1 4

1 3 M A X I M E R I N O / P E R U

1 4 L O V E W O O L

1 1

Designed by - G R E T H A D E J O N G E@ K N I T A D V E N T U R E B L O G

Copyri

ght ©

FIL KATIA

, S.A

.

43

I

N

S

T

R

U

C

T

I

O

N

S

Une création attrayante de Gretha de Jonge, lauréate en catégorie Mode Dames du KatiaDesignersAwards2. Un pull tout simple, avec une combinaison très bien étudiée de pt mousse et de jersey. Le choix d’un coloris unique met en valeur ces deux points de base agencés en blocs géo-métrique.

TAILLES: –a) 38-40 –b) 42-44 –c) 46-48Le modèle de la photo correspond à la taille : –a) 38-40

FOURNITURESQualité LOVE WOOL col. nº 106 : –a) 9 –b) 9 –c) 10 pelotes

Aiguilles : nº 12 et 15

Points employés : Pt mousse, jersey end, grafting, pt de côté, pt arrière (voir page des pts de base)Pt fantaisie : (voir graphiques A et B)

ÉCHANTILLON(10cmx10cm)7,5 m. et 9 rgs en jersey end. avec les aig. nº 15

RÉALISATIONIMPORTANT : lire en page 3.Pour réaliser correctement ce modèle, veuillez respecter les étapes suivantes et celles indiquées sur le patron.

(1) Dos : avec les aig. nº 12, monter le nombre de m. indiqué et tric. au pt mousse.

(2) À 7 cm (soit 6 rgs) de hauteur totale, continuer à tric. avec les aig. nº 15 et au pt fantaisie selon les lettres –a) A –b) B –c) C du graphique A.

À la fin des rgs du graphique A, continuer à tric. comme les rgs 13 et 14.

page

11

14mod

e le

PULL Love Wool

DOS

DEVANT

MANCHES

Abréviations

Les indications en noir sont valables pour toutes les tailles

cm. = centimètres

p. = mailles

Copyri

ght ©

FIL KATIA

, S.A

.

44

I

N

S

T

R

U

C

T

I

O

N

S

(3) Épaules : à –a) 60 cm –b) 61 cm –c) 62 cm de hauteur totale, laisser en attente sur une aig. aux. les –a) 11 –b) 12 –c) 13 premières et dernières m. et continuer à tric. au pt mousse les –a) 18 m. –b) 20 m. –c) 20 m. centrales de l’encolure, pour le col.

(4) Col : à 8 cm à partir du début du col, rabattre.(5) Devant : avec les aig. nº 12, monter le nombre de m.

indiqué et tric. au pt mousse.(6) À 7 cm (soit 6 rgs) de hauteur totale, continuer à tric. avec

les aig. nº 15 et au pt fantaisie selon les lettres –a) A –b) B –c) C du graphique A.À la fin des rgs du graphique A, continuer à tric. comme les rgs 13 et 14.

(7) Forme de l’encolure : à 52 cm de hauteur totale, conti-nuer à tric. au pt fantaisie selon la lettre –a) A –b) B –c) C du graphique B.

(8) Épaules : à –a) 60 cm –b) 61 cm –c) 62 cm de hauteur totale, après les rgs –a) 10 –b) 12 –c) 14 du graphique B, laisser en attente sur une aig. aux. les –a) 11 –b) 12 –c) 13 premières et dernières m. et continuer à tric. au pt mousse les –a) 18 m. –b) 20 m. –c) 20 m. centrales de l’encolure, pour le col.

(9) Col : à 8 cm à partir du début du col, rabattre.(10) Manches : avec les aig. nº 12, monter le nombre de m.

indiqué et tric. au pt mousse.(11) À 7 cm (soit 6 rgs) de hauteur totale, continuer à tric. avec

les aig. nº 15 et en jersey end., en augmentant 1 m. de chaque côté, à 1 m. du bord et tous les 4 rgs, 7 fois. On obtient –a) 36 m. –b) 38 m. –c) 39 m.

(12) À –a) 47 cm –b) 48 cm –c) 49 cm de hauteur totale, rabattre.

MONTAGECoudre les épaules en grafting et la hauteur du col au pt de côté.Manches : placer le milieu du haut de la manche sur la couture de l’épaule et les extrémités à –a) 24 cm –b) 25 cm –c) 26 cm de la couture de l’épaule. Coudre au pt de côté.Coudre les côtés au pt de côté et le dessous des manches au pt arrière.

GraphiquesAetB

1 1 m. end.

2 1 m. env.

Copyri

ght ©

FIL KATIA

, S.A

.

97

W

E

R

K

W

I

J

Z

E

Zeer interessant ontwerp door Gretha de Jonge, winnares van de categorie Damesmode van de KatiaDesignersAwards2. Een eenvoudige trui die de ribbelsteek en de tricôtsteek op een heel intelligente manier combineert.Ook het gebruik van één enkele kleur benadrukt het pro-tagonisme van deze twee basissteken die gebreid zijn in geometrische blokken.

MATEN: –a) 38-40 –b) 42-44 –c) 46-48Het model van de foto komt overeen met de maat: –a) 38-40

BENODIGDMATERIAALLOVE WOOL kl. 106: –a) 9 –b) 9 –c) 10 bollen

Breinaalden: nr. 12 en nr. 15

Gebruikte steken: Ribbelsteek, r. tric.st., grafting, platte kantsteek, stiksteek (zie blz. basisst.)Fantasiesteek (zie grafieken A en B)

STEEKVERHOUDINGIn r. tric.st., breinaalden nr. 1510x10 cm = 7,5 st. en 9 naalden.

UITVOERINGBELANGRIJK: Zie blz. 3.Voor het correct breien van dit model, moet je de volgende stappen en die gemarkeerd zijn op het patroon volgen.(1) Rugpand: Met breinaalden nr. 12, het aantal aangegeven

st. opz. en brei hierover in ribbelsteek.(2) Bij 7 cm totale lengte (= 6 naalden), breinaalden wis-

selen voor breinaalden nr. 15 en verderbreien in fanta-siesteek volgens de letter –a) A –b) B –c) C van grafiek A.Nádat alle naalden van grafiek A beëindigd zijn, op dezelfde manier verderbreien als de naalden 13 en 14.

blz.

11

14mod

el

TRUI Love Wool

RUGPAND

VOORPAND

MOUWEN

Afkortingen

De informatie in kl. zwart is geldig voor alle maten.

cm. = centimeters

p. = steken

Copyri

ght ©

FIL KATIA

, S.A

.

Copyri

ght ©

FIL KATIA

, S.A

.

98

W

E

R

K

W

I

J

Z

E

(3) Schouders: Bij –a) 60 cm –b) 61 cm –c) 62 cm totale lengte, de eerste en de laatste –a) 11 st. –b) 12 st. –c) 13 st. laten wachten op een hulpnaald en over de midd. –a) 18 st. –b) 20 st. –c) 20 st. verderbreien in rib-belsteek voor de kraag.

(4) Kraag: Bij 8 cm lengte, meten vanaf het begin v.d. kraag, alle st. afk.

(5) Voorpand: Met breinaalden nr. 12, het aantal aangegeven st. opz. en brei hierover in ribbelsteek.

(6) Bij 7 cm totale lengte (= 6 naalden), breinaalden wis-selen voor breinaalden nr. 15 en verderbreien in fanta-siesteek volgens de letter –a) A –b) B –c) C van grafiek A.Nádat alle naalden van grafiek A beëindigd zijn, op dezelfde manier verderbreien als de naalden 13 en 14.

(7) Vorm v.d. hals: Bij 52 cm totale lengte, verderbreien in fantasiesteek volgens de letter –a) A –b) B –c) C van grafiek B.

(8) Schouders: Bij –a) 60 cm –b) 61 cm –c) 62 cm totale lengte, nádat de naalden –a) 10 –b) 12 –c) 14 van grafiek B gebreid zijn, de eerste en de laatste –a) 11 st. –b) 12 st. –c) 13 st. laten wachten op een hulpnaald en over de midd. –a) 18 st. –b) 20 st. –c) 20 st. verderbreien in rib-belsteek voor de kraag.

(9) Kraag: Bij 8 cm lengte, meten vanaf het begin v.d. kraag, alle st. afk.

(10) Mouwen: Met breinaalden nr. 12, het aantal aangegeven st. opz. en brei hierover in ribbelsteek.

(11) Bij 7 cm totale lengte (= 6 naalden), breinaalden wis-selen voor breinaalden nr. 15 en verderbreien in r. tric.st. Meerder aan beide kanten, op 1 st. vanaf elke kant, in elke 4e naald: 7 maal 1 st. Er zijn hierna: –a) 36 st. –b) 38 st. –c) 39 st.

(12) Bij –a) 47 cm –b) 48 cm –c) 49 cm totale lengte, alle st. afk.Brei de andere mouw idem.

INELKAARZETTENENAFWERKENSluit de schoudernaden d.m.v. grafting en sluit de naad v.d. kraag d.m.v. platte kantsteek.Mouwen: Met het midden v.d. bovenkant v.d. mouw aan de schoudernaad en de uiteinden v.d. bovenkant v.d. mouw op –a) 24 cm –b) 25 cm –c) 26 cm vanaf de schoudernaad, vast-naaien aan het rugpand en voorpand d.m.v. platte kantsteek.Sluit de naden v.d. zijkanten d.m.v. platte kantsteek en de binnenkant v.d. mouwen dichtnaaien d.m.v. stiksteek.

GrafiekenAenB

1 1 st. r.

2 1 st. av.

Copyri

ght ©

FIL KATIA

, S.A

.

Copyri

ght ©

FIL KATIA

, S.A

.