondernemingsplan,
Student Company, Marketing, Ondernemersvaardigheden, Strategie en
Financieel. Studenten die dit programma met succes hebben afgesloten
en willen doorgaan voor het volledige certificaat Ondernemerschap,
H A N B L A D N R . 1 222 23 k O R T N I E u W S
dat veel werkgevers de opleidingskosten geheel of gedeeltelijk zullen
vergoeden.’
Voor studenten met een mbo-achtergrond niveau 4 duurt de oplei-
ding Embedded Systems Engineering 3,5 tot 4 jaar. Op 2 september
is de deeltijdopleiding van start gegaan; inschrijven is mogelijk tot 1
oktober.
www.han.nl/start/bachelor-opleidingen/deeltijd
Project Theewaterskloof: 2e van de 67
Fast & Speed: klein bedrijf, snelle prestaties
Contractonderwijs Techniek: één aanspreekpunt voor klanten
Beroepsvereniging voor leerkrachten?
Het project Theewaterskloof is op de tweede plaats geëindigd in de race om de
MacJannet Prize. Theewaterskloof is een samenwerkingsverband gericht op
de sociale en economische ontwikkeling van de gemeenschappen in de regio
Theewaterskloof in Zuid-Afrika. De HAN werkt sinds een aantal jaar, samen
met de University of Western Cape (UWC), aan de opbouw van een betere en
sterkere samenleving in de dorpen van de gemeente Theewaterskloof. Sommige
studenten van de HAN lopen via dit project stage in Zuid-Afrika of doen er vrij-
willigerswerk.
De MacJannnet Foundation heeft als doel universitaire initiatieven te promoten
die blijk geven van wereldburgerschap en maatschappelijke betrokkenheid en
verantwoordelijkheid. Om dit kracht bij te zetten heeft de stichting, samen met
Talloires Network, een internationale competitie uitgeschreven, de MacJannet
Prize. De nieuwe projectcoördinator, Cape Peninsula University of Technology,
heeft het Theewaterskloofproject ingeschreven voor deze prijs. In totaal werden
er 67 projecten van 40 universiteiten uit 19 landen ingediend. De tweede plaats
is dus een zeer eervolle en een mooie bekroning voor alle betrokkenen in dit
project, waaronder de HAN-studenten die ter plaatse talrijke activiteiten en pro-
jecten hebben opgepakt. Met toewijding hebben zij hun kennis en vaardigheden
ingezet om duurzame oplossingen voor de allerarmsten in de Theewaterskloof
vorm te geven, aldus de jury.
www.macjannetprize.org
www.han.nl/theewaterskloof
Omdat de vraag echter plotseling is geëxplodeerd kunnen de experts
het niet meer bijsloffen en ik kan dus even niet aan de benodigde spul-
len komen. Maar die ontwikkeling laat ik zeker niet liggen.’ Zodra hij
het weer oppakt zal hij er wederom HAN-studenten bij betrekken.
Van 5 tot 13 september rijdt Hakvoort de Silk Way Rally: start in de
hoofdstad van Tatarstan, Kazan, dan via Kazachstan naar de hoofdstad
van Turkmenistan, Ashgabat.
In januari 2010 staat de Dakar weer op het programma, deze keer
opnieuw in Zuid-Amerika.
Hakvoort heeft nog ruimte voor een zakelijke medespeler die gebruik
wil maken van de ruime publiciteitsmogelijkheden in dit sportieve
circus.
www.fastspeed.nl
Dat HAN-studenten een Dakar-auto bouwen is algemeen bekend.
Minder bekend is dat ze al jaren via stages en afstudeerprojecten input
leveren aan het bedrijf Fast & Speed BV in Ulft.
Fast & Speed bouwt ‘potente’ raceauto’s voor twee takken van sport:
sprint op circuit en de rally raid: het lange afstandswerk zoals Parijs-
Dakar waar Fast & Speed ieder jaar weet te scoren in de categorie van
twee-wiel-aangedreven auto’s. Zij waren in 2005 The Best Priveteer (het
beste niet-fabrieksteam).
HAN-studenten ontwikkelen bij Fast & Speed componenten voor de
Dakar. Zo hebben ze onder meer een veiligheidskooi doorontwikkeld en
getest. Hetzelfde geldt voor de door de FIA (Fédération Internationale
d’Automobile) verplichte ‘restrictor’. De FIA wil met regelgeving de ver-
mogens van de diverse categorieën deelnemers enigszins gelijktrekken
door al dan niet een turbo toe te staan en de veerweg te limiteren. De
restrictor beperkt de hoeveelheid lucht die een motor kan aanzuigen.
Directeur Johnny Hakvoort: ‘Mede dankzij HAN-studenten is dat aan-
zuigkanaal nu zodanig vormgegeven dat de lucht er bijna de snelheid
van het geluid krijgt. Daardoor zitten we ondanks die restrictor tegen
dat maximum.’
Een ander speerpunt van Fast & Speed zijn de elektrische auto’s.
Hakvoort was zijn tijd vooruit toen hij al in 2004 experimenteerde met
hybride aandrijvingen. Toen kreeg hij weinig steun; nu heeft iedere
autofabrikant zich op die technologie gestort. ‘In de sprintwedstrijden
werkt hybridisering minder goed door de gewichtstoename. Maar zeker
in het lange afstandswerk is het terugwinnen van energie kansrijk.
Bedrijven en instellingen die op zoek zijn naar bepaalde post-hbo-cursussen of naar
instroomcursussen voor mbo’ers kunnen binnen de faculteit Techniek van de Hogeschool
van Arnhem en Nijmegen terecht bij één accountmanager: Trea Bosgoed. Ook voor de
masteropleidingen en advies en onderzoek kunnen zij bij deze functionaris terecht, vertelt
Bram Steennis, de manager van de Afdeling voor Cursussen, P-HBO en Masteropleidingen
van de technische faculteit.
Voorheen was het zo dat de opleidingsmanagers niet alleen verantwoordelijk waren voor
de inhoud van de opleidingen, maar ook de initiële contacten onderhielden met de klant.
‘Maar zoals we het nu hebben ingericht is het veel duidelijker voor de klant, en ook efficiën-
ter. Een opleidingsmanager was alleen aanspreekbaar voor zijn eigen vakgebied, de nieuwe
accountmanager is benaderbaar voor alle opleidingen en voor elke vorm van onderwijs; of
dat EVC- (Erkenning Verworven Competenties, red.) of duale trajecten betreft of afstandon-
derwijs, dat maakt niet uit.’
Is een contact eenmaal ‘warm’ en komt het er op aan daadwerkelijk in opdracht oplei-
dingen te gaan vormgeven, dan komt de opleidingsmanager natuurlijk wel in beeld, legt
Steennis uit.
[email protected]; tel. (026) 365 81 50.
‘Wat is goed onderwijs?’ Dat is de vraag die steeds centraal staat in
een gelijknamige serie boeken en miniconferenties, waarin elke af le-
vering een eigen invalshoek heeft. Dit najaar komt het derde boek uit
en in november vindt de derde conferentie plaats. Dit keer wordt de
centrale vraag beantwoord vanuit ‘bestuurlijk en juridisch’ perspec-
tief, licht redacteur, organisator en HAN-lector Ruud Klarus toe.
Concreet wordt ingegaan op de vraag hoe onderwijsbeleid tot stand
komt en in hoeverre leerkrachten bij dat beleid betrokken zijn.
‘Wanneer je streeft naar goed, transparant bestuur, naar governance,
is het eigenlijk vreemd dat de professional, de leerkracht, geen expli-
ciete rol heeft in de vorming van het onderwijsbeleid. De verantwoor-
delijkheid daarvoor ligt nu formeel bij het ministerie van OCW en bij
de schoolbesturen. Als professionals hebben leerkrachten natuurlijk
wel zeggenschap over hun eigen werk, hebben een eigen ethiek en een
beroepscode, maar die invloed blijft impliciet en niet georganiseerd.
Terwijl, als er bijvoorbeeld een bepaald medisch probleem speelt,
direct de Landelijke Huisartsen Vereniging wordt geraadpleegd. Ook
de advocatuur is goed georganiseerd, maar leerkrachten kennen zo’n
formele beroepsgroep nog niet’, constateert de lector Ontwikkelen
van Competenties op de Werkplek.
Een van de hoofdstukken van het boek maakt een internationale ver-
gelijking en daaruit blijkt dat het in Frankrijk nóg centraler georgani-
seerd is dan in Nederland, met dus nog meer bestuurlijk accent op het
ministerie, maar dat het er in de Scandinavische landen juist allemaal
veel decentraler aan toe gaat. ‘De formele bevoegdheden van scholen
en leerkrachten zijn in Denemarken veel groter en daar bestaat ook een
beroepsvereniging. Dat leidt er bijvoorbeeld toe dat de eisen waaraan
de professional moet voldoen veel duidelijker zijn: elke leerkracht op
het voortgezet onderwijs heeft daar een universitaire opleiding, elke
begeleider op de kinderdagopvang is minstens hbo-geschoold. Met
als gevolg dat de uitvalcijfers daar lager zijn dan in Nederland en het
percentage hoger opgeleiden hoger, terwijl het onderwijs er zeker niet
gemakkelijker is.’
Ruud Klarus heeft het boek geschreven samen met co-redacteur Frans
de Vijlder, lector Governance en Innovatiedynamiek in het Onderwijs,
en een reeks andere auteurs. De miniconferentie vindt plaats in het
Gymnasion in Nijmegen.
www.boomuitgeversdenhaag.nl
H A N B L A D N R . 1 324 25 k O R T N I E u W S
Accountmanager faculteit Techniek, Trea Bosgoed.
H A N B L A D N R . 1 326 27 C A R R I È R E
‘ Ik g ing naar Ch ina voor he t avontuur, een avontuur van v i j f maanden s t age we l t e ve r s t aan . Natuur l i jk moes t ik aanvanke l i jk enorm wennen . De t aa l , he t e ten , de geuren , de k leuren , de mensen en hun cu l tuur.’ A ldus S téphane Re in ink over z i jn mot iva t ie om naar Ch ina t e gaan . H i j i s e r nu - op z i jn 2 6 s te - manager van een Tesco-ves t ig ing met 2 0 0 mede-werker s , spreek t v loe iend Ch inees en i s ge t rouwd met Long Yue d ie h i j t i jdens z i jn s t age leerde kennen .
‘Een baas die nooit blaft, wordt niet serieus genomen’
Managen in Beijing
Stéphane Reinink (1982) vertrok in 2004
als HAN-student voor zijn verplichte bui-
tenlandstage bij International Business
and Management Studies (IBMS) naar
Beijing. Het beviel hem daar zo goed dat
hij besloot op eigen kosten een half jaar
langer te blijven om de taal te leren, waar-
na hij zijn afstudeeropdracht deed bij de
Makro in diezelfde stad. Om af te studeren
(en omdat het geld op was) vloog hij terug
naar Nederland met een driejarig contract
op zak als management trainee. Twee
dagen na zijn afstudeerceremonie zat hij
weer in het vliegtuig terug naar China.
Toen in 2007 de Makro door een Koreaans
bedrijf werd overgenomen, solliciteerde
Reinink bij Tesco, waar hij inmiddels werkt
als store general manager, oftewel filiaal-
manager. Zijn winkel heeft 5000 vierkante
meter winkeloppervlakte, ongeveer 20.000
verschillende producten en 200 vaste
medewerkers.
Na twee jaar managersfuncties bij de Makro te heb-
ben bekleed, stapte Reinink over naar het Britse Tesco.
Tesco staat nummer 51 op de Fortune 500 en voor een
bedrijf van deze omvang is uniformiteit cruciaal. ‘Het
‘denkwerk’ wordt verricht op het hoofdkantoor en in
de winkel gaat het puur om effectieve implementatie.
De meeste tijd gaat dan ook op aan wat wij operatio-
nal standard noemen: display, voorraadbeheersing en
het onderhouden van een schone en klantvriendelijke
winkelomgeving. Natuurlijk gaat het allemaal om het
genereren van steeds hogere verkopen en tegelijkertijd
je kosten naar beneden brengen. Derving, het minima-
liseren van voorraadverlies, is evenzeer cruciaal.’
AfbekkenManagen in China blijkt geheel anders dan in Europa.
‘Bij Chinezen moet je altijd heel duidelijk zeggen wat je
wilt en hoe en wanneer het gebeuren moet. Chinezen
zijn absoluut geen concept-denkers; het zijn overlevers,
dat zit sociaal-historisch ingebakken. Ze zijn bang hun
baan te verliezen als ze niet presteren en steken daarom
niet graag hun nek uit, ontwijken verantwoordelijk-
heid. Onlangs riep ik een projectgroep bijeen met de
vraag: Hoe kunnen we onze werkomgeving verbeteren?
Ik gaf twee voorbeelden van welke richting ik in wilde
en vroeg om een gedetailleerd plan. Een week later
werden diezelfde voorbeelden gepresenteerd als zijnde
het actieplan.’
Overlevingsdrang zie je ook terug in het realiseren van
budgetten. Om de verkopen te halen, wordt voorraad
soms doorverkocht aan distributeurs of terug aan de
leverancier (soms zonder dat de voorraad fysiek in de
winkel is geweest). ‘Dervingstatistieken worden gema-
nipuleerd om te verdoezelen hoeveel geld er daadwer-
kelijk verloren is gegaan. Ik hecht enorm aan transpa-
rantie en mijn doorzettingsvermogen begint geleidelijk
vruchten af te werpen.’
‘Ironisch genoeg is vertrouwen de beste manier om
Chinees management-talent te ontwikkelen en loyaliteit
te creëren. Ze zijn gewend om constant te horen dat ze
alles verkeerd doen. Chinezen zijn echter heel pienter en
ook maar mensen. Ik wijs ze op fouten, maar communi-
ceer mijn standaard en complimenteer goed werk. Als ze
voelen dat de baas ze vertrouwt, durven ze meer, bloeien
ze echt op. Natuurlijk moet je wel realistisch blijven en
de norm in zicht houden. Een baas die nooit blaft, wordt
op den duur weinig serieus genomen. Je moet ook laten
blijken dat je weet wat er speelt. Leveranciers trekken
graag hun portemonnee open voor een groter display-
oppervlak, gratis voorraad belandt niet noodzakelijk in
de handen van de klant.’
Ople id ingHeeft Stéphane Reinink nog profijt van zijn studie aan de
HAN? ‘IBMS (International Business and Management
Studies, red.) benadrukt de financiële, linguistische en
culturele aspecten van internationaal zakendoen. Retail
is lokaal van aard: het gaat om klanten, medewerkers,
leveranciers en assortiment. Het enige internationale
voor mij is dat ik als Nederlander werk voor een Engels
bedrijf in China. Ik zie dan ook weinig van mijn stu-
dieachtergrond terug in mijn werk. Toch heb ik veel
voordeel gehad van het projectgerichte onderwijs aan de
HAN. Doelen stellen met aanverwante actieplannen en
controleprocessen, deze disciplines komen mij zeer van
pas in een werkomgeving waar je soms dreigt de rode
draad kwijt te raken, omdat je continu overspoeld wordt
door losse en tijdelijke kwesties.’
Onlangs gaf Reinink een presentatie aan HAN-
studenten die de minor Asian Studies volgen. ‘Of een
dergelijk programma meerwaarde heeft, is erg per-
soonsgebonden. Je kunt iemand wel vertellen dat je een
visitekaartje met twee handen aan moet pakken, maar
wat echt belangrijk is, is hoe je daar mee omgaat. Ben
jij bereid je Westerse instincten op een laag vuurtje te
zetten, meer te leren dan te onderwijzen en minstens
zestig uur per week te werken? Er is geen middenweg.
Ik heb veel buitenlanders zien komen en er ook heel veel
weer zien gaan. Zij die doorbijten verzamelen een vracht
aan levenservaring en anekdotes, leren relativeren en
genieten volop van de unieke momenten hier.’
Typisch ChineesTot slot wil Stéphane Reinink nog wel een tweetal ver-
halen kwijt die typerend zijn voor China. ‘Hilarisch was
die ochtend dat mijn storemanager me naar zijn kantoor
riep om de verkopen te bespreken. Stomverbaasd was
ik om hem in ondergoed aan te treffen, terwijl hij met
naald en draad bezig was zijn pantalon dicht te naaien.
Alsof er niks aan de hand was deelde hij me mee dat hij
uit zijn broek gescheurd was. ‘Maar zeg eens, waarom
waren de verkopen gisteren zo slecht?’ Nu ik bij Tesco
op een hogere positie zit, maak ik ook de keerzijde mee.
Toen ik de winkel overnam was er een werknemer die
het niet eens was met zijn ontslag. Hij eiste een com-
pensatie van vijf maandsalarissen, wat ik weigerde. Na
zeven dagen op rij waarin hij me het werk onmogelijk
maakte en me telefonisch lastig viel, besloot ik de
politie te bellen. Omdat er geen sprake was van fysieke
bedreiging was er niets dat de politie kon doen! Hierop
heeft mijn baas me enkele dagen onder beveiliging
gesteld. Het is nu al enige tijd geleden, maar ik blijf op
mijn hoede; een collega filiaalmanager is tijdens de
kerstperiode neergestoken door een ex-werknemer. In
een land waar het merendeel van de bevolking het moet
stellen met het minimumloon of minder, en sociale
status erg belangrijk is, maken in de hoek gedreven per-
sonen soms rare sprongen.’
Electrabel founder HAN Smart Business Center
...Managen maar
elektriciteit en gas. Een positie die Electrabel de komende jaren graag
wil versterken. Onder meer door groei van de activiteiten in Nederland.
Alex Mulder (manager HRD): Onze medewerkers zijn onze belang-
rijkste vermogensbestanddelen. We zijn daarom steeds op zoek naar
hooggekwalificeerde afgestudeerden. Als tegenprestatie bieden we
boeiende stageplaatsen en uitdagende onderzoeksopdrachten op voor-
al technisch en bedrijfskundig gebied. Daarnaast willen we zoeken
naar verdere samenwerking om kennisontwikkeling en kennisbehoud
te bevorderen. Wij zien de HAN als een belangrijke partner. De HAN is
volgens ons in staat een brug te slaan tussen opleiding en bedrijfsleven
en brengt dit met het Smart Business Center dichter bij elkaar.’
Behalve een nieuwe founder zijn er ook nieuwe deelnemers:
Bikedispenser, Bruil Bouwgroep Ede BV, Colt International,
Dirkzwager, Johannus Orgelbouw, Laprolan, NTA, UTInnovation,
Weijers Eikhout en Willems technisch adviesbureau.
Omdat het aantal deelnemers aan het bedrijvennetwerk blijft stijgen, er
meer projecten starten en omdat HAN Smart Business Center de kwa-
liteit en een persoonlijke benadering voorop stelt, is ook de bezetting
uitgebreid. Marjo Rodenburg (adviseur) gaat het team van Jonathan
van Deutekom (directeur) en Marion Wieleman (secretariaat) verster-
ken. Zij wordt voornamelijk ingezet binnen het bedrijvennetwerk MKB
vanuit de specialisatie HRM, Commercie, ICT en Lean-management.
Zij onderhoudt het contact met een groot aantal deelnemers en foun-
ders. Daarnaast gaat zij aan de slag met projecten.
www.han.nl/sbc
deelnemers bovenop kunnen gaan zitten. Laptop erbij
en managen maar. Het spel werkt met opdrachten,
fiches en documenten. Alle opdrachten staan op inter-
net en de uitwerking wordt daar meteen opgeslagen.
Simons: ‘Studenten weten wel dat ze bijvoorbeeld bezig
zijn in de fase ‘draaiboek’, maar hoeven niet alles zelf
te bedenken en in te vullen. Na twee pilots hebben we
naast de inhoudelijke kanten vooral aandacht gegeven
aan het sociale aspect. Hoe geef je feedback, hoe werk je
samen - ook bij verschillende ideeën, hoe bel je op naar
een financier?’
Twee var iantenDeze maand volgt een nieuwe pilot binnen een ROC
zodat in januari helder is welke aanpassingen nog
nodig zijn. Waarschijnlijk komen er twee varianten. Een
klassikale lesmethode voor mb0’ers, met aandacht voor
competenties. Daarnaast een variant voor groepen die
een maatschappelijk project opzetten. De prijs hangt af
van de vorm, de klant en de relevantie voor het Nivon.
Pas over een half jaar komt daar tekening in. Momenteel
is er met een complete methode van elf workshops,
begeleiding en materiaal 5000 euro gemoeid.
Inmiddels hebben enkele consultancybedrijven hun
belangstelling ervoor getoond. Dat biedt perspectieven.
www.nivonjong.nl
www.han.nl/opleidingskunde
Het netwerk van HAN Smart Business Center is uitgebreid met één
nieuwe founder, Electrabel. Electrabel is in Nederland de grootste
elektriciteitsproducent en een belangrijke leverancier op de zakelijke
markt. In Europa is het één van de grote bedrijven op de markt voor
Wie zich ooit in z’n jeugd idealistisch heeft ingezet voor
projecten als kindervakantiewerk of vakanties voor
gehandicapten, zal zich wellicht de wanhoop nog her-
inneren waar je doorheen moest: waar je niet allemaal
rekening mee moest houden! Vervoer, vergunningen,
financiën, verzekeringen, contracten, tijdsplanning,
logistiek… Regelwerk dat ook nog ‘ns gepaard ging met
een veelheid van meningen onder medeorganisatoren.
Kortom, chaos en buikpijn.
SpelHAN-studente Opleidingskunde Liza Simons heeft, na
voorwerk door andere studenten, een spel uitgewerkt
waarin jongeren van vijftien tot twintig jaar alle fasen
van projectmanagement doorlopen, in de juiste volg-
orde en op een prettige manier. Al doende leren ze om
zelfstandig activiteiten te organiseren. Subsidie kwam
van VWS; cofinanciering van Nivon - dat waarden als
natuur, cultuur en maatschappij hoog in het vaandel
heeft staan en jonge vrijwilligers wil aantrekken en
opleiden.
Volwassenen die een project moeten leiden lopen geor-
dend een agenda door. De Vonk-methode leidt jongeren
door diezelfde agendapunten, maar dan in spelvorm. Ze
komen telkens in een nieuw ‘vak’ in het spel van waaruit
ze verder denken. De gekozen vorm is niet die van een
bordspel op tafel, maar van een groot tafelzeil waar de
Regeren i s vooru i t z ien . P ro jec ten managen ook . Maar vooru i tdenken en over z ich t houden , da t i s nu ju i s t wa t j o ng e r e n n i e t g o e d a f gaa t . L i z a S im o n s , s t u d e n t O p l e id ing sku n d e h e e f t h e t ‘ l e k ker ’ voor ze gemaak t . Haar Vonk-methode maak t e r een spe l van . Ze hee f t - in he t kader van haar a f s tuderen - een spe l on t wikke ld voor he t N ivon dat aandacht ig word t gevo lgd door he t bedr i j f s leven .
management aan bod. De master richt zich op een internationale
doelgroep. De voltijdse vorm (1,5 jaar) is bedoeld voor afgestudeer-
den hbo-Elektrotechniek, Autotechniek en Werktuigbouwkunde. De
deeltijdse (2,5 tot 3 jaar) staat in de eerste plaats open voor mensen
met dezelfde opleiding en enige tijd werkervaring als engineer bij een
automotive OEM of toeleverancier. De Master of Automotive Systems
heeft onlangs voldaan aan de kwaliteitseisen van de NVAO en is door
deze organisatie geaccrediteerd.
www.han.nl/masterprogrammas
Masters in GhanaDe Master of Construction Project Management is nu ook te volgen in
Ghana. Daar zijn op twee locaties - Takoradi en Kumasi – 29 studen-
ten met deze opleiding bezig. In deze master leren de studenten alle
methoden, technieken en vaardigheden die nodig zijn om complexe
projecten in de bouwnijverheid en de civiele techniek te realiseren,
rekening houdend met de tijd, kosten, kwaliteit en duurzaamheid.
In september start in het Afrikaanse land ook de Master
Telecommunication Management. Deze opleiding brengt studen-
ten technieken en methoden bij om innovaties op het gebied van
informatie, telecommunicatie en ICT te vermarkten. Voorts leren ze
projecten rond telecommunicatie te managen en implementeren.
Voor HRM-st rategen : Master in Managing Human Resources Ervaren P&O-managers of HRM-adviseurs die zich willen gaan toeleg-
gen op strategische vraagstukken kunnen hun strategische compe-
tenties verdiepen en verbreden binnen de Master in Managing Human
Resources. Ze doen in deze opleiding inzichten op om vorm te kunnen
geven aan het personeelsbeleid met het oog op de strategie van hun
bedrijf of organisatie.
Kroon op de studie is de erkende titel Master in Managing Human
Resources (MMHR) achter de naam. De master (erkend door de NVAO)
is gelieerd aan het lectoraat Human Resource Management van lector
Robert Verburg, zie het interview met hem op pagina 10. De start is op
9 september.
www.han.nl/opleidingen/master/managing-human-resources
Voor engineers : Master o f Automot ive SystemsPer 1 februari 2010 start aan de HAN de Master of Automotive Systems,
een Engelstalige master die zowel in voltijd als in deeltijd gegeven
wordt. De opleiding focust op de techniek van het voertuiggedrag en
de systemen die dat gedrag beïnvloeden – denk aan de cruise control
en zelfsturende en -remmende systemen. Voorts schenkt het veel
aandacht aan de diverse aandrijftechnieken als elektrisch, hybride en
de brandstofcel. Daarnaast komen vraagstukken van het automotive-
H A N B L A D N R . 1 328 29 S C R I P T I Ek O R T N I E u W S
Vonk-methode: projecten leiden wordt een spel
‘Hoe werk je samen - ook bij verschil lende ideeën?’
Nieuwe Masters
Het HAN-blad is een magazine van de Hogeschool van Arnhem en Nijmegen bedoeld voor vernieuwende bedrijven, not for profit organisaties en het regionale grootbedrijf.
Het magazine verschijnt drie keer per jaar.
Real isat ie :HAN Marketing, Communicatie en Voorlichting
Redact ie :Martin van Zaalen, Frank Höppener en Marina Beckers, redactie-assistente (024) 353 04 [email protected]
Medewerkers :Claudia Fitsch, Han Geurts, Wouter Klein Ikkink
Fotograf ie :Ralph Schmitz, Coos Dam, Megastock
Vormgeving en product ie :Communicerende Ontwerpers, Ubbergen
Druk : Thieme MediaCenter, Nijmegen
Adver tent ies , abonnementen en adreswi jz ig ingen :Marina Beckers, (024) 353 04 [email protected]
Petri Embregts heeft op 4 juni haar ambt aanvaard als HAN-lector voor het
Lectoraat Zorg voor Mensen met een Verstandelijke Beperking.
Faculteit Techniek
Lectoraat Lean in voorbereiding
Lectoraat Energie en Duurzaamheid in voorbereiding
Faculteit Economie en Management
Innovatie en Ondernemerschap in voorbereiding
Lectoraten
Voor u ligt het HAN-blad. Het valt bij 20.000 adressen in de bus waaronder heel veel
innovatieve bedrijven in het midden- en kleinbedrijf. Het blad wil zo fungeren als com-
municatiekanaal tussen de HAN, bedrijven en hun ruimere omgeving. Het is inmiddels
uitgegroeid tot een platform waar resultaten van interactie tussen de hogeschool en
haar omgeving voor het voetlicht worden gebracht. Het HAN-blad streeft naar artikelen
over actuele, maatschappelijk relevante, concrete actie van concrete mensen met con-
creet resultaat. De samenwerking tussen de HAN en haar externe relaties staat daarbij
voorop. Het kan voor u als vehikel dienen voor uw ideeën en voor de realisering van uw
wensen. Wij nodigen u uit om voorbeelden van zo’n interactie, een idee of een ander
interessant onderwerp via het HAN-blad in de schijnwerpers te zetten. Wij ontvangen
uw suggestie graag. Dan is uw nieuws ook ons nieuws.
Als voornaamste criterium voor opname in het blad geldt, voortvloeiend uit het boven-
staande, dat onderwerpen niet moeten verkeren in de fasen van overleg, planning,
beleid of onderzoeksopzet, hoe mooi dat allemaal soms ook moge zijn. Het magazine
presenteert expliciet niet wat de HAN zich voorneemt te gaan doen, maar wat onze
mensen hebben gedaan. Resultaten. Het bestek van dit magazine biedt geen ruimte
voor een compleet overzicht daarvan, u ziet hier slechts het topje van de ijsberg. Maar
daaronder gaan allerlei kennisnetwerken schuil. Het streven van de HAN is om samen
met u kennis toepasbaar te maken en zo waarde te scheppen voor onze omgeving.
Daarom zou het zeer welkom zijn als u op die kennisnetwerken zou willen inhaken.
Contactgegevens vindt u in dit blad. Overigens neemt het HAN-blad ook met plezier
uw advertentie op.
Wat is uw nieuws?
De afgelopen jaren zijn er wereldwijd en ook in Nederland
diverse regionale netwerken opgezet waarbij onderwijs-
instellingen, bedrijven, NGO’s (Non Gouvernementele
Organisaties) en de overheid actief samenwerken rond-
om duurzame ontwikkeling. In Nederland is er bijvoor-
beeld een officieel Regional Centre of Expertise en zijn er
diverse andere initiatieven die dezelfde intentie hebben:
op regionaal niveau duurzame ontwikkeling versnellen
door onderwijs, bedrijfsleven, maatschappelijke organi-
saties en overheden actief te laten samenwerken.
Duurzaam Hoger Onderwijs (DHO) organiseert in
november een symposium om mensen uit het hoger
onderwijs te inspireren om in regionaal samenwerkings-
verband dit maatschappelijke probleem aan te pakken,
waarbij hoger onderwijs instellingen structureel een
stakeholdersrol aannemen (dus een actieve rol spelen
in probleemsignalering en zich opstellen als mede-
probleemeigenaar), en waarbij de resultaten van deze
regionale samenwerking doorwerken in onderwijs en
onderzoek.
Deze v ragen s t aan t i jdens he t 11e DHO sympo-s ium cent raa l .• Hoestructureelenefficiëntzijnderegionalesamen-
werkingsverbanden in het kader van duurzaamheid?
• Wat levert het uiteindelijk op de lange termijn op voor de
verschillende actoren en wat verwacht men van elkaar?
• Hoewerken de resultatenvandezesamenwerkings-
verbanden door in het onderwijs?
Datum: 26 november 2009
Plaats: HAN, Arnhem.
Informatie: [email protected]
Symposium ‘Regionale
samenwerking aan
duurzame ontwikkeling’
De grondstof voor het gebruikte papier is af komstig uit verantwoord beheerde bossen, de folie is gemaakt van plantaardige suikers en kan in de GFT bak.
Dit jaar organiseert de HAN op 14 oktober al weer voor de 10de keer de
inmiddels nationaal bekende Frank Stötelerlezing op de Pabo Arnhem.
Het jaar 2009 is niet alleen een jubileumjaar voor deze jaarlijks terug-
kerende lezingen, maar ook voor de Pabo omdat precies 25 jaar geleden
de pedagogische academie en kleuterkweek werden samengevoegd. Dat
betekende de start van een vierjarige lerarenopleiding voor het primair
onderwijs die meteen ook onderdeel werd van het hoger onderwijs.
Genoeg reden voor de HAN voor het organiseren van een minisympo-
sium waarin Frank Stöteler opent met de centrale lezing. Hij zal ingaan
op 25 jaar leraren opleiden en tevens terugblikken op de eerdere Frank
Stötelerlezingen. De keynote wordt gevolgd door een keuzeprogramma
waarin een viertal deskundigen zal ingaan op items die in verleden,
heden en toekomst relevant zijn (of worden) voor het primair onderwijs.
Om tot verbeteringen in de acute intensieve zorg te komen hebben
praktijk en wetenschap elkaar nodig. Hoe kunnen de nieuwe kennis
en vaardigheden die uit die samenwerking voortkomen worden vast-
gehouden? Deze vraag staat centraal tijdens de Invitational Conference
op donderdag 15 oktober.
In de projecten van het HAN Lectoraat Acute Intensieve Zorg wordt er
nauw samengewerkt tussen praktijk en wetenschap. Nieuwe inzichten
vonden de afgelopen tijd hun weg naar de praktijk van de acute inten-
sieve zorg, zoals:
•Noodzaakvanpsychosocialehulp,
•RichtlijnTriage,
•RichtlijnPijnbehandelingbijTraumapatiënten,
•Digitalecommunicatie,
•Preventievancomplicatiesvandevitalefuncties.
Deze projecten zijn echter eindig en na af loop dooft het vuur van meni-
ge verandering in de realiteit van de alledaagse praktijk. Hoe kunnen
die nieuwe kennis en vaardigheden geborgd worden? Het symposium
biedt de uitgelezen kans om hierover in gesprek te gaan met beroeps-
genoten, onderzoekers en het onderwijs.
Deze jaarlijkse conferentie is speciaal bedoeld voor verpleegkundigen,
maatschappelijk werkers, fysiotherapeuten, leidinggevenden, beleids-
medewerkers, onderzoekers, studenten, docenten en iedereen met
interesse in de Nederlandse acute zorgverlening.
Aan deelname zijn geen kosten verbonden.
Meer informatie over het middagprogramma volgt via www.han.nl.
Datum: 15 oktober 2009, 13.00 uur.
Plaats: Scandic Sanadome Nijmegen,
Weg door Jonkerbos 90, 6532 SZ Nijmegen.
Aanmelden: [email protected].
Het voorvoegsel ’nano’ duikt steeds vaker op om aan te geven dat
een product met zijn tijd meegaat. Maar hoe weet je als onderne-
mer of nanotechnologie iets voor je producten kan betekenen?
Als dat zo is, hoe pas je die technologie dan toe? Op 30 september
organiseert het HAN Smart Business Center, samen met NanoLab
Nijmegen van de Radboud Universiteit, NTA, BASF, Nanohouse,
TNO en B4You een bijeenkomst waar de vertaalslag gemaakt
wordt van nanowetenschap en -technologie naar de praktijk.
Nu al maakt het toepassen van nanotechnologie nieuwe pro-
ducten en productiemethoden mogelijk. Ook kunnen bestaande
producten en productieprocessen verregaand worden verbeterd:
van micro-elektronica tot spuitgietwerk en van medische toe-
passing tot gevelreiniging. De toepassingsmogelijkheden lijken
grenzeloos.
ProgrammaIn een interactief programma - ‘Toegepaste Innovaties met nanotechnolo-
gie voor het MKB’ - krijgt de ondernemer antwoorden op de vragen als:
•Watisnanotechnologieen-wetenschap?
•Watzijnnutenbedreigingenvannanotechnologie?
•Watkanikmetnanotechnologie?
•Welketoepassingenzijnnualopdemarkt?
•Wieofwathebiknodigomnanotechnologievoormijnbedrijf
toepasbaar te maken?
Tijdens de bijeenkomst kunnen de deelnemers ook een rondleiding
krijgen door het NanoLab, onderdeel van het Instituut voor Moleculen
en Materialen van de Radboud Universiteit Nijmegen.
Datum: 30 september, 15.30 uur.
Meer informatie en aanmelden: [email protected].
10e editie Frank Stötelerlezing Invitational Conference over borgen kennis in acute zorg
Themabijeenkomst over nanotechnologie voor het MkB
H A N B L A D N R . 1 330 31 k O R T N I E u W S
Het p rogrammaOnderwerpen van de lezingen zijn:
•25JaarPabo-stagiaires
•DigitaliseringdoorMarijkeKral
•FeminiseringdoorGerdaGeerdink
•Passendonderwijs
Vanaf 17.00 uur Koffie en inloop
17.30 - 18.30 uur Keynote door Frank Stöteler
18.30 - 19.15 uur Pauze
19.15 - 20.00 uur 1e ronde parallel sessies
20.00 - 20.15 uur Koffie
20.15 - 21.00 uur 2e ronde parallel sessies
Vanaf 21.00 uur Borrel
Datum: 14 oktober 2009, 17.00 uur.
Plaats: Pabo Arnhem, Ruitenberglaan 27, Arnhem.
Aanmelden: [email protected].
Meer informatie: [email protected].